Interview

Dikke doet Manchester Plage daveren: 'Hier is de oldskool hiphop weer'

Tom Peeters
© BRUZZ
18/08/2021

Mohamed Eddahbi Agounad aka Dikke wervelde het voorbije jaar van de straat naar de hitparade. Achter zijn brede schouders verbergt de rapper een generatie opkomend Limburgs hiphopgeweld. Maar voor die aan het venster komt kijken, bijt Belgiës eigenste Biggie in Brussel alvast de spits af op Manchester Plage. “Live besef ik pas wat ik heb bereikt.”

"Niet te veel tralala,” hoorden we op zijn doorbraaksingle 'Tabaka', en ook in ons gesprek met Dikke is het what you see is what you get. Socialemedia-accounts die ontploffen: check. Een debuutalbum – 130 kilo – dat hij consistent een “tape” blijft noemen, maar meteen naar de eerste plaats van de hitlijsten klimt: check. Een aardig gevulde festivalagenda op maat van de opgedreven knaldrang: check. En toch lijkt hij niet helemaal onder de indruk.

Van wie hij die nuchtere blik heeft geërfd, weet hij niet, zegt hij. “Misschien zit het in de familie? Maar zelfs daar valt het op dat ik een wat specialer karakter heb dan de rest.” Als jongste van vier broers en zussen was hij altijd al een bovengemiddeld observator. Samen met zijn wat laidback, soms zelfs kurkdroge voordracht is dat nu zijn voornaamste handelsmerk. In september behaalt hij normaal zijn diploma logistiek en transport. In de provincie waar H.Essers de plak zwaait, staat dat vrijwel garant voor een baan, maar hij heeft andere plannen.

Wanneer ben je begonnen met rappen?
Mohamed Eddahbi Agounad:
Op mijn twaalfde ben ik flows beginnen te verzinnen, en heb ik mijn eerste liedje opgenomen. Voorheen schreef ik al verhaaltjes. Door met hiphopmuziek geconfronteerd te worden, wilde ik ook weleens in de schoenen van een hiphopper staan. Even later was ik al mijn eigen rapteksten aan het schrijven.

Ik probeer me niet druk te maken over dingen waar zelfs de koning niets aan kan veranderen. Ik heb geleerd om te roeien met de riemen die ik heb

Mohamed Eddahbi Agounad, alias Dikke

Je vader en je grootvader hebben in de steenkoolmijn van Zolder gewerkt. Vormen zij een inspiratiebron?
Agounad:
Mijn vader was al gepensioneerd toen ik geboren werd. De verhalen heb ik dus vooral achteraf meegekregen. Ze hebben mijn respect voor hen alleen maar doen toenemen. Ze vormen niet de rechtstreekse inspiratiebron voor mijn muziek, maar ze doen me wel beseffen waar ik vandaan kom. Als mijn vader niet honderden meters onder de grond had zitten zweten en zwoegen, dan zat ik hier nu niet. Maar de echte inspiratie komt natuurlijk uit mijn eigen leven.
Weet je wat het is? Ik heb een ambitie en een doel in mijn leven, maar ergens tussen die twee zit altijd een droom. Zo'n droom kan je heel lekker laten slapen, of je zonder slaap laten. Voor mij geldt alvast het tweede. Als ik weet dat ik iets te doen heb, dan kan ik niet slapen, omdat ik het zo snel mogelijk gedaan wil krijgen. Vooral dat zorgt ervoor dat ik continu bezig ben.

Gaat 'Paranoia' daar ook over?
Agounad:
Misschien, maar toch eerder over de complicaties op weg naar het succes. Elke succesvolle artiest, topsporter of businessman zal je kunnen bevestigen dat het soms lastig is om goed in te schatten waar je precies staat met je loopbaan. Een carrière is als een kartonnen huis. Het kan altijd instorten. Als je daar mentaal niet op voorbereid bent, dan kan dat je ondergang zijn. Je bent pas klaar voor de storm als je er effectief in zit. Daar gaat 'Paranoia' over: ik ben nu al zo lang bezig, wanneer komt mijn moment eindelijk? Toen ik die tekst schreef, zat ik nog in die onzekerheid. Ik kreeg wel waardering van mijn omgeving, maar wist niet hoe ver die reikte.

