Rennende nonnen en ander schoon volk

Heleen Rodiers
© Agenda Magazine
07/01/2009
Met het Tsjechische voorzitterschap mogen we ons aan heel wat mooie beelden verwachten in Brussel. Drtikol, Jirásek, Koudelka: misschien onuitspreekbaar, maar ontegensprekelijk spek naar de bek van menig fotoliefhebber.

We moeten er nog even op wachten, maar in maart strijken er twee grote fototentoonstellingen neer in Brussel. De belangrijkste Tsjechische fotograaf uit de eerste helft van de twintigste eeuw, Frantisek Drtikol, krijgt een overzichtstentoonstelling (zie kader). De tweede grote tentoonstelling, Via Lucis 1989-2009, schetst een beeld van de Tsjechische gemeenschap van de laatste twintig jaar. Een beladen thema, want 1989 is het jaar van de Fluwelen Revolutie, de instorting van het communisme, het terugtrekken van de sovjettroepen en de aanloop naar de splitsing van Tsjecho-Slowakije in de Tsjechische Republiek en Slowakije in 1992.

De kleine geschiedenis
Wie denkt aan Tsjechië, denkt automatisch aan het prachtige Praag, het culturele centrum van Tsjechië, waar kunstenaars thuis zijn: een etiket dat Praag vanaf het begin van de twintigste eeuw opgekleefd krijgt. Het kubisme krijgt in de Tsjechische stad niet veel later aanhang dan in Parijs. Zelfs de architectuur wordt beïnvloed door het kubisme. Nu nog is de kubistische architectuur in het land van Bohemen uniek in de wereld. Kubisme, abstractie en surrealisme vinden allemaal een vruchtbare bodem in Praag, maar na amper twee decennia komt er met de nazibezetting in 1939 abrupt een einde aan die culturele groei. Negen jaar later nemen de communisten de macht over en belandt Tsjecho-Slowakije in een cultureel isolement. Even brengt de Praagse Lente daar in de jaren 1960 verandering in. De wereld kijkt naar Praag en maakt kennis met kunstenaars als filmmaker Jirí Menzel, schrijver Václav Havel en fotograaf Josef Koudelka. Maar sovjettanks beëindigen bloedig de herwonnen vrijheid. De Sovjets introduceren twee decennia van normalisatie, maar niet zonder dat de wereld weet heeft van hun gewelddadige optreden. De negatieven van de brutale inval die Koudelka maakte, worden uit Praag gesmokkeld en komen terecht bij het beroemde Magnum-fotoagentschap, dat de foto's anoniem publiceert in The Sunday Times Magazine. Uit angst voor represailles voor Koudelka en zijn familie tekent het magazine de foto's met de initialen P.P. (Prague photographer).

Pas na de Fluwelen Revolutie van november 1989 ontdekt de wereld de kwaliteit van de bijna vergeten of geheimgehouden Tsjechische kunst.

Tsjechische fotografie en de wereld
Terwijl de geschiedenis van de fotografie vroeger geen gewag maakte van Tsjechische fotografen, worden František Drtikol, Josef Koudelka, Jan Saudek, Josef Sudek en vele anderen vandaag wel in de lijstjes opgenomen. Niet verwonderlijk, want het medium fotografie neemt in de Tsjechische cultuur al vanaf het prille begin een belangrijke plaats in. In 1841 wordt de eerste fotostudio in Praag geopend, niet veel later beslist het Náprstek, het Tsjechische museum voor industrie, om foto's in haar collectie op te nemen. Clubs voor amateurfotografen schieten als paddenstoelen uit de grond en begin twintigste eeuw kun je in Praag een volwaardige opleiding tot fotograaf volgen. Vanaf de jaren 1920 maken avant-gardekunstenaars fotomontages en wanneer Hitler de macht grijpt, wordt het democratische Tsjecho-Slowakije het toevluchtsoord voor heel wat Duitse kunstenaars. Onder hen dadaïst John Heartfield, die tijdens zijn verblijf in Praag (1933-38) antinazifotomontages maakt, en Raoul Hausmann, die er zijn werk tentoonstelt. Andere fotografen - onder wie Man Ray, Lazlo Moholy-Nagy, Brett Weston en Alexander Rodchenko - vinden hun weg naar Praag wanneer er in 1936 een grote fototentoonstelling wordt georganiseerd.

Na de val van het communistische regime verandert er veel voor fotografen in Tsjechië. Het gesubsidieerde netwerk van amateurfotografen verdwijnt en fotoclubs worden opgedoekt. Daar staat tegenover dat de kwaliteit van de fotografie sterk toeneemt. Elke vorm van ideologische censuur wordt een halt toegeroepen, en de Tsjechen gaan internationaal. Ze vinden eindelijk hun weg naar buitenlandse galerieën.

Tijd voor verandering
Via Lucis 1989-2009 biedt een forum aan die nieuwe lichting fotografen, die aangevuld wordt met enkele oudgedienden, zoals Jaroslav Barta, Jirí Hanke en Magnumfotograaf Josef Koudelka. De tentoonstelling deint mee op de hype die momenteel rond documentairefotografie hangt en brengt werk van fotografen wier camera een instrument is om sociale en politieke veranderingen in beeld te brengen: het einde van het communistisch tijdperk, de invloed van het Westen, de privatisering van bedrijven en de teloorgang van industrieën, zoals de reeks Industria van Václav Jirásek. Die fotografeert bedrijven uit de jaren 1950 die nog steeds operationeel zijn. Vaak balanceren ze op het randje van de ondergang. De hernieuwde aandacht voor religie wordt mooi in beeld gebracht door Jindrich Streit. En het thema familieleven vind je terug in de prachtige portretten van Salim Issa en Štepánka Stein.

:: Via Lucis 1989-2009, 6 > 31.3.2009, Permanente vertegenwoordiging van de Tsjechische Republiek, Carolystraat, 1050 Elsene, 02-213.91.11

Oplichtende naakten
Met de overzichtstentoonstelling van Frantisek Drtikol (1883) kun je in Brussel werk bekijken van de wellicht belangrijkste Tsjechische fotograaf uit de eerste helft van de twintigste eeuw. Drtikol studeerde fotografie en schilderkunst in München, waar hij sterk beïnvloed werd door de art nouveau. Toen hij terug in Praag kwam, koos hij voluit voor de fotografie en opende hij er een studio. De grootheden van toen hebben allemaal wel eens voor zijn camera gestaan. Vandaag zijn het niet de portretten die van Drtikol een topper maken. Zijn artistieke werk is gedurfder: hij tast de grenzen van de avant-garde af met zijn expressieve naakfotografie. Onder invloed van de art deco wilde Drtikol dezelfde geometrische idealen in zijn foto's verwerken. Zijn modellen dwong hij in de meest onmogelijke houdingen. Geleidelijk aan stapte hij echter af van levende modellen. Hij sneed figuren uit papier en zette er licht achter. Zijn foto's werden hoe langer hoe meer een spel van licht en schaduw.

"Ik word geïnspireerd door vier dingen: het decoratieve, beweging, de stilte en de expressie van de individuele lijn," schrijft hij in zijn eigen geschriften. "Ik gebruik eenvoudige onderwerpen zoals cirkels of golvende lijnen en laat de schoonheid van deze lijnen voor zich spreken... of ik gebruik een lichaam als decoratief element. Zo maak ik mijn beelden."

Maar in 1935 stopte hij abrupt met fotograferen en keerde hij terug naar schilderkunst. Waarom hij op het toppunt van zijn carrière stopte met fotograferen, blijft een raadsel, maar toen hij in 1961 stierf, was zijn werk door bijna iedereen vergeten. Dankzij enkele historici krijgt Frantisek Drtikol nu eerherstel.

:: Frantisek Drtikol, 11.3 > 3.4.2009, Tsjechisch Centrum, Troonstraat 60, 1050 Elsene.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Elsene , Cultuurnieuws

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni