VRT-programma 'Publiek geheim' over de ‘Tir National’ en Matonge
V orige week gingen er stemmen op dat de Vlaamse regering de gebouwen en de site van de VRT maar moet verkopen, om elders een energie-efficiënte nieuwbouw neer te zetten. Nochtans kun je op de huidige locatie erg goedkope reportages maken. Zo vertelt een van de afleveringen in de lopende reeks Publiek geheim - over plekken met een 'verborgen' geschiedenis - hoe er aan de Reyerslaan ooit duchtig geschoten werd. Om te oefenen, maar helaas ook voor echt.
"Papa chéri, Ta petite fille te pleure. Elle est fière de toi. Mariette." Dit korte rouwgebedje staat te lezen op een met plastic bloemen versierd plakkaatje bij het graf van de oorlogsheld Constant Van Daelen. Het is een van de 366 graven op het openbare Ereperk der Gefusilleerden, dat slechts met een hekje is afgescheiden van de 'tuin' van de VRT en de RTBf. Sven Speybrouck toont ons ook de gedenksteen waarop onder meer de naam van Gabrielle Petit staat, de bekende verzetsheldin uit de Eerste Wereldoorlog die een standbeeld kreeg op het Sint-Jansplein in het centrum. Het hoge talud naast het kerkhof is een oude veiligheidsmuur van de Tir National, de Nationale Schietbaan die hier van 1889 tot 1963 lag. Enkele verroeste ijzeren stangen zijn een overblijfsel van het mechanisme dat de schuttersrozen omhoog moest tillen. Er resten ook nog een aantal bakstenen tunnels die als schietbaan dienstdeden. Speybrouck weet ondertussen het fijne over het akelige verband tussen de schietbaan en het kerkhof, waarvan ook de meeste VRT-medewerkers tot nu toe geen benul hadden.
Speybrouck: "Het verhaal begint bij de op zich al interessante geschiedenis van de Burgerwacht. Dat was de civiele tegenhanger van het Belgisch leger, die vlak na de onafhankelijkheid was opgericht voor het geval dat de koning zijn leger tegen het volk zou gebruiken. Als je niet geloot werd voor het leger, kon je nog geloot worden voor de Burgerwacht. Maar je moest dan wel je eigen uniform kunnen betalen. Zo werd het een soort prestigebaantje voor de betere burgerij, waar ook heel wat klaplopers tussen zaten. In principe werd de Burgerwacht ingezet voor de ordehandhaving, maar hun functie bleef onduidelijk. Ze kregen ook een schietbaan, maar opdat ze niet te gevaarlijk zouden worden, mochten ze maar acht keer per jaar oefenen. In hun vrije tijd organiseerden ze schutterstoernooien, als een societygebeuren waarop je een servies of een zakhorloge met de beeltenis van de koning kon winnen."
Laatste brief
De eerste Tir National lag aan het Daillyplein, maar was nogal klein. In 1889 kwam er daarom verderop aan de Leuvensesteenweg (de Reyerslaan werd pas in 1909 aangelegd) een nieuw complex van twintig hectaren, vanwaaruit wel zeshonderd meter ver kon worden geschoten. De ingang was waar nu de hoofdingang van de VRT ligt.
In de Eerste Wereldoorlog werd de Burgerwacht opgedoekt, maar tijdens de oorlog gebruikten de Duitsers de Tir National als executieplaats. Behalve Petit werd er ook onder meer de Engelse verzetsheldin Edith Cavell geëxecuteerd. Tijdens het interbellum oefenden de miliciens van het reguliere leger op de Tir. "En na twintig jaar kwamen de Duitsers terug om alles nog eens over doen," zegt Speybrouck. "Toen was Van Daelen een van de slachtoffers. We hebben voor het programma zijn dochter Mariette kunnen terugvinden. Met haar hebben we de verschrikkelijke laatste nacht van haar vader kunnen reconstrueren. Terdoodveroordeelden werden de dag voordien op de hoogte gebracht van hun executie. Ze kregen dan een laatste avondmaal, drank en sigaretten, en mochten ook een laatste brief schrijven. Mariette wist vooraf niets van de executie, maar herinnert zich nog wel hoe ze als kind met haar moeder de brief en het bundeltje kleren is gaan afhalen in de gevangenis van Sint-Gillis, waar haar vader gevangen had gezeten. Daar heeft ze nu voor ons die brief voorgelezen, en dat is natuurlijk verschrikkelijk ontroerend. Een man die weet dat hij gaat sterven en nog wat goede raad geeft aan zijn zesjarige dochter..."
De executies werden in het geheim voltrokken, maar nadien aan de bevolking meegedeeld. Ook de Joodse verzetsheld Youra Livchitz, die in 1943 heel wat Joden liet ontsnappen uit de trein naar Auschwitz-Birkenau, overleed er. Speybrouck: "Maar er liggen ook een aantal onbekende verzetslui op het Ereperk. Mensen die hun leven riskeerden, en dan gepakt en gefusilleerd werden zonder dat iemand het ooit geweten heeft. Ook de familie niet. Daarom is de jaarlijkse herdenking aan het Ereperk echt wel het minste. Het is gemakkelijk om daar als buitenstaander in vredestijd lacherig over te doen, maar die mensen moeten zelf hun herdenking in stand houden, want verder kijkt niemand er nog naar om. Toen men tegen 1968 de studio's aan de Reyerslaan wilde gaan bouwen ter vervanging van het Flageygebouw, heeft men het Ereperk der Gefusilleerden behouden, en het monument voor de geëxecuteerden verplaatst naar de ingang van het Reyerscomplex als een vorm van compensatie. Veel mensen vonden dat je op zo'n plek geen lichtvoetige radio en televisie kon gaan maken."
Va filmer vos vaches
Sven Speybrouck trok ook naar Matonge in Elsene, op zoek naar de ontstaansreden van de Afrikaanse wijk. Ook dat is een verhaal met vele plots. "Verschillende mensen zeggen verschillende dingen over het ontstaan van Matonge. Er waren inderdaad de vroege Congolese cafés Le Baninga en Nganda Matonge. Je had in 1960 ook de oprichting van La Maison Africaine door Monique van der Straten. Zij was een aristocratisch meisje dat heel Afrika had doorkruist en hier iets voor de Afrikanen wilde doen door hen hier te laten studeren. Maar de eigenlijke oorsprong ligt al bij de koloniale administratie, die Leopold II letterlijk in de achtertuin van zijn paleis installeerde. In die buurt gingen de kolonialen dan op café. Op den duur namen die al eens een boy mee, hoewel de Congolezen in principe niet naar België mochten komen opdat ze niet zouden zien dat er ook arme blanken waren of blanken die overheerst werden door anderen. Een decennium voor Expo 58 arriveren dan de eerste évolués. Niet alleen uit Congo overigens, want het was van in het begin een Afrikaanse wijk in de breedste zin van het woord."
Publiek geheim laat onder meer 'le vieux Henri' aan het woord, een respectabel man die vroeger diverse cafés in Matonge openhield. Maar de programmamakers werden ook weggejaagd door drugsdealers met de gevleugelde woorden: "Va filmer vos vaches." Speybrouck, grijnzend: "Kwestie van de sociale codes te leren kennen, en op te merken dat de mensen die je voor de ingang van de Galerie van Elsene staat te filmen, misschien toch niet zo graag op tv komen. Het is trouwens vooral door de instroom van Europese ambtenaren die geld te besteden hebben, dat de belangen en de agressie in het drugsmilieu van Matonge groter zijn geworden."
Publiek geheim, dinsdag om 20.30 uur op Canvas: de aflevering over Matonge op 1 februari, die over de Tir National op 22 februari. Alle verhalen van de eerste twee reeksen staan in het boek Publiek geheim - Plekken met een verborgen geschiedenis van historicus Geert Clerbout (uitg. Canvas/Van Halewyck, 256 blz., 19,90 euro).
Lees meer over: Elsene , Cultuurnieuws
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.