Die mooie, eenduidige Haussmann-architectuur die de grandeur van Parijs blijft kenmerken: voor de ene biedt het visuele rust, voor de andere monotone solitude, als je langs de drie kilometer lange Rue de Rivoli flaneert, met overal hetzelfde gabarit (gevelhoogte).
JOUW VRAAG. Staan er gebouwen van Haussmann op de Anspachlaan?
De prefect van de Seine, stedenbouwkundige Georges-Eugene Haussmann, mag onder Napoleon III (neef van Napoleon Bonaparte) het middeleeuwse Parijs platleggen om er met grote boulevards de volle zon binnen te laten. En om met een vernieuwd stratenplan, veel parken en squares, en vooral een uniforme gevelstijl in amper anderhalf decennium - tussen 1853 en 1870 - een nieuw cachet te geven aan de Lichtstad. De style Second Empire viert hoogtij. Onze koning Leopold II blijkt in 1855 duchtig onder de indruk van de realisaties die Haussmann heeft doorgevoerd. Het armtierige Brussel moet het nog stellen met een kronkelende open riool die de Zenne was, en eveneens een erfenis van middeleeuwse straatjes. Met de liberaal Jules Anspach, die in 1863 burgemeester wordt, heeft de koning een kompaan voor de broodnodige modernisering en verfraaiing van Brussel. De Zenne die te vaak uit zijn oevers treedt, moet overkapt. De bouw van centrumlanen (1865-1880) zal grandeur introduceren. In 1871 wordt een Y-verbinding aangelegd tussen het nieuwe Zuidstation en het Noordstation. De goederenkarren en reizigerskoetsen kunnen dan breed door het centrum rijden. Meteen worden ook architectuurwedstrijden uitgeschreven, de eerste maal in 1872. Om prachtige handelspanden, hotels en burgerwoningen te bouwen.
Haussmann deelt dit vernieuwingsverhaal van Brussel niet. Het zijn andere architecten die de prijzen binnenhalen, die ieder voor zich een andere stijl etaleren: neobarok, neorenaissance, classicistisch,... Een Franse bouwpromotor-aannemer kaapt het totaalplan weg voor coördinatie van de aanleg. Zijn naam: Jean-Baptiste Mosnier. Hij heeft zijn sporen in Parijs verdiend, en in Brussel waagt hij zich aan een makkelijk tweede succes à la Haussmann. Door Mosniers bevoordeelde architecten als de Fransman Pierre-Joseph Olive (en ook architect L’Homme) doen mee aan de concoursen. Olive mag het Grand Hotel (met 250 kamers) en enkele panden op de Boulevard du Centre (de latere Anspachlaan) bouwen. Ook andere architecten bekennen te behoren tot de Haussmann-strekking van de stijl Second Empire, wellicht om Leopold II’s folie des grandeurs te paaien. Maar de Brusselaar wil bakstenen, geen Franse steen. Hij verkiest een eclectische stijl, divers van zijn buur, en zeker geen uniforme standaardgevels. Bovendien is dat type appartementsblokken niet comfortabel genoeg voor de begoede Brusselaar. Mosnier gaat met zijn copy-paste aannemersaanpak failliet. Conclusie: de Haussmann-architectuur uit Parijs inspireerde Brussel wel, maar een succes was het niet.
VOLGENDE WEKEN: tot 23/8 lees je de vragen/antwoorden alleen online op www.bruzz.be/bigcity
BIG CITY: stel zelf je vraag
Elke week gaat BRUZZ met Big City op zoek naar antwoorden op jouw vragen over Brussel. Vragen allerhande over jouw stad stel je online aan de redactie via het formulier hiernaast. De vraag met de meeste voorkeuren wordt onderzocht en beantwoord.
Ook een vraag over Brussel? Zet onze journalisten aan het werk en stel je vraag in Big City.
Big City
Lees meer over: BRUZZ 24 , Brussel-Stad , Big City
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.