Wannes Van de Velde: de stem van de kleine man

Pierre De Decker
© Agenda Magazine
21/01/2006
Na een lange periode van ziekte speelt Wannes Van de Velde samen met een klassiek kwartet - viool, altviool, gitaar en contrabas - opnieuw 'In de maat van de seizoenen'. "Ik heb nieuwe teksten gemaakt en er is muziek geschreven die aanleunt bij wat je hedendaagse kamermuziek zou kunnen noemen. Maar dan op ons niveau." De voorstelling gaat dinsdag in première in de Ancienne Belgique.

Zelf noemt Van de Velde het programma "een hernieuwde kennismaking met een schaduwgebied vol vragen. Er is altijd een weg die je gaat en waarvan je niet weet waar die naartoe leidt. Die ook nergens aankomt. Ne mens zal nooit weten waarom dat 'm hier is." Al 68 jaar bewandelt speler en schrijver maar tegelijk ook beeldend kunstenaar, lesgever en mentor Wannes Van de Velde gedreven zijn compromisloos pad met in de reiskoffer een gitaar en een indrukwekkende stapel liedjes. Volksliedjes over sociale onrechtvaardigheid, oorlogsgruwel, vrede en vriendschap die schitterend klinken in het algemeen beschaafd Antwaarps. "Als je bewust je dialect gebruikt als taal, dan klinkt dat nooit plat."

U maakt én verdiept traditionele
volksmuziek. Terzelfdertijd fladdert u langs flamenco, blues en Brassens. Hoe zou u zichzelf omschrijven?
Wannes Van de Velde: Ik ben een folkzanger. Dat is au fond niet slecht, als je daar maar niet de nationalistische stempel op drukt. Het volkslied in Vlaanderen heeft sinds de collaboratie tijdens de Tweede Wereldoorlog een slechte naam. Ik ben van de Seefhoek. Ik kom uit een volks milieu waar veel werd gezongen. Ik ben opgevoed zonder de dogma's van de katholieke kerk, om het netjes uit te drukken, maar wel met respect voor de opvatting van Meneer Pastoor. Meneer Pastoor heeft zijn gedacht en wij ook. Ik hoorde nooit iets lelijks zeggen over homo's of prostituees. Dat was een heel tolerante omgeving. Wat raar misschien want Antwerpen heeft op dat gebied niet zo'n beste reputatie nu. Mijn grootvader was een heel goed zanger. Mijn moeder zong schoon en toonvast. Die liekes waren, zeker langs vaders kant, soms socialistisch getint. Het waren werkmensen, hè. Maar dat werd met de juiste emotie gezongen, met de juiste kwetsbaarheid ook. Die liederen zijn vaak een uiting van onmacht in de brede zin: sociaal en al wat je maar wilt.

Onmacht is een woord dat bij u altijd terugkomt.
Van de Velde: Ne kleine mens is machteloos. Er worden beslissingen genomen boven onze hoofden. Met dat besef moet je iets doen. Ik kan liederen maken, schrijven, en vooral nadenken. Je moet je weg zoeken. Zo lucide en sereen mogelijk voortgaan. Wat niet gemakkelijk is omdat je in een wereld staat die je bombardeert met zijn mediocriteit en platitudes. De huidige samenleving vind ik zeer vulgair en agressief. Onlangs hoorde ik op de tram twee vrouwen naar mekaar schelden gelijk heksen. Wat vooral doorklonk, was wanhoop. Zou dat komen omdat het materialistisch dwangmatig consumptiemodel mislukt is? Misschien wel. Ik voel veel ongeluk onder de mensen hoewel ze niks meer te kort hebben. Ik denk dat ze beginnen te beseffen dat de ik-cultuur ook geen oplossing is. Maar ik wil niet moraliseren, ik ben ook behoorlijk ego-gericht. Anders maak je die liekes niet. (lacht)

En die liedjes kunnen - even toch - het verschil maken?
Van de Velde: Ik ben destijds gaan zingen voor de staalarbeiders in Wallonië. Uit solidariteit met die mensen die machteloos stonden tegen de sluiting van hun fabriek. Dat doe ik dan niet als muzikant maar uit verontwaardiging als burger. Liedjes maken tast in een ander schaduwgebied. Daar kan je het allemaal wat relativeren. Maar toch: een lied kan een verschil maken. In het programma zit 'Maa groetmoeder was van den Doel'. Mijn grootmoeder wàs van Doel, dat dorp betekent iets voor mij. Dat lied gaat over onmacht: "'t Heeft geen zin meer om te protesteren. We worden toch beledigd en vernederd. Punt!" Maar het is wel een veel sterkere kritiek dan roepen: "Rotzakken! Poten af van Doel!"

Wat is het belangrijkste voor u op een podium: de boodschap of de muziek?
Van de Velde: Het musiceren: het zingen en het spelen. Dan gaat het alleen daar om. Dat heb ik geleerd van de flamencozangers. Als die zingen, zingen ze alleen maar. Ze transformeren zich in die zang. Martin Carthy - een Engelse folkzanger - zei me hetzelfde: "Als ge zingt, zingt dan. Doe niks anders." Alles wat er aan voorafgaat - repetities, teksten schrijven, arrangeren, stemoefeningen - valt dan weg. Je moet alleen zingen.

Maar: "Ne zanger is een groep." Dat zei u dertig jaar geleden al.
Van de Velde: Je doet dat niet alleen natuurlijk. Ook daar behoor je tot een gemeenschap. Maar het gaat verder dan de muzikanten met wie je samenspeelt. Ook zij die ons de materialen hebben aangereikt waarmee we die liederen hebben kunnen maken - zangers van vroeger uit het café chantant of klassieke componisten - hoor je op dat podium. De muzikaliteit van een Mozart bijvoorbeeld kan doorklinken in een lied. Het is een constante en totale wisselwerking.

U hebt een omvangrijk repertoire maar een echt expliciet liefdeslied zingt of schrijft u nauwelijks.
Van de Velde: Dat kan ik niet. Liefde en erotiek behoren voor mij volstrekt tot de sfeer van het private. Dat is een geheim eiland. Als ik over erotiek zou zingen, zou het wellicht uit eigen ervaring zijn. Misschien doe ik het daarom intuïtief niet. Ik ben geen Henry Miller. (lacht) Ik bewonder hem wel omdat hij dat kan.

Met Roland hebt u wel 'As Time Goes By' opgenomen.
Van de Velde: Oké. Maar dat is een cover, dat is niet van mij. Een schone crooner uit de film Casablanca en in het Engels: dat kan. Door de taal is er afstand. Dat behoort niet meer tot mijn intimiteit.

U bent lang ziek geweest...
Van de Velde: Ik kom er nu stillekes uit...

Hoe heeft dat uw leven beïnvloed ?
Van de Velde: Het heeft waarschijnlijk een grotere invloed gehad dan ik nu nog maar besef. Omdat je natuurlijk de vraag hebt gesteld: 'Is het gedaan?' Ik had leukemie. Ik heb dat nog misschien, ergens in mijn merg of diep in mijn bloed. Volgens mijn dokter ben ik goed nu. Maar je verandert wel. Je wordt wat jaloerser op je dagen, op je tijd. Wat exclusiever in je opvattingen misschien, meer gericht. Je gaat bewuster leven maar bewust wordt anders ingevuld dan vroeger. Je leeft op een kleinere ruimte denk ik. Bijvoorbeeld: je gaat schrijven. Je zit aan een tafel en je legt daar een blad papier op. Je richt je op dat vlak, je schermt die halve vierkante meter eigenlijk af. Dat gevoel van beslotenheid wordt dan veel sterker. Je gaat je meer op de kleinere momenten concentreren. Schrijven is zo een klein moment, ons gesprek is zo'n moment. Er is alleen maar dit.

U bent een man met veel talenten. Is uw carrière een godsgeschenk of blijft het simpelweg hard werken ?
Van de Velde: Ik heb veel talenten maar ja: het is vooral er heel koppig mee bezig zijn. Omdat de dingen die je doet in het geijkte patroon geen plaats vinden. En je moet er geld voor over hebben want je verdient er niks mee. Van mijn muziek heb ik nooit kunnen leven. Ik heb ook al die jaren moeten werken zonder een echt statuut. Dus ging ik schrijven of lesgeven om mijn brood te verdienen. En dat zingen, dat doe je... (denkt na) omdat je niet anders kunt. Omdat ik plots zag: hier kan ik iets in kwijt. Hier kan ik de wereld mee aanraken, dat vreemd fenomeen dat mij omringt met al die mensen. En misschien kan je door die wereld aan te raken op zo'n moment wel iets begrijpen van het waarom...

Want er zijn mensen die stellen: "Het leven an sich heeft geen zin. Maar wat je er mee doet, dàt kan zin hebben." Met die opmerking ben ik akkoord. Zin geven dat kan de mens wel, maar dan moet hij er heel veel moeite voor doen. (lacht)

:: Wannes Van de Velde. Ancienne Belgique, Anspachlaan 110, 1000 Brussel - 02-548.24.24 - info@abconcerts.be
datum: 24 januari - 20.00 uur
tickets: 20 / 23 euro

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Cultuurnieuws

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni