'Small Business Act' moet van Brussel kmo-vriendelijk gewest maken

'Een ambitieus plan voor een kmo-vriendelijk gewest.' Dat is voor Brussels minister-president Rudi Vervoort de 'Small Business Act" (SBA) die hij maandag met minister van Economie Didier Gosuin voorstelde. Voor Gosuin gaat het om 'een 360°-actieplan waarin de vijf ontwikkelingspijlers van een pro-kmo-beleid, vertaald in 77 maatregelen voor de jaren 2016-2020, vastgelegd worden'.

De BSA heeft tot doel een ondernemersvriendelijke omgeving te creëren, de toegang tot financiering te verbeteren, in te zetten op de diversiteit van de ondernemers, de relaties tussen kmo's en het gewest te verbeteren en de ondernemingen te ondersteunen doorheen evoluties en opportuniteiten. Het plan is de vrucht van maandenlang overleg met de verschillende economische actoren en de publieke diensten die op dat domein actief zijn.

Er komen onder meer ondernemerspaketten, kredietbemiddelaars, een digitaal platform voor het beheer van subsidies en administratieve procedures, en een overgangspremie tussen werkloosheid en zelfstandig ondernemerschap.

De ambitie van de BSA is een consolidatie of groei van het aantal kmo's, een groei van hun werkgelegenheid en hun toegevoegde waarde. De BSA wil een ondernemersvriendelijk klimaat creëren door het aanbieden van ondernemerspaketten om de kmo's te ondersteunen met maatregelen in functie van hun noden naargelang de fase waarin de onderneming zich bevindt: een pakket "oprichting" voor starters, "groei" voor de ondernemingen die steun nodig hebben om meer jobs te creëren, "doorstart" voor bedrijven in moeilijkheden, en voorts nog "overnemerschap/overdracht van ondernemingen" en "overgang naar de groene economie".

Om de toegang tot de financiering te verbeteren komen er kredietbemiddelaars die individuele dossiers van kmo's begeleiden. Daarnaast wordt een gewestelijke strategie ontwikkeld voor microkrediet op 3 jaar, en wordt de microfinancieringscapaciteit verhoogd. Zo moet een micro-ondernemer bij het opstarten van zijn activiteit niet langer een beroep doen op woekeraars.

Voorts wordt een label "opleidingsonderneming" ontwikkeld om de werkgevers te valoriseren die zich inzetten voor opleidingen. Het gebruik van stages en alternerend leren wordt ook vereenvoudigd.