Raad van State schorst vergunning voor nieuwe appartementsblokken op de Papenvest

De Raad van State heeft vrijdag de vergunning voor de nieuwe appartementsblokken op de Papenvestsite geschorst. Het geeft de omwonenden gelijk: de gebouwen zijn te hoog in vergelijking met de omringende huizen. Dat er al hoge appartementsblokken stonden, doet er niet toe, aldus het rechtsorgaan in een mededeling.

De Stad Brussel wil de 5 modernistische en versleten woonblokken op de Papenvest afbreken en er een nieuwe stadswijk in de plaats bouwen. Het aantal woningen stijgt daarmee van 314 naar 332. Op de plannen kwam heel wat kritiek onder meer omdat de bebouwde oppervlakte veel groter werd.

Toch kreeg het project een vergunning. Buurtbewoners gingen er toen al vanuit dat de Raad van State de plannen zou vernietigen.

Die buurtbewoners halen nu dus hun gelijk. In het arrest schorst de Raad van State de vergunning. "Uit de motivering van de vergunning kan niet opgemaakt worden dat er op wettige wijze is afgeweken van de verordenende vastgelegde maximale bouwhoogte", staat er te lezen. "Bovendien lijkt het openbaar onderzoek en de weerlegging van de bezwaarschriften niet correct te zijn gebeurd."

Maximumhoogte nieuw gebouw

Die gebouwen zijn zes tot tien verdiepingen hoog, en daarmee veel hoger dan de omringende wijk. Dat terwijl de Gewestelijke Stedelijke Verordening stelt dat de maximumhoogte van een nieuw op te richten gebouw niet hoger mag zijn dan de gemiddelde hoogte van de bouwwerken die zich bevinden op de terreinen rond de betrokken site.

De openbare vastgoedmaatschappij Brusselse Woning en het Gewest, dat de vergunning leverde, wezen erop dat de vijf bestaande appartementsblokken die worden afgebroken nóg hoger zijn. "Volgens de verwerende partij doen verzoekers uitschijnen dat zij liever een toren van negen bouwlagen naast zich hebben staan dan een van zes bouwlagen", staat te lezen in het arrest.

Maar dat doet er volgens de Raad van State niet toe, die oude blokken bevinden zich niet op het omringende terrein.

Bovendien was er veel meer plaats tussen de huizen en de oude blokken, met gras en bomen, dan wat er in het nieuwe project voorzien is. “Het kan niet worden betwist dat het in uitvoering zijnde project een betekenisvolle nadelige invloed heeft op de leefomgeving van de verzoekers."

De Raad van State neemt het de overheid ook kwalijk dat er geen rekening werd gehouden met de kritiek die via bezwaarschriften geleverd werd. In het eerste openbaar onderzoek stelden omwonenden immers dat het (Nederlandstalig) effectenverslag ontbrak. Er werd opnieuw een openbaar onderzoek gevoerd, maar weer zonder effectenverslag.