Er zijn vorig jaar in ons land meer mensen ontslagen en minder werknemers vrijwillig bij hun werkgever vertrokken dan het jaar voordien. De meeste ontslagen vielen er in Brussel (6,4 procent). De totale uitstroom - de vrijwillige en onvrijwillige vertrekken aangevuld met de werknemers die op pensioen gaan of overlijden - bleef evenwel stabiel op 17,6 procent. Dat blijkt dinsdag uit cijfers van hr-bedrijf Securex.
Rapport Securex: Meer werknemers ontslagen, minder vrijwillige vertrekkers
Volgens Securex steeg het aantal werknemers dat ontslagen werd van 4,5 procent in 2022 naar 5,4 procent vorig jaar. Het percentage vrijwillige vertrekkers daalde tegelijk van 12,3 procent naar 11 procent. De vrijwillige vertrekken - die sinds de coronacrisis in 2020 in de lift zaten - lijken daarmee hun piek voorbij terwijl de onvrijwillige vertrekken - die in 2022 een dieptepunt kenden - vorig jaar net weer zijn beginnen te stijgen.
"Na een uitzonderlijk jaar 2022 vond vorig jaar een correctie plaats op vlak van vrijwillig en onvrijwillig vertrek", bevestigt Frank Vander Sijpe van Securex. De meeste ontslagen vielen er in Brussel (6,4 procent), gevolgd door Wallonië (6,2 procent). In Vlaanderen lag de onvrijwillige uitstroom met 4,8 procent een stuk lager.
De kleine bedrijven kenden - met één op de vier werknemers die vrijwillig of onvrijwillig het bedrijf verlieten - de grootste uitstroom en wat de sectoren betreft zagen vooral werkgevers in de bouw en in de horeca medewerkers andere oorden opzoeken.
"Kleine kmo's (...) hebben minder buffer om de schokken van de economie op te vangen. Zij worden dus al sneller gedwongen tot drastischere beslissingen zoals een ontslag. In de bouwsector blijven de stijgende grondstofprijzen werkgevers onder druk zetten. De horeca kent traditioneel meer verloop en hier kunnen flexi-jobs een logische oplossing bieden om drukte op te vangen", duidt Vander Sijpe.
Lees meer over: Economie