"Furor amoris! Extase, drift, vurigheid!" In Orewoet duikt Emy Koopman in het verlangen en de kolkende leegte die een geweigerd hart kan teisteren.
Debutant Emy Koopman beschrijft de grens tussen verlangen en waanzin
"Ik heb wel iets met mystici,” vertelt Emy Koopman, de Nederlandse die na een proefschrift over literatuur en empathie – ja, boeken zijn goed voor u! – nu met Orewoet ook een eerste roman de wereld in schreef. Een roman waarvan ze de titel ontleende aan het woord waarmee de dertiende-eeuwse mystica Hadewijch haar verlangen naar Jezus uitdrukte. “Er is een hele traditie die je terugvindt in het Hooglied, bij Perzische dichters… Mij spreekt aan hoe mystici een godservaring probeerden te beleven, buiten de Kerk om, die erg lijkt op verliefdheid. Hoe ze zichzelf wilden ontstijgen, één worden met een hogere macht, en dat tegelijk fysiek beleefden en heel erotisch opschreven.”
Orewoet gooit het over een wereldser boeg en beschrijft in drie convergerende verhaallijnen – maar in uiteenlopende vormen als dagboekfragmenten, krantenknipsels en brieven, die heen en weer gaan tussen de vroege jaren 1970 en 2002 – hoe een zoon, een geliefde en een vriend haast ten onder gaan aan hun band met brandpunt, mystiek lichaam, kunstenaar en natuurkracht Lucas Brandmeester. Alle drie worden ze gedreven door een verlangen dat zozeer lijdt aan het gebrek aan vervulling dat het pijn doet. In de kolkende leegte kruipt vriend Dirk in de huls die door zijn beste vriend wordt achtergelaten en wordt “een steeds schitterender samensmeltsel” van hun beiden; maakt “een teveel aan gevoel” van geliefde May een “bedwelmd, bevangen, versmolten” lichaam; en duwt de vader als wegebbende blinde vlek zoon Alex pal in de tentakels van een verwoestende twijfel.
Tussen hoop en wanhoop vervloeit het verlangen in waanzin, van het soort dat – zoals Orewoet Laing citeert – een poging is “om je ware zelf te hervinden, dat verdrukt is geraakt door onze manier van leven.” Emy Koopman: “Deze tijd helpt inderdaad niet. Hoe meer stimuli je binnenkrijgt, hoe moeilijker het wordt om er wijs uit te worden. Voeg daar internet aan toe, complottheorieën – van het type: de NSA luistert ons af – die gewoon waar blijken te zijn, en het feit dat sinds de antipsychiatrie patiëntenopvang meer gebeurt in woonwijken, en het wordt moeilijk om ontsporingen te controleren.”
Orewoet woelt, wroet, en omcirkelt, als een verlangen. Emy Koopman zet de literatuur – “een ideale gezel” – in voor een georkestreerde vom van zelfverlies. “Schrijven als het georkestreerde verliezen van jezelf? Daar zit een grond van waarheid in, ja. Zodra je sterke gevoelens probeert om te zetten in iets als kunst of wetenschap, ga je erover nadenken, ze vervormen. Maar je hebt niet alle controle tijdens het schrijven: als ik vanuit een personage schrijf, dan merk ik wel dat ik op een gegeven moment niet meer mezelf ben, opga in iemand anders.” En je even één wordt met de hogere macht van het boek.
> Emy Koopman: Orewoet. 24/11, 19.30, deBuren, Brussel-Stad
Lees meer over: Brussel-Stad , Podium , Expo
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.