Halllo Kosmo: een Waalse supergroep
Hallo Kosmo begon als het muzikale dagboek van Daniel Offermann, die als bassist bij de internationaal gewaardeerde indiepopgroep Girls in Hawaii de dode momenten tijdens tournees creatief probeerde in te vullen. "Dit is meer iets van mezelf, ik schrijf de songs, ik zing ze," zegt Offermann over Hallo Kosmo, dat deze week zijn tweede album Kazablanka boven de doopvont houdt. In 2005 verscheen Autobahnhotel, dat hij helemaal in zijn eentje in elkaar knutselde, maar ondertussen is Hallo Kosmo een echte groep geworden.
Jullie worden, met een knipoog, omschreven als Waalse 'supergroep'. In Wallonië houden jullie blijkbaar nogal van kruisbestuivingen.
Daniel Offermann: Er ontstaan veel vriendschappen doordat we elkaar voortdurend tegen het lijf lopen in hetzelfde kleine wereldje, al wil ik niet beweren dat het één grote familie is. We hebben respect voor elkaars werk. Met anderen samenwerken is bovendien erg verrijkend, niet alleen op muzikaal maar ook op menselijk vlak. Ik vind het fascinerend dat dezelfde persoon in een andere context iets totaal anders gaat maken.
Waarom heet het album Kazablanka?
Offermann: Op het einde van de opnames ben ik naar Afrika getrokken en heb toen uren gespendeerd op de luchthaven van Casablanca. Tijd zat om te mediteren over het album. En ik vond heel wat raakpunten: ik zie de plaat als een wit vlak dat wij gevuld hebben met kleuren. En het album is bovendien opgenomen in een wit huis... Misschien zit er geen diepzinnige uitleg achter, maar ik vind zulke toevalligheden wel leuk. Dat kleurrijke is een beetje een tegengewicht voor de wat sombere melancholie van Girls in Hawaii. Ik wilde ook een ander aspect van mijn persoonlijkheid tonen.
Klink je daarom zo ironisch in 'Sad sad sad'?
Offermann: Ik hou ervan om over belangrijke dingen te zingen, maar niet op een deprimerende manier. Ik wil niet dat er een onoverschrijdbare grens is tussen wat triest maakt en wat gelukkig. Ik zoek de ambigue ruimte tussen de twee, ik hou het graag flou.
Als je jong bent kun je je helemaal terugvinden in getormenteerde rocksterren als Kurt Cobain. Maar naarmate je ouder wordt, besef je dat je niet wilt sterven. Je wilt leven. Met dit album zoek ik naar een manier om ouder te worden en toch die popmuziek blijven te spelen. Eerlijke muziek, die zegt hoe je je voelt. 'Rockpolizei' gaat een beetje over hetzelfde thema, daarin som ik dode rockiconen op. Als je zestien bent, kijk je naar hen op. Je wilt hen worden. Maar nu besef
je dat je niet wilt eindigen zoals zij. Ik hou ervan om over dat soort thema's te filosoferen, maar dan wel in prettige songs die relatief 'dansbaar' blijven.
Je zingt enkele passages in het Duits. Heb je Duitse roots?
Offermann: Ik ben in de Oost-Kantons opgegroeid, en ik woon nog steeds in Eupen. Het eerste album was bijna helemaal in het Duits gezongen, maar daar bereik je geen breed publiek mee. De Duitstalige regio is een kleine gemeenschap, het is moeilijk om eruit te breken. Voor Duitsland zijn we het buitenland, in België blijven we het buitenbeentje. Bovendien eindig je met dat Duits al snel in het hoekje van Rammstein en Tokio Hotel en daar wil je misschien niet mee geassocieerd worden. (lacht) Vandaar dat ik het nu in het Engels doe, met een paar knipoogjes naar mijn wortels.
Muzikaal varieer je tussen folk, rock, electro, funk en hiphop. Dat is nogal eclectisch.
Offermann: Ik hou van artiesten als Beck en Beastie Boys, die durven ook albums te maken die alle kanten op gaan. Twintig jaar geleden had ieder zijn eigen favoriete genre. Toen ik zestien was hield ik van hiphop, maar ik besefte al snel dat je als rapper niet moest gaan spelen op een rockfestival. Ik vond het belachelijk dat je in een hokje moest passen. Nu luistert iedereen naar alles, en dat vind ik mooi.
'Money people' is pure hiphop. Waarover gaat die?
Offermann: Dat geld de wereld niet zal veranderen, maar de mensen. Toen ik naar rap begon te luisteren was het muziek van de toekomst, die een revolutie zou teweegbrengen en aan de kant van de mensen stond. Maar nu lijken rappers alleen maar over geld te zingen.
:: Hallo Kosmo
wanneer: 16 januari 2010 20.00 — €10/13 (Bota'Carte: €7)
waar: Botanique, Koningsstraat 236, Sint-Joost-ten-Node, 02-218.37.32, info@botanique.be, www.botanique.be
Lees meer over: Sint-Joost-ten-Node , Cultuurnieuws
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.