Le Palace: Bioscoop met complexen

Niet om het project voor te stellen, dat was in 2006 al gebeurd. Niet om het splinternieuwe bioscoopcomplex te openen, dat had in 2008 moeten gebeuren. Maar om aan te kondigen dat de bouwvergunningen er zijn, waren er maandag een staatssecretaris, een minister en een minister-president nodig. Pathé Palace, Kladaradatsch! of - nu - Le Palace: hoe het gebouw ook heet, divastreken heeft het.

Brussels minister-president Charles Picqué, staatssecretaris voor Stedenbouw Emir Kir en minister van Cultuur van de Franse Gemeenschap Fadila Laanan (allen PS): met drie waren ze maandag om aan te kondigen dat de vzw Le Palace sinds vrijdag over de nodige stedenbouwkundige en erfgoedkundige vergunningen beschikt om het gebouw tussen Anspachlaan, Borgwal en Van Praetstraat om te toveren in een filmpaleis.

Terwijl in Vlaanderen de arthouse -bioscopen uitsterven - in Leuven sloot de Studio definitief de deuren -, maakt Brussel zich op voor een bioscoopcomplex met vier zalen, een bar, een restaurant, een cultuurwinkel en een centrale foyer in prachtige art nouveau. Het project kost de Franse Gemeenschap 5,3 miljoen euro. Men rekent op 150.000 bezoekers per jaar. In vergelijkbare steden zijn er een pak meer schermen dan in Brussel. Arthouse-films moeten, samen met Belgische films, in Le Palace over een langere periode een kans krijgen. Schoolvoorstellingen zijn een voorbeeld van de plannen rond beeldeducatie.

Maar dat is allemaal oud nieuws. Het project van de broers Dardenne, filmverdeler Eliane du Bois, consultant Nicole La Bouverie en filmproducent Patrick Quinet werd in 2006 al eens voorgesteld. Zij hoopten de eerste kaartjes in 2008 te verkopen. Die vlieger ging niet op. Het geld voor de verbouwingen en de extra vierde zaal bleek moeilijk te vinden. Vergunningen bleven uit. Een deel van het bijzondere complex is beschermd. Ook niet gemakkelijk was het om te voldoen aan de hedendaagse veiligheidsvoorschriften en het gebouw volledig toegankelijk maken voor mensen die slecht ter been zijn.

"De vertraging is niemands schuld," zegt La Bouverie. Op de opening van Le Palace durft ze geen datum te plakken. Eind dit jaar zou het werk moeten beginnen, en dat zal minstens twee jaar duren. Om een centrale foyer met veel daglicht te kunnen uitbouwen en een einde te maken aan de chaotische verbindingen tussen de vele ruimten, tekende de Luikse architect Alain Richard een loopbrug door het gebouw. De historische koepel met een metalen structuur en knappe decoratie in stucwerk, blijft waar hij is: verstopt achter een vals plafond. Voor restauratie is binnen het huidige budget geen geld.

Bitse strijd
Voor Le Palace is het niet de eerste transformatie. Het grootste deel van het pand werd in eclectische stijl opgetrokken door Alphonse Dumont in 1880-'81. Het ging door het leven als Hôtel des Ventes, Les Grands Magasins du Centre en Le Casino de la Bourse. De architect Paul Hamesse, een leerling van Paul Hankar, wijzigde in 1913 de bekende voorgevel en trok er een musichall met 2.500 zitplaatsen op. De eerste filmvertoningen zouden er plaatsgevonden hebben.

De Pathé Palace werd volledig verbouwd tot bioscoop in 1950. Van het begin van de jaren 1970 tot begin jaren 1990 verkocht Bauknecht er koelkasten en keukenrobots. Leegstand leek tot verkrotting te leiden, tot een Vlaams bedrijf er opnieuw een filmpaleis van maakte. De Kladaradatsch! veroverde in een mum van tijd de harten van vele Brusselaars, maar ging ondanks het succes failliet in 2000. Een bitse strijd om het gebouw te kopen, werd door de Franse Gemeenschap gewonnen. Om er een tijdelijk onderkomen voor het Théâtre National van te maken, waren er grondige verbouwingen nodig. Op de verrijzenis van het filmpaleis is het nog drie jaren wachten.