De resten van Expo 58: Heizelpaleizen 7,8 en 9

An Devroe
© Agenda Magazine
02/04/2008
Expo 58 was een vervolgverhaal op de Wereldtentoonstelling van 1935 en aan de Heizelpaleizen is dat nog altijd te zien. Paleis 7 met het Klein Auditorium kwam er in 1958 bij en als je goed kijkt, kan dat niet in 1935 gebouwd zijn: grote glaspartijen, horizontale, geglazuurde tegels, betonnen trappen die naar tussenverdiepingen leiden.

De buisvormige brug is een toevoegsel uit de jaren 1980. Verder kwam er voor Expo 58 een gebouw bij dat alle paleizen aan de achterzijde met elkaar verbond. Nu zijn dat Paleizen 8 en 9 die grotendeels verborgen zijn door een recente, gigantische houten dakconstructie met veel klimop van architect Philippe Samyn. Die dakconstructie loopt uit op een brug over de Romeinsesteenweg en verbindt daardoor rechtstreeks met parkeerplaats C. Op die plaats bevond zich toen de Grote Paleizenpoort, de belangrijkste van de tien toegangspoorten van Expo 58. Die was al van ver te zien dankzij de 33 meter hoge signaalmast van De Coene-makelij, die later bij een slordige heroprichting in Namen zou sneuvelen. Vlak bij de Grote Paleizenpoort bevond zich de helihaven, de landingsbanen zijn nog af te lezen in het parkje dat later op die plaats werd ingericht.

Ook de grote parkeerzone in het noorden was vlakbij, bereikbaar via de toen pas in gebruik genomen Grote Ring. Eigenlijk kwam bijna iedereen die een auto had hierlangs in de stad binnen. De Paleizenpoort loodste de bezoekers via een patio binnen in het centrale Paleis 5 of het Groot Paleis. Stak je hier onmiddellijk door naar het Belgiëplein, dan kreeg je daar de onuitwisbare eerste indruk van het Atomium. Door deze nieuwe toegang raakte de monumentale zuidelijke ingang van 1935 in onbruik. De neoclassicistische, symmetrische voorgevel van Paleis 5 uit 1935 is nu weer te zien, maar zat tijdens Expo 58 verscholen achter een met sterren bezaaid blauw scherm van architect Jacques Dupuis. Honderden bronzen sterren met onrechtstreekse verlichting omringden een beeld van een 20 meter brede koperen vredesduif. De gevel stak destijds in het blauw, natuurlijk, want de Belgische afdeling was verplicht zich aan een bepaalde reeks kleuren te houden: blauw, grijs en wit. De eenheid in de Belgische afdeling was bedoeld om coherent naar buiten te treden, maar ook om het Atomium nog beter tot zijn recht te laten komen.

Door de uitbreiding van het Heizelcomplex, het werk van een architectenploeg die nog had gediend bij Joseph Van Neck, de architect van de Heizelpaleizen uit 1935, beschikte de Stad Brussel in 1958 over 100.000 m² tentoonstellingsruimte. Brussels Expo, zoals de paleizen tegenwoordig heten, werd sindsdien nog verder uitgebreid zodat er nu meer dan 115.000m² verhuurd kan worden. Een van de belangrijkste redenen om in 1958 de Heizelpaleizen te bezoeken was de internationale wetenschappelijke tentoonstelling. Het was een hele prestatie dat de opening ervan slechts een vertraging opliep van twee weken, want om concurrentie tussen de landen te vermijden, was er heel wat tijd gekropen in de selectie. Vijftig jaar moderne kunst, met meesterwerken uit 26 landen, was een andere tentoonstelling in de Heizelpaleizen die vijftig jaar later nog weerklank vindt. Vanaf 16 mei hernemen de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten trouwens de hoogtepunten ervan. Een echte eyeopener volgens de inleider in het door het Expo-commissariaat uitgegeven gedenkboek Kunsten: "Wij behoren thans tot een wereld met veel breder horizonten en dus ook, een humaner wereld." Het was aan schrijvers als Herman Teirlinck om wat tegengas te geven, want de mensen waren "naar alle schijn voor de meest extravagante mogelijkheden ontvankelijk geworden".

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Laken , Cultuurnieuws

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni