'Ranzigheid is grote troefkaart van Brussel'

Het Brussels toerisme zit in het slop. Hoe lokken we de toerist weer naar onze hoofdstad? Politici vechten tegen sluikstorten en kebabzaken, maar Nederlands correspondent Tijn Sadée houdt een pleidooi voor de Brusselse 'ranzigheid'.

Het was De Standaard die Sadée, die NRC Handelsblad-correspondent is in Brussel, vroeg of hij als als migrant wellicht wat tips had om het imago van de hoofdstad wat op te poetsen.

''Het verzoek stelde me meteen voor een moreel dilemma'', schrijft Sadée. ''Meehuilen met al die chagrijnen over sluikstort en pislucht op metrostations? Nog maar eens klagen over de verloedering in bepaalde wijken?''

Sadée groeide op in Amsterdam, dat ooit ''een centrum had waar wij als studenten in donkere kelders van afbrokkelende grachtenpanden dansten tot in de vroege ochtend. De stad was van ons, jongeren. We maakten er een vrolijke puinhoop van.''

Dertig jaar later, vindt hij, is de Amsterdamse grachtengordel ''een opgeruimd pretpark geworden, bevolkt door rijke pensionado’s en andere welvarende types die – immer monter, ze lachen áltijd – hun digitale krantjes lezen in hippe koffiebars. Hun aanvullende pensioentjes bouwen ze op met Airbnb.''

Slooppanden en palinka
Op de vlucht voor die 'vertrutting', zoals Sadée de gevolgen van gentrificatie noemt, pakte hij ergens rond de millenniumwisseling zijn biezen. Hij vertrok naar Boedapest. ''In de binnentuinen van afbraakpanden startten jongeren illegale cafés waar onbekende bands debuteerden en waar de zelfgestookte palinka rijkelijk vloeide.''

Maar ook daar greep de vertrutting om zich heen, zag Sadée. ''Het is er ‘veilig’ en opgeruimd en het oude centrum is zo prachtig opgeknapt, jubelen de toeristen die massaal de Hongaarse hoofdstad bezoeken. In de binnentuincafés zitten nu hipsters-op-stedentrip. Palinka is uit, gin-tonic is in.''

Sadée is blij dat hij naar Brussel verhuisde, schrijft hij in De Standaard. ''In de meeste cafés is het interieur nog zoals het hoort: vochtige tafels waaraan je drinkt en dus niet je laptop openklapt. In concertzaaltjes zoals Muziekpublique bekommert niemand zich om de rioollucht en het kapotte meubilair en vertonen muziekstudenten wat ze in hun mars hebben.''

Als hij één tip mag geven: ''Koester die ranzigheid en hou de vertrutting op grote afstand.''