Intussen werd je opgepikt door platenlabel Top Notch, dat met Zwangere Guy, Coely, De Jeugd van Tegenwoordig en Boef de belangrijkste hiphop- en r&b-acts van de Lage Landen in huis heeft. Is dat dan geen goed signaal?
Agounad:
Ja, maar het was niet genoeg voor mij. Zelfs die eerste plaats in de Ultratop-albumlijst deed me niet meteen juichen. Ik dacht: 'Oké, maar wat nu?' Ik ben heel kritisch voor mezelf. Pas nu, op de liveshows, besef ik wat ik bereikt heb. Ik moest eerst met mijn eigen ogen kunnen zien hoe uitbundig de mensen reageren op mijn muziek. De interactie met mijn publiek vind ik ontzettend belangrijk. Het blijft natuurlijk een belangrijke bron van inkomsten, daar winden we geen doekjes om. Maar het geeft me vooral een kick dat er mensen komen kijken hoe ik me als artiest ontwikkel. Zonder de lockdown was alles misschien anders gelopen. Maar ik probeer me niet druk te maken over dingen waar zelfs de koning niets aan kan veranderen. Ik heb geleerd om te roeien met de riemen die ik heb. Als ik in volle coronatijd een plaat moet uitbrengen, dan breng ik die plaat uit.

Zwangere Guy rapt mee op 'Paranoia'. Zaten jullie op dezelfde golflengte?
Agounad:
Ik was al eens met hem gaan eten voor we effectief gingen samenwerken. Dat vind ik belangrijk: voor een featuring kijk ik altijd eerst naar de persoonlijkheid van de gast. 'Paranoia' was niet eens mijn favoriete keuze voor hem, maar we hebben het uiteindelijk wel gedaan, en daardoor heb ik nu ook een betere band met hem. In de toekomst willen we vaker de krachten bundelen, want we delen een voorliefde voor het oldskool hiphopgebeuren. We hebben een drum-'n-basswave gehad, een housewave en weet-ik-veel-wat-voor-andere-rare-elektronische-muziekwaves, maar nu voel ik een golf oldskool hiphop en r&b opkomen. Deel uitmaken van die golf, die een nieuwe generatie overtuigt opnieuw naar oldskool te luisteren, voelt verfrissend.

Wie gaf je eigenlijk de naam 'Biggie van de wijk'?
Agounad:
Ik kom uit Lummen, maar was vroeger veel in Maasmechelen. Daar noemden twee goede vrienden me steeds Biggie, en toen die jongens van Maasmechelen eens in mijn wijk in Lummen kwamen chillen, was het constant 'Biggie van de wijk'. En zo noemen ze me nog steeds. Simpel.

Ze wisten dat The Notorious B.I.G. een van je helden was?
Agounad:
Nee, ik zou hem nooit een van mijn helden noemen. Ik geloof niet in helden of superhelden. Maar ik vond het niet abnormaal dat ik die naam kreeg. (Wijst naar zijn buik en lacht) Ik denk dat niemand dat abnormaal vindt. Zelfs toen ik als kleine jongen op vakantie ging, keken mensen al naar mijn postuur: “Daar, een rapper,” klonk het, terwijl ik toen niet eens met muziek bezig was.

Beeld je jezelf de smile op de gezichten van de mensen in als ze merken dat je samenwerkt met de Nederlandse rapper Buikje?
Agounad:
Ja. Sommige mensen kunnen daarmee lachen, voor anderen is het absurd, maar ik vind dat leuk. Als je “Dikke featuring Buikje” hoort, ga je toch kapot?

Hij komt uit Nederland en heeft ook Marokkaanse roots. Creëert dat een andere vibe dan met pakweg Zwangere Guy of met de Antwerpse rapper Freddie Konings?
Agounad:
Niet speciaal, want los van onze afkomst zijn we allemaal opgegroeid in een wijk. Dát schept een band. Wij kennen het wijkleven. Ik zie vooral gelijkenissen. Met Buikje deel ik wel mijn moedertaal. Dat brengt een andere soort humor met zich mee, andere verhalen, een andere soort van communicatie ook.

1763 Dikke 03

Als ik weet dat ik iets te doen heb, dan kan ik niet slapen, omdat ik het zo snel mogelijk gedaan wil krijgen. Vooral dat zorgt ervoor dat ik continu bezig ben

Dikke

Je wordt nu opgevoerd als de baas van de Limburgse rap. Bestaat er ook echt een scene?
Agounad:
Er broeit wat, maar het valt nog niet op. Je moet eerst genoeg artiesten hebben van een bepaald niveau, maar dat is puur een kwestie van tijd. Het heeft mij ook twaalf jaar gekost om op dit level te komen, terwijl de gemiddelde hiphopartiest in Limburg nu misschien vier, vijf jaar bezig is.

Om af te sluiten: wat is het verschil tussen Mo, Mohamed Eddahbi Agounad en Dikke?
Agounad:
Mo is voor diegenen die mij gewoon kennen, zonder mijn muziek. Dikke is voor al wie mij niet kent, maar weet wie ik ben dankzij mijn muziek. Mohamed Eddahbi Agounad is voor de gemeente en voor het consulaat. En dan zijn er nog een hele hoop andere namen die alleen geschikt zijn voor de mensen die heel dicht bij mij staan. Maar in principe zijn ze allemaal één en dezelfde persoon.

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni