Francken krijgt ongelijk over Soedanezen

De rechtbank van Luik heeft het beroep van staatssecretaris voor Asiel en Migratie Theo Francken (N-VA) verworpen. Daarmee blijft het arrest van de rechtbank van eerste aanleg overeind. Dat stelde dat Soedanese vluchtelingen niet mochten uitgewezen worden zolang er geen bewijs was dat ze in Soedan veilig zijn.

De 26 Soedanezen die in september werden opgepakt in het Maximiliaanpark aan het Noordstation, mogen niet uitgewezen worden. De vluchtelingen hadden geen asiel aangevraagd en verblijven dus illegaal in België, luidde de redenering van staatssecretaris Francken. Daarom wilde hij hen terugsturen naar hun thuisland Soedan.

Mensenrechtenorganisaties trokken naar de rechter in Luik om die beslissing te betwisten, omdat het leven van de vluchtelingen in gevaar zou zijn in Soedan. Francken ging in beroep tegen de uitspraak, die hem ongelijk gaf.

De Luikse rechter oordeelde dat het altijd bewezen moet worden dat mensen niet gemarteld of vermoord zullen worden, voor ze uitgewezen worden. Dat is een verwijzing naar artikel 3 van het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens. Dat vindt ook de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen. Ook een Brusselse rechter volgde die redenering. Een Leuvense rechter vond dan weer dat er geen sprake was van een schending was van artikel 3.

Nu vangt hij dus opnieuw bot. De Soedanezen mogen dus blijven.

Theo Francken laat intussen op sociaal netwerk Twitter weten dat hij opnieuw in beroep gaat.

We gaan verder in beroep tegen de beslissing van de rechtbank eerste aanleg van Luik.