Steile opmars voor Japanse ramen-noedelbars

Ramen-noedelbar Umamido heeft net een nieuwe vestiging geopend op de Baljuwstraat. Binnenkort opent Samouraï een nieuw restaurant op de Vleurgatsesteenweg, op een boogscheut van de eerste Umamido vestiging. De twee grootste spelers in de wereld van de Japanse ramen-noedels in Brussel zetten hun steile opmars voort.

“Er is ongetwijfeld concurrentie”, zegt Guy Quirynen, de man achter Umamido. “Voorlopig is die nog niet ‘face to face’. Al komen we er op de Vleurgatsesteenweg toch dichterbij.”

Umamido en Samouraï zullen binnenkort elk drie vestigingen hebben in Brussel. Die liggen vooral in het centrum en in Elsene.

“Het is een zichzelf versterkend effect. We introduceren een product dat nog maar weinig mensen kennen dus hebben we er baat bij dat ramen zo bekend mogelijk geraakt in België. Anderzijds strijden we natuurlijk allemaal om dezelfde koek.”

Steile opmars
Zowel Umamido als Samouraï begonnen in 2013 aan hun opmars. Ondertussen trekken hun restaurants elke avond massa’s klanten. Guy Quirynen staat er zelf van te kijken hoe snel het allemaal is gegaan.

“Ons restaurant op de Vleurgatsesteenweg zat altijd vol. Het leek ons dus opportuun om ook op de Baljuwstraat een Umamido te openen. Het succes van ramen-noedels in Brussel is echt opvallend. In Amsterdam zijn er amper twee ramen-shops, en die zijn dan nog van bedenkelijke kwaliteit. Dat zie je ook in Berlijn en Parijs bijvoorbeeld.”

Exit brasseriekeuken
Volgens Quirynen symboliseert de ramen-hype in Brussel ook een opmerkelijke verschuiving in de stadshoreca.

“Het tijdperk van de brasserie is voorbij. We gaan meer en meer naar een monoproduct-keuken. Kijk bijvoorbeeld naar Balls & Glory. Met een duidelijke identiteit en beperkte menukaart kan je fantastische dingen doen. Zonder dat je daar bataljons dure werknemers voor nodig hebt.”

Voor Umamido zijn er in Brussel nog wel één of twee bijkomende locaties mogelijk volgens Quirynen. “Maar het is zeker niet de bedoeling dat we er op elke straathoek één openen. Toch zal er in Brussel zeker nog eentje bijkomen.”