Sterk in Brussel: de opkomst van lokale stokerijen

Tot voor kort was er slechts één distilleerderij van sterke drank te vinden op Brussels grondgebied. Maar sinds kort stoken twee nieuwe start-ups in de sterke drank nieuw leven in de brouwerij. “Brussel verdient toch haar eigen whiskey?"

Tot voor kort telde Brussel slechts één stokerij, in het Schaarbeekse. Maar familiebedrijf Fovel, dat jenevers stookt, krijgt dit jaar concurrentie van twee start-ups in de geestrijke dranken. Nadat de lokale bierbrouwerijen het laatste decennium als paddenstoelen uit de grond schoten, is het nu dus tijd voor het sterkere werk.

Na Brussels Dry Gin in Neder-over-Heembeek is de jongste telg The Urban Brussels Distillery, weet Le Soir. Die stokerij functioneert sinds enkele maanden vanuit een oude garage in Schaarbeek. Ondernemer en brouwer Alexis Brabant zette in anderhalf jaar tijd een vodka- en ginstokerij op poten, nadat hij met micro-brouwerij Brasserie Lion al ervaring opdeed in de biersector. Sinds vorige maand trekt zijn ‘Brussels Vodka’ op eikenhouten vaten.

Vodka mét smaak

“Elke internationele metropool heeft tegenwoordig zijn eigen distilleerderij, dus ik vond het hoogtijd dat Brussel er ook één kreeg”, vertelt Alexis Brabant aan BRUZZ. “Vier weken geleden hebben we officieel de aftrap gegeven met onze vodka. Normaal gezien hoort vodka neutraal te zijn: geen kleur, geen geur, geen smaak”, legt Brabant uit.

“Maar die van ons laten we opzettelijk op eikenhouten vaten trekken, waardoor de vodka na tien dagen een lichte vanilletoets, en een kleurtje krijgt. Binnenkort is ook onze absint klaar, en aan de allereerste Brusselse whiskey wordt hard gewerkt. Al moet die eerst nog drie jaar rusten."

“Ik denk dat de Brusselaar openstaat voor experiment en diversiteit”, gaat Brabant verder. "Daarom wou ik experimenteren met een ongewone smaak. Ook wat betreft onze gin kozen we voor de drie klassieke kruiden en één ongebruikelijk, exotisch ingrediënt. Wat dat is, kan ik natuurlijk niet zeggen - geheim recept.”

Kleinschalig

Tot voor kort was Fovel nog de enige stokerij in het Brusselse Gewest - het familiebedrijf overleefde als enige de woelige jaren tachtig en negentig waarin supermarkten de prijzen drukten, waardoor veel stokerijen over de kop gingen. “Alcohol is geen gemakkelijke business”, vindt Diederik Fovel, zoon van het familiebedrijf.

“Maar omdat we in de jaren tachtig hebben geweigerd om onze jenever in de supermarkt te verkopen, hebben we destijds het hoofd boven water gehouden. Kleinschalig blijven helpt."

"Op dit moment maken we ook geen reclame meer. We overleven op mond-aan-mondreclame, we doen rondleidingen en hebben samenwerkingen met touroperatoren. De interesse is de laatste jaren zeker gestegen: particulieren gaan voor pure, authentieke smaken, ze zijn geïnteresseerd in een palet uit het verleden en willen een specialiteit van hier.”

Die nieuwe, kleine stokerijen passen helemaal in de stijgende vraag naar lokale producten, bevestigt Gino Van Ossel, professor retail en marketing. “In de verkoopcijfers zal je niet meteen een grote verschuiving zien naar lokale consumptie of merken, maar dat wil niet zeggen dat die lokale bedrijven niet aanslaan”, verklaart Van Ossel. “Het alcoholgebruik daalt, maar dat is net de trend waar die kleine bedrijven op inzetten: we consumeren minder maar béter, kwaliteit en authenticiteit gaan boven kwantiteit, en dat mag wat duurder zijn. "