John Terra en Patrick Riguelle halen oldies van onder het stof

Pierre De Decker
© Agenda Magazine
15/12/2010
Patrick Riguelle, John Terra en muzikanten van De Laatste Showband spelen vrijdag in de AB, met gasten Lady Linn en Marie Daulne, het slotconcert van Songs from the Brill Building. Het wordt een dansbaar eerbetoon aan het schitterende schrijverschap van grootheden als Bacharach & David, Goffin & King, Phil Spector en Neil Diamond.

Op de setlist staan onder meer 'I say a little prayer', 'I'm a believer' en 'The locomotion', allemaal liedjes die bovenvermelde stiellui uit de losse werkmouw schudden op Broadway nr. 1619, New York. De Brill Brothers runden er een kledingzaak op de begane grond en verhuurden de overige kantoorruimte, bestemd voor banklui en beursmakelaars, tijdens The Great Depression noodgedwongen goedkoop aan muziekuitgevers en liedjesschrijvers. En zo werd het gebouw midden jaren 1950, begin '60, onvermoed een hitfabriek waar from 9 to 5 hitgeschiedenis gecomponeerd werd in kamertjes met triplexmuren. Elk genre was aan zet: rock-'n-roll, doo-wop, comic-pop, girl groups, teen beat, zelfs protestsongs. Het Vietnam-anthem 'We gotta get out of this place' van Barry Mann en Cynthia Weil was een antwoord op Dylans uitspraak dat de Brill Building passé was.

Hoe komt het dat veel van die liedjes klassiekers zijn?
Patrick Riguelle:
Er was een enorme vraag naar repertoire voor de jongerenmarkt. En er waren zoveel goede schrijvers, vaak even oud als hun doelgroep, dat de onderlinge concurrentie zorgde voor een erg hoog niveau.
John Terra: Neil Diamond zegt dat hij in het begin van zijn carrière bijna kinderlijk eenvoudig schreef maar door de competitiegeest betere nummers ging maken.
Riguelle: Precies waar de uitgevers naar op zoek waren.

Jullie zijn groot geworden met die liedjes. Is het na jullie generatie afgelopen met hun status van klassieker?
Riguelle:
Dat denk ik niet. Brahim en Sandrine doen nu een Motown-tour, daar zitten ook Brill Building-songs bij. Dat is jong volk dat uit dezelfde periode put. Neil Diamond vond door zijn plaat 12 Songs met Rick Rubin een nieuw publiek dat ook zijn oude repertoire herontdekte.
Terra: Leiber & Stoller en Pomus & Shuman schreven veel voor Elvis Presley. Presley kun je niet wegdenken uit de muziekgeschiedenis, dus de liedjes ook niet.

De songs en de sound zijn muzikaal erfgoed. Hoe recreëer je die magie?
Riguelle:
Dat hoeft niet.
Terra: We vertrokken van de klank van de groep en van de melodie en akkoorden. Op basis van arrangementen van gitarist Chris Peeters zijn we dan gaan zoeken hoe we de songs het best uitvoerden. Na-aperij mocht niet, dat werkt niet. Die nummers hadden vaak ongelooflijk rijke muzikale orkestraties, de wall of sound van Phil Spector bouw je niet met zeven mensen. Het is nieuw dat zo'n kleine formatie zulke grote dingen brengt.
Riguelle: De liedjes groeien nog. Als je ze ontspannen speelt, komen de schone dingen eruit. Ze worden eigen songs.
Terra: Gene Pitney bijvoorbeeld was een tenor, maar Patrick zingt 'Something's gotten hold of my heart' in een lagere toonaard. Zo klinkt het nummer net anders.

