Brussels Parlement keurt ordonnantie over economische migratie goed

Het Brussels Parlement heeft vrijdag een ordonnantie aangenomen over economische migratie. De meerderheid en N-VA stemden voor, MR, Agora en PVDA stemden tegen en de rest van de oppositie onthield zich.

Deze hervorming moet voor minister van Werk Bernard Clerfayt (Défi) het economisch belang van het gewest beschermen, door de werkgevers in staat te stellen een werknemer in dienst te nemen wanneer zij geen kandidaten kunnen vinden op de arbeidsmarkt en door de toegevoegde waarde van de ontwikkeling van nieuwe economische activiteiten door buitenlandse werknemers te waarborgen.

Daarnaast moet ze de aantrekkelijkheid en het concurrentievermogen van het gewest verhogen door buitenlandse werknemers en werkgevers een eenvoudig en coherent juridisch kader te bieden. Tenslotte leidt de ordonnantie tot meer rechtszekerheid voor werkgevers, werknemers en zelfstandigen, en voor het bestuur dat verantwoordelijk is voor de uitvoering van deze ordonnantie.

Clerfayt wees ook de sprekers terecht die via de tekst ook de regularisering van werknemers zonder papieren willen doorvoeren. Onder meer Els Rochette (Vooruit.brussels) betreurde dat de ordonnantie geen oplossing biedt voor deze mensen.

"Sommigen willen er een middel in zien om werknemers zonder papieren te regulariseren. Dat geloven, of slechter: dat laten geloven, is niet alleen de wanhoop van deze mensen uitbuiten, maar ook geen rekening houden met de bevoegdheidsverdeling. Het verblijfsrecht valt uitsluitend onder de bevoegdheid van de federale regering. Deze dringende kwestie moet worden opgelost. Dat moet echter gebeuren in het juiste halfrond en met de juiste gesprekspartners", repliceerde dus Bernard Clerfayt.

Specifieke vaardigheden

De minister haalde ook uit naar zij die beweren dat de buitenlandse werknemers onze banen zouden innemen. "In het Brussels Gewest zijn er bijna 800.000 werknemers, van wie slechts 8.000 buitenlandse werknemers van buiten de Europese Unie. Dat betekent dat economische migratie amper 1% van de werknemers vertegenwoordigt", aldus Clerfayt. De minister wees er nog op dat werkgevers die nood hebben aan werknemers met specifieke vaardigheden die niet beschikbaar zijn op de arbeidsmarkt, dankzij economische migratie buitenlandse werknemers kunnen aanwerven.

Clémentine Barzin (MR) vond dat vergunningen voorbehouden moeten zijn voor hooggekwalificeerde en gespecialiseerde profielen. Volgens haar doet Actiris niet genoeg om vraag en aanbod op de arbeidsmarkt in Brussel op elkaar af te stemmen, zoals blijkt uit een recente audit.

Legaal en waardig werk

Petya Obolensky (PVDA) betreurde dat geen van de eisen van de Liga van huishoudelijk personeel van de christelijke vakbond, waarvan sommige activisten getuigenissen kwamen afleggen, in de tekst waren opgenomen, ondanks de principiële steun van meerdheidspartijen PS en Ecolo. Net als de vakbond vraagt de PVDA de toepassing van de Europese richtlijnen die de bescherming van klagers tegen hun mishandelende werkgevers garanderen; de aanpassing van het systeem voor de afgifte van de gecombineerde vergunning om de toegang tot legaal en waardig werk voor arbeidsmigranten zonder papieren te garanderen; en de toegang tot beroepsopleidingen in sectoren met een tekort.

Gilles Verstraeten steunde namens de N-VA de principes van de ordonnantie. De Brusselse kenniseconomie vergt immers vaak zeer specifieke hooggeschoolde, technische en tegelijk meertalige profielen. Net als de MR-fractie benadrukte hij dat waakzaamheid geboden is, zodat werkgevers geen buitenlandse werknemers aanwerven voor functies die met enige inspanning ook door Brusselse (of Belgische) werkzoekenden kunnen worden ingevuld.