Veel meer nieuwe ondernemingen in Brussel

In 2015 zijn er in Brussel 11.533 nieuwe ondernemingen opgericht. Dat is 63 procent meer dan vijf jaar eerder in 2010. Volgens BECI, de Brusselse Kamer van Koophandel die de cijfers publiceert, is dat enerzijds te wijten aan de conjunctuur, de economie die opnieuw aantrekt dus, maar ook het ondernemersklimaat in Brussel blijkt gunstig.

Dat gunstige ondernemersklimaat heeft ook Ilse Geyskens ondervonden. Drie maand geleden startte ze haar eigen zaak aan de Brandhoutkaai aan het Sint-Katelijneplein. Ze opende er een Colombiaanse koffiebar: café Velvet Brussels.

“Mijn eigen zaak opstarten was een positieve ervaring. Het is natuurlijk een hele weg om af te leggen maar bij alle betrokken partijen was er bereidheid om te helpen. Ik heb ook geen last gehad van extreem lange procedures en heb zelfs steun gekregen van Brussels Invest. In totaal heeft alles wel een jaar geduurd maar het was zeker geen frustrerend proces.”

Obstakels
Wie de cijfers bekijkt ziet dat Ilse niet alleen is. Maar volgens Jan De Brabanter, secretaris-generaal bij BECI, blijven er obstakels:

“We stellen vast dat er nog altijd ondernemingen Brussel verlaten omwille van de fiscaliteit, het administratief kluwen en vooral het mobiliteitsprobleem. Het aantal nieuwe bedrijven wijst wel op dynamisme. Dat is goed maar die bedrijven moeten hier kunnen doorgroeien.”

Veel van de nieuwe ondernemingen vestigen zich in Brussel-Stad, Elsene of Schaarbeek. Opvallend is ook het aantal nieuwe ondermingen in Molenbeek. Daar is het aantal nieuwe ondernemingen bijna verdubbeld.

“Er zijn veel jongeren in Molenbeek”, zegt Jan De Brabanter, “en het is er ook goedkoop qua vastgoed. Dat maakt het gemakkelijker een zakenpand te vinden. Bij mensen met een migratieachtergrond is de drempel ook minder groot om een zelfstandigenstatuut aan te vragen. Het gaat dan vooral om kleinhandel en import-export bedrijven. Maar ook op vlak van e-commerce zien we daar een evolutie.”

Risico
Toch vraagt ondernemen een zeker risico. Dat ondervond ook Ilse Geyskens bij het opstarten van haar coffeebar.

“Ik heb zeker research moeten doen om een valabel businessplan om te stellen. Zo ben ik bijvoorbeeld te weten gekomen dat ik recht had op bepaalde subsidies. Bijvoorbeeld van het Brussels Gewest voor de aankoop van nieuw materiaal. Of voor investeringen in de beveiliging van je pand. Het probleem daar is dat je alles moet voorschieten. Dat is wel een financieel risico.”

Eerste jaar overleven
Jan De Brabanter benadrukt ook het gevaar dat veel nieuwe ondernemingen hun eerste jaar niet overleven:

“Daarom hebben we ook een centrum voor ondernemingen in moeilijkheden. Het aantal afvallers bij startersbedrijven is natuurlijk hoog. We moeten er dan ook voor zorgen dat de goede overblijven.”

De juiste keuze maken inzake bedrijfsvorm is dan ook belangrijk. Zo koos Ilse voor een BVBA (besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid). De op één na populairste keuze voor nieuwe ondernemingen na een zelfstandigenstatuut.

“Ik heb gekozen voor een BVBA. Dat is een goeie combinatie met feit dat ik dit alleen doe en dat er minder kapitaal nodig is dan bij een NV (naamloze vennootschap).