Wat hebben jullie met Neil Diamond? Jullie brengen van hem 'September Morn', 'Girl, you'll be a woman soon' en een medley.
Riguelle:
John was een paar jaar geleden gastartiest bij onze groep op het eindejaarsbal van De Roma, waar hij een aantal songs van Diamond zong. Fuck, wij kenden die liedjes niet. Toen is het idee voor de tour ontstaan.
Terra: Mijn eerste platencontract was bij EMI. Rita, de secretaresse van Jeff De Boeck, producer van Adamo toen, was weg van hem. "Daar moet je eens naar luisteren," zei ze. Het was zijn stem en het feit dat hij tekst én muziek schreef. Ik kreeg tranen in de ogen toen ik zijn eerste long-playing record op de koptelefoon had, opgenomen met een simpele ritmesectie en achtergrondkoortjes die bijna even luid klinken als hij.
Riguelle: Behalve John en Arno zegt niemand nog long-playing (lacht). Neil Diamond is trouwens de enige van die generatie die een schone symbiose distilleert uit de Tin Pan Alley-sound van de jaren 1930 en '40 en de pop die uit de rock-'n-roll ontstond. Goffin & King bijvoorbeeld maakten moderne muziek gebaseerd op rhythm-and-blues. Maar Neil Diamond beheerste ook die breed uitgesmeerde akkoorden à la Gus Kahn en gaf er een draai aan zodat het toch poppy klonk.

Welk nummer spelen jullie het liefst?
Terra:
'You've lost that lovin' feeling' van The Righteous Brothers, voor de samenzang.
Riguelle: Dat is het plezantste, hé. We doen het in trio met Dany Caen, zij is ons geheime wapen (lacht). Ik heb een ongelooflijk zwak voor 'It's my party', een vrolijk nummer met een fantastisch akkoordenschema dat helemaal niet vrolijk is. 'It's my party and I cry if I want to', die openingszin was ongehoord. Zo negatief schreef je niet.

Indra Dewitte van De zevende dag vond de combinatie Terra-Riguelle eigenaardig, onverwacht. John antwoordde gevat: "We delen dezelfde passie: muziek."
Riguelle:
Dat is zo. Ik apprecieer Johns stem enorm, de whine, de melancholie. Als hij zijn 'Iemand heeft je pijn gedaan' zingt, dan doet het pijn. Dat heeft een geloofwaardigheid die ik bij veel van zijn collega's niet hoor. En hij speelt ritmegitaar the good old fashioned way, een te vaak vergeten ambacht. Mijn gitaar kan aan de kant want hij staat naast me, dat is zingen in een zetel. En nu is het gedaan met complimenten? (Lacht)
Terra: Het zegt veel over een mens als die in zee durft te gaan met een Vlaamse schlagerzanger.
Riguelle: Dat ben je niet, maar je hebt die reputatie.
Terra: Patrick houdt daar geen rekening mee. Hij heeft ook een unieke stem en is een veelzijdig muzikant. Weinig mensen hier weten zoveel van popmuziek als hij.
Riguelle: Ik vertel tussenin weetjes uit Always magic in the air: the bomp and brilliance of the Brill Building era, een ongelooflijk boek van Ken Emerson. Sinatra bijvoorbeeld vond het stomme muziek van stomme schrijvers voor stomme mensen. Hij noemde Leiber & Stoller en co "cretinous goons". Uit jaloezie natuurlijk, rock-'n-roll schoof de oudjes aan de kant. Of neem Doc Pomus, die kreeg als kind polio en was veroordeeld tot een leven in een rolstoel. Op de jetsetfeestjes waarop hij en zijn vrouw uitgenodigd werden kon hij nooit dansen, dus zei hij: "Dans met iemand anders." Maar het stak wel want het inspireerde hem om 'Save the last dance for me' te schrijven. Heel romantisch.

Maar net als 'Crying in the rain' of 'Baby, it's you', die jullie ook brengen, erg triest.
Riguelle:
Goed dat er miserie is in de wereld. Dat zorgt voor schone songs.

wanneer: 17/12/2010 om 20.00
tickets: € 18/21

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel-Stad , Muziek

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni