In het Brusselse hof van assisen start maandag het proces tegen Tanguy Lecocq (48) en Ludovic Lefèbvre (38). Ze worden ervan beschuldigd een collega, Hakim Menhal, te hebben vermoord in de nacht van 10 op 11 april 2018 in Sint-Pieters-Woluwe.
Twee mannen staan terecht voor moord op collega in Sint-Pieters-Woluwe
Die bewuste nacht kreeg de Brusselse politie rond 1 uur een oproep binnen van een vriend van Ludovic Lefèbvre. Die had hem via WhatsApp gebeld en gezegd dat hij iemand had vermoord, en had beelden laten zien van wat een in een zeil gewikkeld lichaam kon zijn.
De tip was binnengekomen bij de politie van de zone Brussel-Hoofdstad-Elsene, die vervolgens de collega's van de zone Montgomery inlichtte, aangezien Lefèbvre in de Herendalwijk in Sint-Pieters-Woluwe woonde. Een patrouille ging ter plaatse en trof daar daadwerkelijk in de badkamer een lijk aan, in een blauw zeil gewikkeld en getapet. Lefèbvre bekende onmiddellijk dat hij het slachtoffer had vermoord.
Wurging
Het bleek te gaan om Hakim Menhal, een 38-jarige man uit Sint-Joost-ten-Node. De autopsie wees uit dat hij werd gedrogeerd en vervolgens gewurgd. Twee soorten slaapmiddelen werden in grote hoeveelheden in zijn lichaam gevonden.
Uit de eerste verklaringen van Lefèbvre bleek dat hij de avond van 10 april 2018 in zijn studio naar de uitzending van een voetbalwedstrijd had gekeken, samen met Menhal en Tanguy Lecocq. Lefèbvre en Lecocq waren samen partners in een klein bedrijfje dat telefoonabonnementen van telecombedrijven aan de man bracht via huis-aan-huisverkoop of op openbare plaatsen zoals metrostations. Ze schakelden daarvoor verscheidene onafhankelijke verkopers in, onder wie Menhal. Lefèbvre verklaarde dat hij na het vertrek van Lecocq ruzie had gekregen met Menhal in verband met het werk en dat hij hem langs achter had gewurgd met een stroomkabel terwijl die in de sofa zat.
Toen de speurders van de federale gerechtelijke politie ook Lecocq onderwierpen aan een verhoor, bleek zijn versie van de feiten op een aantal specifieke punten niet te stroken met die van zijn zakenpartner. Ze hadden ook een doosje van het slaapmiddel zolpidem teruggevonden bij Lefèbvre met een etiket van een apotheek in Anderlecht, niet ver van de woonplaats van Lecocq. Bovendien werd het signaal van zijn gsm opgevangen in de buurt van een doe-het-zelfzaak in Kraainem, waar op 10 april een rol tape werd gekocht die identiek was aan degene die gebruikt werd om Menhal in het zeil te wikkelen.
Wijziging verklaring
Op 3 augustus 2018 veranderde Lefèbvre uiteindelijk zijn verhaal. Hij verklaarde dat Lecocq nog altijd bij hem thuis was toen hij Menhal had gewurgd nadat hij slaappillen in diens drankje had gedaan. Hij zei toen ook dat het Lecocq was die alles had gepland: hij kocht de slaapmiddelen, het zeil en de tape, en regelde dat Menhal die avond naar Lefèbvres studio zou komen.
Lefèbvre legde uit dat hun bedrijfje in zware financiële moeilijkheden verkeerde. Lecocq, die de verkoopsactiviteiten leidde, kon niet langer alle verkopers en zelfs zichzelf uitbetalen. Menhal was hun beste verkoper en had contractueel grote commissies bedongen. Volgens Lefèbvre kon Lecocq het niet langer verdragen dat hij Menhal grote sommen geld moest uitbetalen en vreesde hij dat Menhal zou beslissen om zijn eigen bedrijf op te richten en daarbij de partnerschappen met de telecomoperatoren naar zich toe zou trekken.
Het proces tegen Lecocq en Lefèbvre start maandag om 14 uur met de loting van de volksjury. Vanaf donderdagochtend behandelt het Brusselse assisenhof de zaak ten gronde.
Lees meer over: Sint-Pieters-Woluwe , Justitie , Brusselse hof van assisen , moord , Tanguy Lecocq , Ludovic Lefèbvre , Hakim Menhal