Stel je lenteschoonmaak uit, stop met joggen, flikker op met je Netflix, en lees eens een Brussels boek. BRUZZ tipt je hier essentiële (en hoofdzakelijk Nederlandstalige) Brusselse literatuur.
Laten we beginnen met de klassieke kleppers, want een lange afzondering vraagt om dikke naslagwerken. Lezers van hardcore non-fictie herinneren we graag aan het bestaan van Een geschiedenis van Brussel van Roel Jacobs, Arm Brussel van Geert van Istendael, De eeuw van Brussel van Eric Min en Brutopia van Pascal Verbeken.
In het verlengde daarvan ligt non-fictie met een maatschappelijke invalshoek. Verdienstelijke Brussel-boeken van politici slaan we even over, zodat alle aandacht kan gaan naar Een jihad van liefde en De odyssee van Mohamed van Mohamed El Bachiri, In Molenbeek en In Brussel van Hans Vandecandelaere, het recente Brusselse vrouwen van Nisma Alaklouk, Niemand zal hier slapen vannacht van Rachida Aziz, De Europeanen van Caroline de Gruyter, De stad is van ons van Dyab Abou Jahjah, De buik van Brussel van Lucas Catherine, Mijn gedacht en Brussel, mijmeringen over mijn stad van Luckas Vander Taelen, of Aantekeningen bij een moord van Peter Vermeersch.
Didden en De Pauw
Nood aan iets luchtigers? Laat je verleiden door chroniqueurs en flaneurs die het alledaagse vastleggen, zoals Eric de Kuyper (De hoed van tante Jeannot), Marc Didden (Een gehucht in een moeras) of Josse De Pauw (Werk en Nog). Maar vergeet ook de Anderlechtse memoires van Jan Mulder (Chez Stans) niet, de Brusselse notities van Oscar van den Boogaard (Sensaties), de Molenbeekse tijdsdocumenten van Pierre Platteau (Rue Bonnevie, School nummer 1), de naastenliefde van Staf Nimmegeers (Aantekeningen van een stadspriester, Chagrijn en charme) of de omzwervingen van Koen Peeters en Kamiel Vanhole (Bellevue/Schoonzicht).
Je verkiest toch romans, verhalen en poëzie? Trek dan naar het Sint-Jansplein met David Van Reybrouck (Slagschaduw), Neerpede met Van Istendael (Het lijk in de boomgaard), her en der met Jonathan Robijn (De stad en de tijd), de Europese wijk met Basje Bender (Brussel), de stadsrimboe met Louis Paul Boon (Brussel, een oerwoud) of de plaats delict met de policiers van Christian De Coninck.
Hart der duisternis
Buitenlanders die zich in het Brusselse labyrint waagden, getuigden daarvan in meerdere of mindere mate in Villette (Charlotte Brontë), Hart der duisternis (Joseph Conrad), Het aardigste volk ter wereld (Jeroen Brouwers over Willem Frederik Hermans), Open stad (Teju Cole), Expo 58 (Jonathan Coe), De hoofdstad (Robert Menasse) of Drift (Bregje Hofstede).
Voor Jan Van Ruusbroec, Emile Verhaeren, Michel de Ghelderode, Hergé en Jan Van Nijlen komt alle hulp te laat, maar blijf intussen alsjeblieft zorgen voor de choco op de boterhammen van gevierde literatoren als Joost Vandecasteele, Yves Petry, Lize Spit, Els Moors, Maarten Goethals, Michael Bijnens, Judith Vanistendael, Frederik Willem Daem, Filip Rogiers, Adeline Dieudonné, Thomas Gunzig, Éric-Emmanuel Schmitt, Jacques De Decker, Jean-Philippe Toussaint, Amélie Nothomb of Laurence Vielle. Vergeet ook stadsdichters als Frank De Crits, Freddi Smekens en Jan Ducheyne niet. Noch alle andere topschrijvers die in dit te korte overzicht jammerlijk ontbreken.
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.