Blij met de kunstroof 'Olympia'
Twee ongemaskerde kunstrovers (van wie één Aziaat) maakten zich
donderdag in het René Magritte Museum in de Esseghemstraat 135 in Jette meester van het doek Olympia uit
1948. Het intimistische privémuseum, sinds 1999 in het voormalige
woonhuis van René en Georgette Magritte, is goed bekend bij Japanse
toeristen, grote bewonderaars van Magrittes oeuvre.
Het
gestolen werk dateert uit de Volle Zon-periode van de kunstenaar en
stelt zijn naakte vrouw Georgette voor met een schelp op haar buik. De
pers goochelde de voorbije dagen met waardecijfers: van 750.000 euro
tot 4 miljoen. Hoeveel het doek vandaag waard is, werd nog niet
bekendgemaakt; de hype die de komst van het nieuwe Magritte Museum
(ingebed in de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten) heeft betekend op
de kunstmarkt, zal dit doek zeker niet onderquoteren. Belangrijker is
echter om het doek ongeschonden terug te vinden. Janpiet Callens,
kunstspeurder bij de federale politie in ruste, houdt er nu in Brussel
een consultancybureau op na en is door de verzekeringsmaatschappij
ingeschakeld. "Gelukkig beschikt de maatschappij over een
gedetailleerde omschrijving van het werk. Geen veilingmeester die het
in zijn verkoopcatalogus zal willen opnemen. Het artefact heeft een
grote historische waarde, het behoort tot ons kunstpatrimonium en moet
getoond kunnen worden aan volgende generaties. Het probleem is echter
dat de politie haar afdeling kunstcriminaliteit verwaarloost. De
prioriteiten zijn verlegd naar carjacking, overvallen, drugshandel en
dergelijke. Er wordt tienmaal meer politie ingezet voor een tip over
een container vol gestolen gsm's dan voor een tip over kunstroof. En
nochtans, wat is morgen nog de waarde van gsm's in vergelijking met een
Magritte?"
Waarom werd het werk gestolen, of in wiens opdracht
werd het ontvreemd? Het gerechtelijk onderzoek is begonnen: sporen
zoeken, getuigen opsporen en ondervragen, een buurtonderzoek instellen,
de auto opsnorren waarmee de dieven aan de haal gingen. Callens:
"Kunstdiefstal op bestelling komt het meest voor. Wat uit een kerk
verdwijnt, kan op de zwarte markt opduiken. Maar wat uit een museum
gestolen wordt, belandt bijna altijd in een privécollectie. Een
eigenaar wil altijd maar één ding: het werk terugvinden; de dader
vinden is bijzaak."
Komt daarbij de onbegrijpelijke arrogantie
van de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België, die volgend
kort perscommuniqué rondstuurden: "Wij betreuren het ten zeerste
dat er bij de opening van het Magrittehuis op 24 september een werk van
René Magritte op gewelddadige wijze werd ontvreemd. Dit museum, dat
gesitueerd is in een Brusselse randgemeente, maakt geen deel uit van de
Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België die het Musée Magritte
Museum huisvesten." Voor alle duidelijkheid: met het Magrittehuis bedoelen ze het René Magritte Museum, dat zo niet genoemd mag worden; met een Brusselse randgemeente bedoelen
ze Jette, en 'geen diefstal bij ons' insinueert dat een miljoenenschade
door vochtontregeling in de reserves minder erg is dan een diefstal die
nog kan worden opgelost.
Lees meer over: Jette , Cultuurnieuws
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.