Dit is geen typische middernacht. Parijzenaars dansen met een melkwit glas Mumm naast de kelders van een Seinebrug. Door je wimpers kijkend lijken ze Ukkelse BCBG’s die Brussel-Bad ombouwden tot iets duurders. Ze dansen op Stromae en daarna op goedkope pop.
Celia schiet met scherp: 'De Fransen komen'
De bril van een ander is iets dankbaars. Begin twintigste eeuw - c’était au temps où Bruxelles bruxellait - was Brussel het hippe kleine broertje waar Parijzenaars in het weekend feestten. Brussel had Haussmann-achtige boulevards en een vrij coherente, bombastische nieuwe architectuur - Leopold II en zijn moordregime in Congo oblige. In Parijs bleven de boulevards, in Brussel zijn ze gemutileerd.
Aan de Invalides krijgt koning auto één rijstrookje beiderzijds naast vier brede voetgangerspaden, enorme stroken grasveld omzoomd door gemeenschapstuintjes. Ik denk aan Parking 58. Hoe meer wordt afgebroken, hoe meer nostalgie het veld ruimt voor de belofte van zeldzaam lege ademruimte. Maar kwatongen beweren: er komt een neo-jaren-1990-bouw.
"Opvallen doen die Franse immigrés niet, hooguit door wat zelfbewust sarcasme"
Wie zéker komt: de Fransen zelf. Expatvrienden in een Parijse buitenwijk met een RER-station hebben een landhuis met tuin, vol met hun rijke, François Ozon-achtige vrienden. Daartussen zit ik. En zij zitten jaloers te zijn dat ik uit Brussel kom. Pardon? Bewieroking zijn we in België niet gewend. Ja! roepen ze: vredig, proper, levenskwaliteit! Ik zwijg. Sous-entendu begrijp ik ook: goedkoop. Geen banlieues met rellen.
De rijkere Fransen hebben de schrik te pakken. Sloten, elektronisch toezicht, hek. En de moderne legende wil dat Brussel de échte Elysische Velden zijn met beter eten, wonen, leven. Ze hebben een punt: een garagebox in Parijs kost meer dan een appartement bij ons, en dus bieden vastgoedvitrines in Parijs woningen in Brussel aan. De Thalys naar Parijs is niet veel minder haalbaar dan sporen naar Limburg of West-Vlaanderen.
Opvallen doen die Franse immigrés niet, hooguit door wat zelfbewust sarcasme. Bij de “vreemdeling” in Molenbeek tellen ze ook zelden mee. Maar voelen zullen we ze: aan de vastgoedprijzen. De Fransen hebben geld. Zij en de eurocraten vervangen de Franstalige bourgeoisie aan de oostkant en het centrum. Bij mijn tandarts ligt hun glossy Juliette et Victor: de Belgische lifestyle voor Fransen. Geen friet, Baloji of conceptuele mode hier, wel gerestaureerde villa’s, hyperdure etentjes, veel rijke mensen. De publireportages gaan op in de artikels. De Elysische Velden zijn gereserveerd voor wie in de dure bourgeois pas kan lopen.
In de mode zijn als Brusselaar zal wel iets hebben. Maar ik vraag me af of deze nieuwe immigranten het potentieel bezitten om onze relatief betaalbare stad te ontwrichten. Wordt ook hier arm verbannen door rijk? Is het niet verkieslijker om weer in de anonimiteit te zakken? Laat Stromae maar een muzikaal symbool worden van een moment, net als Brel, toen Brussel weer eens Mekka was voor de eeuwig veranderlijke Parijzenaar. Pour vivre heureux, vivons cachés. Of is dat weer te Belgisch?
COLUMN Celia schiet met scherp
Lees meer over: Brussel , Column , COLUMN Celia schiet met scherp , Celia Ledoux
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.