De avonturier in filmregisseur Marion Hänsel
Marion Hänsel uit Sint-Pieters-Woluwe verfilmde in 1985 In the heart of the country van J.M. Coetzee, de Zuid-Afrikaanse Nobelprijswinnaar. Het filmfestival van Venetië bekroonde Dust (zo heet de film) met een Zilveren Leeuw. Een kwarteeuw later kun je nog altijd bij Hänsel terecht voor sfeervolle verfilmingen van boeken met een internationale oriëntatie. Onvervaard gaat ze in haar films de confrontatie met de natuur aan.
Hänsels vorige film, Si le vent soulève les sables toonde hoe meedogenloos hard en heet de woestijn in Oost-Afrika is. Voor Noir océan charterde ze een boot en ging ze het gevecht met de golven en de eindeloze verte aan. Niet het verhaal maakt indruk maar de manier waarop ze de eenzaamheid, de onzekerheid en de angst filmt van de piepjonge matrozen aan boord van het Franse schip dat in 1972 nucleaire proeven uitvoerde nabij Mururoa.
Noir océanis geen pamflet. Waarom preciseert u op de aftiteling alsnog hoeveel kernproeven Frankrijk op zijn geweten heeft?
Marion Hänsel: Ook al spoort de film niet meteen aan om door te gaan met kernproeven, het is géén militante film. Veel inlichtingen konden we ook niet geven. We volgen de matrozen en zij wisten haast niets. Haast niemand wist iets. Het secret défense gold. Pas vijf jaar geleden werd het secret défense opgeheven. Ik vond het belangrijk om op het einde toch even een paar feiten mee te geven.
Kon u rekenen op de medewerking van de Franse marine?
Hänsel: Dat is een vreemd verhaal. Het ministerie van Defensie heeft een kantoor dat alle filmaanvragen behandelt. Militaire sites en materiaal ter beschikking stellen van filmploegen is een bron van inkomsten. Mijn eerste vraag was of het wel zin had om een aanvraag in te dienen als mijn film over de kernproeven in Mururoa ging. Dat was geen probleem. Ze hebben het scenario gelezen. Ik kreeg het terug met allemaal Post-its met kleine opmerkingen, bijvoorbeeld over de manier waarop destijds een order gegeven werd. Ik was blij met dat gratis advies. We hebben samen naar een boot gezocht. Het zou de Jacques Cartier in Nieuw-Caledonië worden. Ze becijferden de kostprijs: zoveel man, zoveel brandstof... Ik zette een coproductie met Nieuw-Caledonië en Nieuw-Zeeland op poten. Maar toen er definitief een datum moest vastgelegd worden, werd het contact verbroken. Ik ben met het dossier bij hogere instanties moeten gaan aankloppen. Een admiraal liet de zaak onderzoeken en belde terug: ze konden niet meestappen in mijn verhaal. Het lag niet aan een bepaalde scène. Ze stoorden zich aan de sfeer. Volgens hen waren de matrozen helemaal niet ongelukkig. Ze waren zogezegd heel blij en fier om Frankrijk te beschermen tijdens de Koude Oorlog. Ik heb de film dan maar zonder medewerking van het leger gedraaid. Ik heb een boot gecharterd en die grijs laten verven.
Weten we of die matrozen gelukkig waren?
Hänsel: Het secret défense is opgeheven. Ik heb in het archief van het ministerie van Defensie uren en uren beeldmateriaal bekeken. Tussen haakjes: onze special effects van de explosie zijn gebaseerd op reële 35mm-negatieven. Ik heb de meeste boeken gelezen en de getuigenissen van veteranen op internet nageplozen. Eén ding is duidelijk: de matrozen wisten van niets. Ze kenden geen details over de bom, ze kenden de risico's van straling niet. Zieken werden terug naar Frankrijk gestuurd en mochten hun eigen medische dossier niet inkijken. De sfeer was niet goed. Men was onzeker en bang.
De matrozen in de film zijn zo jong en pril! Sommigen moeten nog man worden. Daar heeft u tijdens de casting vast wel opgelet.
Hänsel: Vrijwilligers mochten zich vanaf hun zeventiende melden. De marine was een optie voor wie het op school of thuis moeilijk had. Het was een betaalde baan én ik denk dat ook een vorm van romantiek een rol speelde. Mogen varen op de Stille Oceaan! Die jongens dachten dat ze een fantastisch avontuur tegemoet gingen.
Het boek beschrijft hun uiterlijk niet maar wel hun innerlijke wereld: het tedere, het nog-niet-af-zijn. Ik heb dus inderdaad gezocht naar acteurs die noch jongen noch man waren. Jongemannen die nog kunnen blozen. Dat is een heel fragiele, korte periode. Volgend jaar zijn die acteurs volwassen mannen. Dan zou ik hen niet meer hebben kunnen filmen.
Bent u gevoelig voor de romantiek van de zee?
Hänsel: Ik ben vooraal gevoelig voor het avontuur. Vraag me niet om in Brussel te filmen. Ik wil de confrontatie met de natuur aangaan: met de oceaan, de woestijn, de bergen, de Noordpool.
Ik vind het ook leuk om twaalf weken lang in een luchtbel te leven. Twaalf weken is de volledige filmploeg samen op één plaats. Niemand kan 's avonds naar huis. Vijftig mensen concentreren zich op hetzelfde doel. Heerlijk.
We hebben in oktober en november gedraaid. Dat is een periode dat de Middellandse Zee onrustig kan zijn. Stormen zijn niet uitgesloten. We moesten elke dag het weerbericht afwachten. Slechts twee keer heeft de kapitein aangeraden om niet uit te varen. De boot zou niet zinken maar hij kon niet garanderen dat we op onze benen zouden blijven staan. Ik was in mijn element op zee. Dat kon de eerste dagen niet van elke acteur of crewlid gezegd worden. Sommigen zagen lijkbleek. Gelukkig bestaan er pillen tegen zeeziekte.
Ik was niet bang om mijn lot in handen te leggen van de Russische kapitein en zijn Siberische bemanning. Zij varen de wereld rond, zij weten wat ze doen. Zoals ik weet wat ik moet doen op een filmset. Ik controleer zo al genoeg. Ik vind het plezant om niet alles te controleren. In de woestijn ben je ook volledig afhankelijk van je gids.
Wanneer hoorde u de lokroep van het avontuur voor het eerst?
Hänsel: Ik deed als kind al rare dingen. Toen ik een jaar of negen was wou ik me voorbereiden op mijn leven als ontdekkingsreiziger. Ik sliep op de grond in plaats van in bed om mijn lichaam te harden. Ik negeerde het 'geen drinkwater'-bord en dronk van de kraan in de trein om alvast wat antilichaampjes aan te maken tegen de dag dat ik tijdens een expeditie in het Amazonewoud genoodzaakt zou zijn om slecht water te drinken. Ik ben trouwens nooit ziek geworden van dat treinwater. Voor avontuur moet je openstaan.
Het is u aardig gelukt om het avontuur op te zoeken.
Hansël: Het is me aardig gelukt. Het was niet altijd evident. Voor The quarry filmden we in de townships van Zuid-Afrika. Maar het is (klopt op tafel, nr) altijd goed afgelopen.
Ik keer ook altijd terug. Ik heb geen zin om in Djibouti te blijven wonen. Het leven is er te hard. Ik zou onze cultuur ook missen. En ons comfort. Ik kan gerust een maand zonder warme douche. Maar veel langer moet dat niet duren.
Lees meer over: Film
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.