Burgemeester Joël Riguelle deelt al vijftien jaar de lakens uit in Sint-Agatha-Berchem en spaarde geld noch moeite voor sociale initiatieven. Maar het laatste 'stadsdorp' verandert snel, door twintig procent nieuwkomers in tien jaar tijd.
Ronde van Brussel: BRUZZ houdt halt in Sint-Agatha-Berchem.
Grote theater- en operastukken draaien rond liefde en hoogmoed. Zo ook dit verhaal in Sint-Agatha-Berchem, goed voor amper 2,9 vierkante kilometer hoofdstad, waar 'ons kent ons' de bewoners en politici nog bindt. Maar binnen in het gemeentehuis, historisch een oude matrassenfabriek, zijn de veren gesprongen, en is in de eigen meerderheid het vertrouwen geschaad.
Eerste bedrijf: de liefde voor het nest. “Ik ga niet mee in de fusie tussen gemeenten, zoals Charles Picqué (PS-burgemeester van Sint-Gillis, red.) voorstaat,” poneert christendemocraat Joël Riguelle, al dertig jaar in de gemeentepolitiek en beroepshalve toneelspeler. Zijn lijst LBR (CDH, CD&V & Onafh.) haalde bij de verkiezingen van 2012 een stevige dertig procent en tien zetels. Zo kon hij samen met MR, dat zes zetels behaalde, galant een meerderheid vormen en een op de drie gemeenteraadsleden een mandaat geven. Zijn LBR kreeg de burgemeesterssjerp, vier schepenambten en de OCMW-voorzitter. MR kreeg drie schepenen. En de dynastie van CD&V-Vlamingen was tevreden met twee schepenen: Vincent Riga, naast Agnès Vanden Bremt en Peter Decabooter, ieder voor een halve termijn.
"Een fusie zou faliekant zijn," zegt Riguelle. "Een grote gemeente kan niet dicht bij de burger staan." Voor elke honderd Berchemnaren staat er nu een voltijdse ambtenaar paraat, luidt het. “Ja, maar het systeem van een breed middenkader maakt dat er aan de basis amper nog een straatveger is,” zeggen anderen.
Anno 2018 is Berchem niet meer het Berchem van Angèle Manteau met haar uitgeverij, van Mister Muscles from Berchem Jean-Claude Van Damme of van Jimmy van Get Ready, die uitweken. Alleen veel groen, zoals het Wilderbos, de Zavelenberg en parkjes met speelterreinen, en het hoevetje Pie Konijn houden het verleden vast. Maar de burgers wonen er graag, zeker de senioren. Tegenover gemiddeld 35 procent in het gewest kent Berchem maar 18,24 procent allochtonen. Het laagste aantal in het gewest, al groeit het plots snel.
Sociale Vallei
De burgervader maakte een prioriteit van een goede oude dag voor wie onder de kerktoren bleef. “De gemeente is klaar voor de tachtigplusser,” stelt een tevreden OCMW-voorzitter Jean-François Culot. Er was de inrichting van een dagverblijfcentrum in 2018 en een splinternieuw OCMW-rusthuis Bloemendal in 2015, dat meteen volzet was. De locatie, de oude Molenbeekvallei, waar ook de OCMW-consultaties zijn en een inclusieve crèche - nog in uitbouw - gerealiseerd wordt, heet nu al de Sociale Vallei. Burgers kunnen er terecht voor het dagverzorgingscentrum Zonnebloem, het dagverblijf De Hortensia’s, een collectieve moestuin, zelfs een sociale kruidenier.
Er is een Bernavette-pendelbusje, goed voor 3.328 ritten in 2017, en er worden warme maaltijden aan huis bezorgd. Het grootste revalidatiecentrum van het gewest, Valida, heeft zich bovendien goed verankerd. Heel wat privérusthuizen - Berchem heeft meer 85-plussers dan gemiddeld in het gewest - bieden een mooie aanvulling op het moderne OCMW-rusthuis. De oude burger moet dus niet verhuizen om op goede zorgen te kunnen rekenen.
