Vijftien procent van de Belgische vrouwen is al het slachtoffer geweest van fysiek partnergeweld. Dat blijkt uit de Belgische resultaten van een Europese enquête over geweld tegen vrouwen en andere vormen van interpersoonlijk geweld. In Brussel liggen de cijfers hoger dan in Vlaanderen.
Brusselse vrouwen vaker slachtoffer van partnergeweld dan Vlaamse vrouwen
Lees ook: Brusselse advocaten volgen opleiding over intrafamiliaal geweld: 'De drempel is vaak hoog'
Uit het rapport komt naar voren dat vrouwen in ons land vaker het slachtoffer zijn van geweld. Of dat nu psychologisch, fysiek of seksueel is, en of het nu in de privésfeer, op het werk of in de openbare ruimte plaatsvindt, vrouwen worden meer blootgesteld aan geweld dan mannen. En als dat gebeurt, is het vaker en ernstiger.
Zo zijn slachtoffers van seksueel partnergeweld bijna uitsluitend vrouwen. Ongeveer 1 op de 13 vrouwen werd al slachtoffer. Ook onder slachtoffers van fysiek geweld zijn vrouwen meer vertegenwoordigd dan mannen. In België gaf 15 procent van de vrouwen aan al fysiek geweld te hebben ondergaan van een partner. Vrouwen maken ook vaker melding van 'ernstig' fysiek geweld.
Wat psychologisch geweld betreft, is het percentage slachtoffers vergelijkbaar tussen mannen en vrouwen: ongeveer 30 procent. Maar er is wel een significant verschil in de frequentie van dat type geweld. Bij vrouwen komt dat vaker voor, terwijl mannen het omschrijven als eenmalige of zeldzame ervaringen.
Uit het onderzoek blijkt ook dat de meeste slachtoffers van seksueel geweld buiten een intieme relatie melden dat het geweld gepleegd werd door mannen die ze kennen.
Verschillen tussen de gewesten
Er zijn grote verschillen tussen de gewesten. Zo ligt het percentage vrouwen dat slachtoffer is van psychologisch, fysiek of seksueel partnergeweld in Wallonië (42,5 procent) en Brussel (33,7 procent) beduidend hoger dan in Vlaanderen (24,7 procent). Ook bij andere vormen van geweld, zijn de cijfers in Brussel en Wallonië hoger dan die in Vlaanderen.
Als het gaat over fysiek of seksueel geweld door een niet-partner, zien we dat er ongeveer dubbel zoveel slachtoffers zijn in Brussel (28,1 procent) en Wallonië (26,6 procent) als in Vlaanderen (13,2 procent).
Een ander vaststelling is dat niet alle vrouwen op dezelfde manier worden blootgesteld aan geweld. Bij vrouwen in kwetsbare posities is het geweld groter. Het gaat dan onder meer om vrouwen die niet in staat zijn om te werken of werkloos zijn en die een slechte gezondheid of een moeilijke financiële situatie hebben. Bij vrouwen die deze kenmerken combineren geeft bijna de helft (45 procent) aan seksueel geweld te hebben ondergaan van een partner. Van diezelfde vrouwen zegt 35 procent seksueel geweld te hebben ondergaan door een niet-partner.
Stalking en intimidatie op het werk
Het onderzoek gaat ook in op twee vormen van intimidatie: stalking en seksuele intimidatie op het werk. Bijna een kwart van de vrouwen is in haar leven minstens één keer het slachtoffer geweest van stalking. Het gaat dan onder meer om het herhaaldelijk ontvangen van obscene, bedreigende, verontrustende of stille berichten of telefoontjes, geconfronteerd worden met een persoon die wacht of rondhangt rond hun huis of werkplek of herhaaldelijk gevolgd of bespied worden.
Bijna 1 op de 3 vrouwen en bijna 1 op de 5 mannen geven aan dat ze minstens één keer in hun beroepsleven het slachtoffer zijn geweest van een vorm van seksuele intimidatie op het werk. Hierbij gaat het om ongepaste of opdringerige blikken, waardoor vrouwen zich ongemakkelijk voelden, en ongewenst lichamelijk contact. Het merendeel van de daders zijn mannen.
De enquête werd, onder meer door Statistiek Vlaanderen, uitgevoerd tussen juli 2021 en augustus 2022 bij een representatieve steekproef van de Belgische bevolking tussen 18 en 74 jaar oud.
Dark number
Het onderzoek werd meegefinancierd door de Vlaamse ministers Gwendolyn Rutten, Hilde Crevits en Zuhal Demir. "De cijfers zijn niet goed. Te veel vrouwen, maar ook mannen krijgen te maken met fysiek of seksueel intra-familiaal geweld. Dat aanvaarden we niet", zeggen ze in een reactie.
"We zijn ons bewust van het hoge 'dark number' en de enorme lijdensweg die voorafgaan aan het effectief durven melden. Al deze mannen en vrouwen mogen weten dat wij aan hun kant staan", zegt minister van Gelijke Kansen Gwendolyn Rutten (Open VLD). Minister van Welzijn Hilde Crevits (CD&V) wijst erop dat de studie "bijzonder waardevol is om mee aan de slag te gaan." "Op die manier kunnen we gerichte maatregelen nemen, die op maat zijn van de doelgroepen die geconfronteerd worden met gendergerelateerd geweld."
"Elk slachtoffer is er een te veel en moeten we vanuit de overheid zo goed mogelijk bijstaan. Vlaanderen investeert daar meer in dan ooit tevoren", zegt Vlaams minister van Justitie en Handhaving Zuhal Demir (N-VA), tot slot.
Lees meer over: Samenleving , intrafamiliaal geweld , geweld tegen vrouwen , partnergeweld , Europese studie , enquête