Jubileum Mini-Europa valt samen met afscheid directeur: 'Mijn werk is politiek beladen'

Mini-Europa viert haar vijfendertigste verjaardag. Het is een extra bijzonder jaar voor directeur Thierry Meeùs, die in juni het stokje over geeft aan zijn dochter. "Ik voel me absoluut een Europa-ambassadeur."

Naar aanleiding van de vijfendertigste verjaardag, die samenvalt met het Belgische voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie, staat er veel op de planning voor het komende jaar, vertelt directeur Meeùs. "Het wordt in alle opzichten een apart jaar."

Zo worden er vanaf april vijftien nieuwe miniatuurscènes gebouwd in Mini-Europa. Ze sluiten aan bij de actualiteit en leggen uit wat Europa precies doet en kan doen voor haar burgers. Er zullen thema’s als migratie, biodiversiteit en het Erasmus-programma behandeld worden.

"We proberen elk jaar iets nieuws te doen en in te spelen op actuele gebeurtenissen. In 2020 gaven we bijvoorbeeld aandacht aan Brexit en in 2022 aan de oorlog in Oekraïne."

Naderend pensioen

Meeùs is sinds 1988 directeur en heeft Mini-Europa mee ontwikkeld vanaf het begin. De liefde voor attractieparken kreeg hij van huis uit mee: zijn vader was oprichter van de Walibi Groep.

In juni gaat Meeùs met pensioen. Hij wordt dan dan voorzitter van de Raad van Bestuur en geeft het stokje over aan zijn dochter. Daar heeft hij dubbele gevoelens over. “Het creëren van Mini-Europa was zo veel meer dan gewoon management”, blikt hij terug. “We bouwden iets op dat nog niet bestond, we hadden geen enkel voorbeeld. Alles was afhankelijk van onze eigen creatieve ideeën. Dat maakte het ook zo leuk.”

Bij het begin van Mini-Europa bestond de Europese Unie nog niet uit zo veel lidstaten als nu het geval is. Bij elke nieuwe lidstaat moest een nieuwe miniatuur bedacht worden voor het attractiepark, steeds in overleg met de ambassadeur van het land in kwestie. Meeùs treedt daarom niet alleen op als manager maar moet soms ook een beetje diplomaat zijn.

Discussie met Hongarije en Nederland

Zo was er veel te doen rond Hongarije. "Hongarije wilde iets heel groots, maar we hadden slechts een beperkt budget. Daardoor duurde het overleg lang. Toen er een nieuwe ambassadeur kwam, moesten de gesprekken weer opnieuw beginnen. Uiteindelijk was er zelfs aandacht voor in het Hongaarse parlement. Iemand vroeg zich af waarom er nog niks van Hongarije in Mini-Europa stond. Dit werk is heel politiek."

Ook was er een discussie met Nederland. "We kregen commentaar dat de windmolens de verkeerde kant op draaiden. Daar waren mensen niet blij mee. Zo zie je maar, dingen kunnen hier heel gevoelig liggen."

Hart voor Europa

In de loop der tijd is Meeùs persoonlijk ook steeds meer gaan voelen voor de Europese zaak. Voelt hij zich soms een beetje ambassadeur voor Europa? “Absoluut. Ik denk ook echt dat we Europa nodig hebben als je kijkt naar de uitdagingen waar we nu voor staan, zoals de oorlog in Oekraïne en klimaatverandering."

Mini-Europa is zowel populair onder de vele buitenlandse toeristen die Brussel bezoeken als onder Belgische bezoekers. Jaarlijks trekt het pretpark 400.000 bezoekers, wat het de op één na populairste toeristische attractie in Brussel maakt, na het Atomium.

De komst van Neo

Lange tijd leek het erop dat Mini-Europa ging moeten wijken voor Neo, een groots project voor de Heizelvlakte dat een winkelcentrum, huisvesting en andere economische activiteiten omvat. Tot er in 2021 uitsluitsel kwam: het pretpark wordt opgenomen in de nieuwe plannen.

Wel krijgt Mini-Europa op de Heizelsite concurrentie van nieuwe pretparken die in de plannen van Neo staan ingeschreven. Zo komt er een thematisch pretpark 'Spirouland', helemaal op basis van de stripfiguur Spirou of Robbedoes, en een wetenschappelijk themapark: 'La cité des enfants'.

Meeùs: “Neo zou al moeten beginnen in 2011, maar het werd steeds uitgesteld. Het is een complex project. Het is voor ons onduidelijk wanneer en of het er komt. Hoe dan ook mogen wij nog tot zeker 2032 blijven, dus gaan we vrolijk door met plannen maken.”