Maar de Berchemnaren zijn niet allemaal grijs: een diaspora aan nieuwkomers maakt van Berchem een van de 'jongste' gemeenten in het land. Ze zijn allochtoon - veelal Marokkaans - en stroomden vanuit de ‘arme sikkel' - Anneessens, Molenbeek, Kuregem-Anderlecht - de voorbije twee bestuursperioden de westkant binnen. Het zijn vooral jonge gezinnen, die nood hebben aan scholen. Ook bij Roemenen bijvoorbeeld is Berchem populair: hun aantal ging in amper vijf jaar tijd van een paar tientallen naar bijna vier op de honderd. Zij kopen er huizen en kiezen voor Berchem omdat Roemeense vrouwen in de zorgsector aan de slag kunnen in verzorgingsinstellingen en bij poetsdiensten, zo analyseert het Huis van de Roemenen. De mannen uit de bouw vinden een Brico bij Basilix handig, en kunnen vooral meteen de Ring op, voor hun werk.
“We zullen de nieuwe cultuurgemeenschappen persoonlijk moeten betrekken, via de scholen en via multiculturele activiteiten," stelt schepen Agnès Vanden Bremt, die op één lijn staat met Riguelle. "Financiële middelen vinden om de verjonging van antwoord te dienen wordt dé uitdaging voor morgen," stelt Riguelle. Het Cultuurbeleidsplan onder de titel 'Nieuwkomers maken het dorp spannend' - overgenomen van een politieke analyse van BRUZZ in 2012 - blijkt nu op maatschappelijk vlak geen prioriteit te zijn geweest. Alleen de cultuurcentra De Kroon en Le Fourquet vingen het fenomeen zo breed mogelijk op.
De instroom eist zijn tol. Terwijl 52 procent van de burgers huiseigenaar is en een aantal wijken hoge mediaan inkomens blijven genereren, valt het woord 'vermolenbekisering' al enkele jaren. Het aantal leefloners is in tien jaar tijd verdubbeld, en sinds 2015 zelfs met 46 procent gegroeid. Ook is het aantal jongeren van 18 tot 25 jaar dat bij het OCMW aanklopt, van 2013 tot 2017 gestegen met 88 procent. Zo'n structureel probleem vraagt om een aanpak, temeer omdat ook het aantal eenoudergezinnen boven het gewestgemiddelde ligt en het OCMW vandaag geen eigen sociale woningen heeft, al werd een eerste huis voor twaalf personen gekocht in 2017.
Elke inwoner zeult een overheidsschuld van 1.200 euro mee. “Berchem doet het daarmee slechter dan Vilvoorde, dat zich uit het rood werkt,” zei Luc Demullier (ex-N-VA) begin dit jaar nog op de oppositiebanken. Hij verliet de N-VA na onenigheid in zijn partij. Een stemmentrekker verdween en de burgemeester, die open stond voor Demulliers kritiek, is een antagonist kwijt.
Handel sterft
“Werk is een gewestmaterie,” zegt Riguelle. “In alles wat we lokaal ondernemen, hebben we Actiris nog nooit gezien. We nodigen hen aan tafel uit, maar ze sturen hun kat.” Wie werk zegt, denkt bedrijven en handel. En dat blijft, net als in de vorige bestuursperiode, moeilijk in Berchem. “We geven dit jaar 5.000 euro als een horecazaak in het centrum verfraaiingswerken doet,” zegt Riguelle. Maar dat hield de sluiting van een standingkledingzaak als Succes - nu Spullenhulp - op het Schweitzerplein niet tegen. Amper zes handelaars vroegen die premie aan. Nieuwe zaakvoerders vinden geen betaalbare handelspanden of kantoren.
“Als de schepen van Handel zijn werk niet doet, hoe kan het dan draaien?” wuift de burgervader de kritiek weg. Coalitiepartner MR ligt op een aparte matras, sinds die oud-CD&V-schepen Vincent Riga aan de Open MR-lijst toevoegde. “Hoe kan ik de handel promoten, zonder behoorlijk budget?” pareert schepen van Handel en Sport Michaël Vander Mynsbrugge (MR). Hij moet het met 80.000 euro per jaar doen en ziet nachtwinkels de oude handel vervangen.
Bij het begin van de bestuursperiode was de vergrijzing van de handelaars al een fenomeen en stak Riguelle veel geld in een onafhankelijk onderzoek, met SWOT-analyse. “De gemeente kwam zo slecht uit de enquête, dat het resultaat van Riguelle het daglicht niet mocht zien. Waar moet je je politiek dan op baseren?” zucht Vander Mynsbrugge, die voor Sport wel een mooi palmares kan voorleggen: de renovatie van het sportcomplex op Hunderenveld en de aankoop van de sportterreinen van de Nationale Bank.
