Bobby in dienst van BP

Meer bepaald exposeert men enkele schatten van het bedrijf Publiart. Dit reclameagentschap werd in 1953 opgericht door Raymond Leblanc, de sterke man achter uitgeverij Le Lombard en het weekblad Kuifje. De dagelijkse leiding was in handen van Guy Dessicy. Deze medewerker en persoonlijke vriend van Hergé is trouwens ook een van de helden die aan de wieg stonden van het Belgisch Stripcentrum en de daarmee gepaard gaande redding van Horta's oude Waucquez-warenhuizen.

Maar we dwalen af. Publiart was gespecialiseerd in publicitaire strips en reclame met tekeningen. Dessicy kon daarvoor een beroep doen op striptekenaars en niet de minste. Hergé, Franquin, Morris, Willy Vandersteen, Peyo, Tibet, Hermann, stuk voor stuk waren ze te koop. Soms leenden ze hun talent uit. Zo valt er een strook van Tibet te bewonderen waarin Vic en Ria met hun opa op Expo 58 het België van 1900 bezoeken. Opa wil beginnen zagen over de goede oude tijd, maar komt tot zijn zinnen wanneer Ria hem een reep Expo 58-chocolade aanreikt. Die hadden ze niet in zijn tijd. Soms leenden ze ook hun figuren uit. De Daltons worden opgevoerd om Cha-Cha te verkopen. Kuifje, Kapitein Haddock en Jansen en Janssen promoten de Kangourak van Salik. Waar is de tijd dat we Salik-jeans droegen? Bobby heeft net als een sint-bernardshond een fles rond de nek, alleen zit er niets lekkers in, maar antigel van BP. Het Publiart-avontuur. En toen ontdekte reclame de strip is niet de sterkste tentoonstelling ooit in het Stripcentrum. Maar uiteindelijk werkt de combinatie wel van nostalgie (kent u de Robin Hood-achtige mascotte van het BOIC nog?) met een stukje geschiedenis van zowel het Belgische stripverhaal als de Belgische reclame en last but not least, een mooie selectie tekeningen waaronder enkele nooit eerder tentoongestelde originele platen.

Het Publiart-avontuur
> 2/10, di/ma/Tu > zo10 > 18.00
€3/6/8
Belgisch Stripcentrum, Zandstraat 20, Brussel
02-219.19.80, visit@stripmuseum.be, www.stripmuseum.be