Werknemers De Lijn krijgen opslag na 4-daagse staking

De drie vakbonden en de directie van de openbaarvervoermaatschappij De Lijn hebben een akkoord bereikt over een loonsverhoging van in totaal 1 procent in 2018. Dat meldt de christelijke vakbond ACV.

Het loonsakkoord komt er na de vierdaagse staking bij de openbaarvervoermaatschappij in heel Vlaanderen. Het twistpunt van de sociale onvrede waren de lopende cao-gesprekken.

De bonden vroegen de maximale opslag van 1,1 procent die de sociale partners op nationaal intersectoraal niveau onderhandeld hebben. De directie wilde 1 procent geven, waarvan de helft via een bonus. Die bonus is dus afgevoerd. "Het zwakke punt is dat we in 2017 geen koopkrachtverhoging gekregen hebben," zegt Coolbrandt. "Er is ook geen sprake meer van voorwaarden voor een loonsverhoging."

Maar er is naast het cao-akkoord ook sprake van een tweede tekst over de nieuwe werkorganisatie die De Lijn wenst. Eind september volgen de eerste gesprekken over dit thema en eind maart moet men de conclusies neerleggen. Coolbrandt houdt daarbij wel een slag om de arm. "Als het de bedoeling is de chauffeurs langer en harder te laten werken, dan geef ik het niet veel kans. Maar indien er een verbetering van de rust- en rijtijden komt, dan zijn we voor."

Geen stakingen meer
In de laatste paragraaf van het akkoord beloven de vakbonden sociale vrede. Nieuwe stakingen zitten er dus niet aan te komen. De gevraagde 1,1 procent opslag is er niet gekomen, maar Coeck is wel tevreden dat het akkoord het interprofessioneel akkoord (ipa) respecteert.

"Het vorige voorstel van de directie had voorwaarden en de verhoging was eenmalig via een bonus. Dat was geen weerspiegeling van het ipa, maar in het huidige akkoord worden de principes wel gerespecteerd.”