“Die aankoop was een unieke kans - ja, ongepland in de meerjarenbegroting - die we niet konden laten liggen, zeker omdat nieuwe sportinteresses als hockey aan de slag kunnen bij B.Sports (de nieuwe naam voor de sporttereinen, red.),” geeft Riguelle toe, die voor dat dossier op dezelfde lijn als Vander Mynsbrugge én zijn oud-schepen Riga zit. De oppositie, van Ecolo-Groen tot PS-SP.A, kon die sportieve prioriteit al even slecht slikken als al wie op de nieuwe Nederlandstalige basisschool zat te wachten.
Tweede bedrijf: de hoogmoed of de Val van Icarus. Toen Riguelle bij de vorige gewestregering nog parlementslid was, kwam dat dubbele petje de gemeente vaak ten goede. De aanpak van de gewestwegen Josse Goffinlaan en de Gentsesteenweg werd ingeleid, de heraanleg van het Schweitzerplein werd uitgerold.
"De gemeente kan vanuit tweedelijnspositie niet alles oplossen," zegt Riguelle. "Mobiliteit is een probleem van het gewest.” Berchem was bijvoorbeeld de pineut bij gebrek aan een serieus circulatieplan bij de al jaren verwachte werken aan de Leopold II-tunnel. Riguelle: "Als burgemeester heb ik minder slagkracht dan in het parlement om ministers aan de mouw te trekken. We hebben inspanningen gedaan: de verdubbeling van Cambio, de uitbreiding van de blauwe zone, veloboxen geïnstalleerd. Voor meer veiligheid is het politiekader opgetrokken, komen er alsmaar meer camera’s en zijn er acties tegen sluikstorten.”
Tergende traagheid
De oppositie kon weinig inbrengen tegen die strategie van de burgemeester, maar de kritiek kwam uit eigen rangen. Riguelles poulain en erfprins Vincent Riga fulmineerde rond het dossier van de stationsbuurt, dat als overstapplaats voor auto-, trein- en tram/bus een troef kon worden. En vooral - samen met CD&V-genoot Decabooter - over de 'tergende traagheid' van een terreinaankoop voor een nieuwe Nederlandstalige basisschool.
Riga klapte uit de biecht in dit magazine en had het over de afwezigheid van een consensusbeleid in de meerderheid. Hij stak de politieke fabriek figuurlijk in brand. Open VLD zou hem weer inzetten. “En dat allemaal om een school die er wel over drie tot vier jaar komt, ook al is er nu een klein probleem met sanering van het terrein,” reageert Riguelle koelbloedig. “De jonge garde heeft geen geduld, maar het zijn wel de ouderen die iets realiseren in de politiek.”
Met het uitstel van die nieuwe Nederlandstalige gemeenteschool - terwijl de Franstaligen er een kregen voor zeshonderd kinderen - was het geduld van Decabooter op. Ook hij gaf vroegtijdig zijn schepenstoel terug. En daar stopte het niet, zijn opvolgster Maude Van Gyseghem stelde na amper een halfjaar als schepen dat ze twijfels had over de inschatting die Riguelle maakt over hoogdringendheid van een school, als het aantal kinderen en adolescenten in tien jaar is verdubbeld (zie artikel Nederlandstalig beleid).
En dan de epiloog van het coalitieverhaal. “We botsen altijd op een muur, als we vragen of voorstellen hebben,” zegt de oppositie. Dat geldt zowel voor ex-N-VA'er Demullier, die het parkeerplan van de gemeente hekelt omdat de bewonerskaarten het duurste zijn in het gewest, als voor PS, Défi, Ecolo. Na zestien wissels in eigen meerderheid, zijn de kaarten echter duchtig herschud. PS-kopman Marc Ghilbert komt op de burgemeesterslijst. Het alternatief Berch’m komt met vier man bij die LBR staan. N-VA moet na het vertrek van Demullier van nul herbeginnen. "Een tweede Vlaamse schepen kan nog wel, maar niet meer van dezelfde partij,” zegt Riguelle en zo wordt de grootste coalitiekanshebber Katia Van Den Broucke (lijsttrekker Ecolo-Groen), die sinds kort braaf oppositie voert. “Met mij wil hij nog wel spreken,” relativeert Vander Mynsbrugge, “maar Riga mag van Riguelle niet aan tafel zitten. Dat komt nooit meer goed.”
