Ruim zeven procent van de studenten aan Sint-Lukas, Narafi en RITCS zijn Nederlanders. Vooral de film- en fotografiestudies blijken in trek bij de noorderburen. Die komen voor de kwaliteit van de opleidingen, het lagere studiegeld en de goedkope huizen.
Brusselse filmstudies in trek bij Nederlandse studenten
"Nooit eerder woonden zo veel Nederlanders in Antwerpen," schrijft De Standaard dinsdag. Nederlanders maken de grootste groep buitenlanders uit in Vlaanderen. In de stad Antwerpen wonen er twintigduizend – een ruime verdubbeling sinds 2007.
Maar Nederlanders weten ook de weg naar Brussel te vinden. Ze studeren audiovisuele kunsten, film- of fotografieopleidingen op campussen van LUCA School of Art Narafi en Sint-Lukas of het RITCS. Aan het RITCS komen 48 van de 676 studenten uit Nederland, oftewel ruim 7 procent. Op de campussen Narafi en Sint-Lukas zijn 96 van de in totaal 1.276 studenten uit Nederland afkomstig, ook zo’n ruime 7 procent. De meeste Nederlandse studenten aan het RITCS kiezen voor een studie in de audiovisuele kunsten (zie grafiek).
Ter vergelijking: uit de cijfers van de VUB 2017-2018 blijkt dat er 578 studenten uit Nederland komen, op een totale studentenpopulatie van 16.508 studenten. Het is de grootste groep buitenlandse studenten, maar met 3.5 procent ligt het percentage daar een stuk lager.
Dubbel zo duur
Stefan Geldof van het RITCS denkt dat Nederlandse studenten vooral naar België komen omdat er op Nederlandse opleidingen per jaar maar een bepaald aantal studenten wordt toegelaten. Ook denkt hij dat studenten om financiële redenen naar België komen. Het inschrijvingsgeld bedraagt aan zowel het RITCS als de campussen van Luca School of Arts voor een voltijds student bijna 940 euro. Ter vergelijking: de Filmacademie in Amsterdam kost jaarlijks 2.083 euro.
Maar de prijs is niet de enige reden. "Al bijna twintig jaar vinden filmstudenten uit Nederland de weg naar Sint Lukas en LUCA," zegt Manu Roegiers van LUCA School of Arts. Als hij kijkt naar de totale populatie studenten aan zijn campussen valt op dat Brussel met 45 procent veruit de meest populaire studentenstad voor de Nederlandse LUCA-studenten is. Brussel laat Gent (23 procent) en Genk (22 procent) ver achter zich. "We geloven zelf graag dat dit te maken heeft met het belang van Brussel als filmstad met zijn grote concentratie aan televisiezenders, productiehuizen en filmscholen," zegt Roegiers.
Voor de studenten die wij spraken spelen financiële redenen én de aantrekkelijkheid van Brussel als filmstad beide mee. "Brussel is meer met film bezig dan Limburg en dat voel je," zegt de 26-jarige Joy Maurits uit Limburg. "Er zijn hier veel meer kansen op een job."
Breed opgeleid
Maar ook de kwaliteit van de opleiding speelt voor Maurits een rol. "In Nederland had ik les van mensen uit de reclamewereld die bijvoorbeeld videobedrijfjes hadden. Maar hier in Brussel kreeg ik les van mensen uit de filmwereld, zoals regisseurs. Die lessen zijn heel inspirerend."
De 25-jarige Nathalie Schenk vond in Nederland geen geschikte studie. "In Nederland zijn de meeste opleidingen heel specifiek: je wordt of cameran, of editor of je doet geluid. Ik wilde breed opgeleid worden en kwam op Narafi uit. Daar leren ze je alles wat te maken heeft met film: theoretisch, zoals kunstgeschiedenis, maar ook scriptschrijven en regie. En in het tweede jaar gaan we bijvoorbeeld een liveshow maken. Die combinatie tussen theorie en praktijk vond ik ideaal."
Ook heel wat fotografiestudenten kiezen voor een opleiding in Brussel (zie grafiek).
De 23-jarige Charlotte Verhagen is één van de Nederlandse fotografiestudenten. Ze koos voor een opleiding in Brussel met het oog op een baan. "Er was geen opleiding in Nederland zoals deze, waar je opgeleid wordt tot professioneel fotograaf. De particuliere opleiding aan de fotoacademie komt daar wel bij in de buurt, maar die is onbetaalbaar." Kunstacademies zijn volgens haar heel kunstgericht. "Op de opleiding die ik nu doe kan dat deels ook wel, maar het is grotendeels commercieel, iets dat mij veel beter ligt. Ook leren wij heel veel soorten fotografie: portret, stilleven, mode, architectuur, documentaire, waardoor je na de opleiding sneller een baan vindt."
'In no time' een kot
Maar Brussel heeft nog andere troeven voor Nederlandse studenten. "In no time heb je een kot. Zeker vergeleken met Hilversum en Amsterdam, waar je moet hospiteren. Hier kun je direct intrekken," zegt Schenk. Dat beaamt Maurits. "In Amsterdam moest ik in Uitgeest gaan wonen omdat het te onbetaalbaar was. Hier woon ik in het centrum." Ook het openbaar vervoer is relatief goedkoop als je binnen Brussel blijft en jonger dan 26 bent. Verhagen betaalt zo’n 53 euro per jaar.
En de nadelen? "Ik had verwacht dat de verdeling tussen het Frans en het Nederlands 60/40 was," zegt Schenk. "Maar het is eerder 90 procent Frans en 10 procent Engels en geen Nederlands." Ook voor Verhagen is dat één van de grote nadelen. "De stad past niet echt bij mij, het is erg druk. Daarnaast woon ik liever op een plek waar men Engels en Nederlands kan."
In tegenstelling tot Schenk en Verhagen is Maurits wel van plan in Brussel te blijven. "Brussel is mijn nieuwe thuis geworden. Door mijn fijne klas en door de fijne mensen die ik heb ontmoet. Als ik tijd heb ga ik naar Cinema Palace en Cinematek. Dat heb je in Limburg niet zoveel, je moet in ieder geval een grotere afstand afleggen om er te komen."
Lees meer over: Brussel , Cultuurnieuws , Belgische film , studenten
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.