Expo: Nam June Paik op 'Made in Korea' in Bozar
Nam June Paik werd in 1932 in Seoel geboren en overleed in 2006 in Miami. 'Made in Korea' is niet echt een label dat letterlijk bij zijn werk past: de mediakunstenaar ontwikkelde zichzelf eerder in Duitsland en vooral in Amerika. Nadat hij uit zijn geboorteland naar Tokio was gevlucht om er filosofie en esthetica te studeren, ontmoette hij bij onze oosterburen eind jaren vijftig twee boegbeelden van de muzikale avant-garde: de Duitse componist Karlheinz Stockhausen en de Amerikaan John Cage. Onder hun invloed maakte hij kennis met Fluxus, een beweging die in de jaren zestig kunst en het dagelijks leven dicht(er) bij elkaar wilde brengen. Paik verruilt in die periode zijn puur muzikale bezigheden en performancewerk voor audiovisuele activiteiten. Ook verhuist hij naar New York, de stad van waaruit hij wereldwijd furore zal maken met zijn videokunst.
Geschiedenis
"Lange tijd heeft de televisie de intellectuelen gemarteld, het wordt tijd dat de intellectuelen de televisie gaan martelen," zo luidt de beruchtste, bewust polemische uitspraak van Paik. Hoewel vaak speels, is zijn oeuvre veel subtieler, complexer en intelligent van aard. Een grote rol gaf hij aan de televisie, het massamedium bij uitstek van die tijd. De kunstenaar maakte tientallen werken die de positie van de televisie zelf in vraag stellen, over het functioneren en de gevaren van het medium. Ze tonen hoe het kleine kastje bijdraagt aan het mythologiseren van beelden en de manieren waarop ze ingeschreven worden in de loop van de geschiedenis.
Een van de dingen die Paik enorm bezighield was de eenzijdigheid van tv. Veel meer dan vandaag liep in de jaren 1960 de communicatie steeds in één richting. Parallel aan Cages overtuigingen kwam de kunstenaar met de term 'participatory television' op de proppen, een 'televisiekunst' die tv tot een interactief, echt democratisch medium wilde maken. Van daaruit werkte hij in verschillende richtingen, waarbij hij steeds nieuwe technieken incorporeerde. Zo gebruikte hij monitoren als sculpturaal materiaal, werkte hij met robotica, creëerde hij satellietkunst en bouwde hij gigantische videomuren waarop gesynthetiseerde beelden druk flitsten.
Boeddhisme
Een van die videomuren is The hundred and eight torments of mankind, een werk uit 1998, vanaf deze week te bezichtigen in het PSK. Een muur van 108 televisieschermen illustreert de persoonlijke betekenissen van Korea en zijn volk voor de kunstenaar. Tegelijkertijd is het een interpretatie en een recreatie van deze ideeën in Paiks werk zelf. The hundred and eight torments of mankind verwijst, zoals wel meer werken van de kunstenaar, naar het boeddhisme. Zo is 108 een geluksgetal in deze religie, die er onder andere van uit gaat dat alle bestaan ook lijden inhoudt. Het werk creëert een hyperrealiteit - denk aan Las Vegas - die aan het psychedelische appelleert: op deze grote 'multimonitor' flitsen beelden die de kwellingen van de mensheid belichten. In het boeddhisme vloeien uit die kwalen menselijke verlangens, genoegens, droefheid en schoonheid voort. Zo ook in Paiks installatie.
Nam June Paik, 'The hundred and eight torments of mankind'
waar? Paleis voor Schone Kunsten, Ravensteinstraat 23, Brussel, 02-507.82.00, info@bozar.bewanneer? 10 oktober > 7 december, di > zo van 10 to 18 u, do van 10 tot 21 u
Lees meer over: Cultuurnieuws , Expo
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.