Moraal van dit kamertheater in een matrassenfabriek. Op matrassen kan je slapen, springen of je kan ze omdraaien. Maar vrijen – en politiek is een verleidingsspel - wordt er in Berchem niet meer op gedaan.
Nederlandstalig beleid: Schepenen keren burgemeester de rug toe
Trouw aan de burgemeester, dat was voor de Vlaamse CD&V-schepenen blijkbaar een brug te ver. Vincent Riga, Peter Decabooter en ook Maude Van Gyseghem vluchtten. Alleen de CD&V-getrouwe Agnès Vanden Bremt blijft, "gelukkiger en actiever dan ooit".
Wat zich in het begin van de bestuursperiode nog aandiende als een rennersteam van CD&V, ligt compleet uit elkaar: drie van de vier Nederlandstalige schepenen zijn 'gevlucht'. Door onenigheid met de burgemeester over hun bevoegdheidsdossiers, gingen achtereenvolgens Vincent Riga (eind 2016), Peter Decabooter (november 2017) en Maude Van Gyseghem (april 2018) overstag.
Het begon in 2013 nochtans ambitieus, met de heropening van het gemeenschapscentrum De Kroon, met een nieuwe podiumzaal. De eerste drie jaar zou Agnès Vanden Bremt (64) als Vlaamse schepen Cultuur, Onderwijs, Bibliotheek, Academie en Jeugd onder haar hoede nemen.
Daarna was Peter Decabooter aan de beurt, maar de sfeer in eigen rangen (Lijst Burgemeester Riguelle, met CDH en CD&V) verziekte. Schepen Vincent Riga (CD&V) had genoeg van het uitstelgedrag voor allerhande dossiers, in het bijzonder dat van de Unesco-school. Hij gooide zijn stoel van schepen voor Openbare Werken, Mobiliteit en Werk in 2017 te grabbel. "Er wordt binnen het College niet meer naar een consensus gewerkt," verwoordde hij zijn ergernis. Hij lonkt nu naar vernieuwde, politieke carrière in liberale rangen.
Vanden Bremt vulde het gat. "Ik werk al achttien jaar met de burgemeester, ik krijg altijd gedaan wat ik wil - en ja, een mens moet geduld hebben. Ik ben actiever dan ooit. Een Nederlandstalig eersteleerjaarsklasje komt er gegarandeerd in september."
Inmiddels gaf ook schepen Decabooter er de brui aan. Er was wel de nieuwe crèche 't Kabouterje, maar voor een nieuwe Nederlandstalige school had hij al in 2008 een blauwboek. Dat dossier raakte niet in een stroomversnelling. De nieuwe politica Maude Van Gyseghem moest de potten lijmen in november 2017, als vervangend-schepen, maar zij had nog minder geduld en bedankte de CD&V. "Ik ben niet de eerste die opstapt," zegt ze. "De CD&V-onderhandelingen met de burgemeester brachten geen oplossing."
Van Gyseghem is nu schepen als onafhankelijke en staat als onafhankelijke tweede op de tweetalige, liberale lijst Open MR. Nederlandstalige cultuur is nochtans een krachtig middel in deze westhoek van Brussel. Er zijn heel wat initiatieven, die inzetten op symbiose met alle cultuurgemeenschappen. In het bijzonder de samenwerking tussen De Kroon en de Franstalige pendant Le Fourquet. Met onder meer het Visueel Festival, waarover oppositiekanon Luc Demullier (ex-NVA) stelt dat "het door Franstaligen wordt omarmd omdat het taalloos is".
"Onze werkingssubsidie voor Cultuur werd verhoogd," glundert Vanden Bremt. Maar oudere verzuchtingen, langs Vlaamse kant, werden in zes jaar tijd onvoldoende afgewerkt. Zo blijft er het lokalentekort voor de Academie voor Muziek en Woord, met achthonderd leerlingen. Deze bestuursperiode kreeg ze twee extra lokalen toegewezen, de helft minder dan wat nodig is. Het geduld om met de hand open te staan, is op bij wie geen flamand de service meer wil zijn. Al lonkt de Vlaamse oppositie al. "Het beleid van Riguelle is niet slecht geweest," oordeelt Katia Van Den Broucke, lijsttrekker Ecolo-Groen.
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.