De theaterkant van Wouter Deprez
In september gaat het voor Wouter Deprez (1975) namelijk van West-Vlaanderen naar Zuid-Afrika. Hij volgt zijn vrouw, die daar een aantal ontwikkelingsprojecten gaat ondersteunen. Voor het zover is, toert Deprez nog met het nieuwe Maanziek, waarin hij naast Wannes Cappelle aantreedt, en met het net iets oudere Je zal alles worden. Waar Eelt ging over de relatie met (de generatie van) zijn vader, zet Deprez daarin een personage neer dat, net zoals hijzelf, recent vader is geworden (op het ogenblik van ons gesprek was Deprez in volle verwachting van een tweede). Daarvoor putte hij materiaal uit Waarom je moeder en ik bijna altijd een kamerjas dragen en Gelukkig heeft je moeder twee oren - de brievenboeken aan zijn piepjonge zoon, waar straks ook nog een derde deel van verschijnt. Maar net als die brievenboeken gaat de show meer over de vader dan over het kind.
Wouter Deprez: "Eigenlijk heb ik het materiaal uit de brievenboeken zelfs pas later toegevoegd. Ik wilde het in de eerste plaats hebben over pretentie. De man die ik daar op dat podium sta te spelen, begint serieus te zweven en vertoont enkele donkere kanten. Je zou dat uitvergrotingen kunnen noemen van een aantal moeilijkere eigenschappen die bij mezelf hopelijk niet in die mate ontwikkeld zijn. De brieven zijn er gaandeweg bijgekomen als een tegenwicht omdat ik wat meer tederheid en liefde nodig had. Het kind verplicht de man bijvoorbeeld om zijn woedeuitbarstingen onder controle te houden. Maar pretentie blijft het onderwerp. Wat wil je allemaal voor je kind opdat het het beste kind ter wereld zou zijn? In welke buurt wil je dat het opgroeit? Stuur je het naar een concentratieschool of niet? In hoeverre offer je je idealisme op? Het zijn vragen waar veel mensen uit mijn omgeving mee bezig zijn. We willen dat ons kind heel bijzonder is, dat het goed gestimuleerd wordt, en lezen dikke opvoedingsboeken.
Kun je zeggen dat je jezelf beter leert kennen eens je een kind hebt?
Wouter Deprez: Ik denk zeker dat het kan helpen. Maar je volgt wel best het juiste traject, namelijk een kind krijgen omdat je een kind wilt, en dan eventueel vaststellen dat je jezelf daardoor beter leert kennen. En niet jezelf beter willen leren kennen en daarom een kind krijgen. Bij mij was het in ieder geval zo dat ik na de geboorte van mijn zoon plots merkte hoe hard het voorheen allemaal rond mijn eigen navel draaide. Nu zou ik het altruïsme dat je moet opbrengen voor je eigen kind ook niet te zeer overroepen. Voor je eigen genen zorgen is niet zo moeilijk. Alles opbrengen voor een geadopteerd kind is dan al iets altruïstischer.
Anderzijds is er ook niets mis mee om zonder kinderen lekker met je eigen ontwikkeling bezig te blijven.
Deprez: Nee, zeker niet. Maar het personage dat ik speel, loopt toch vast in zijn egoïsme. Hij is bijvoorbeeld heel giftig en rancuneus als hij kritiek krijgt op wat hij doet. Nu is dat een van die dingen waar je in een opvoeding niet heel lang mee bezig kunt zijn. Je moet kunnen overleggen, toegevingen doen, en snel beslissingen nemen. Dan merk je dat je zelfzuchtigheid je dikwijls niet bepaald verder helpt.
Zit je er niet mee in dat je jezelf door die semi-autobiografische inslag te negatief afschildert?
Deprez: Dat is tijdens de tournee gaandeweg veranderd, net zoals bij Maanziek. Het wordt lichter en minder zelfbeschimpend omdat ik er meer afstand van kan nemen. Ik krijg gaandeweg door dat het gewoon fijn is om een donker en tegendraads iemand te spelen dat volledig losstaat van mezelf.
Elke avond alles uit jezelf opdiepen zou misschien ook niet lukken.
Deprez: Dat heb ik ook niet echt in mij. Als ik diep aan het graven ben, dan moet ik daar snel weer om lachen. Ik wil ook geen weirdo opvoeren waarmee niemand zich kan associëren. Ik wil dat wat ik zeg resoneert in het gevoel van de toeschouwers. Dat ze eventueel erkennen dat zij het soms ook niet meer weten of iets heel onvriendelijks zeggen over het kind dat ze pas nog hun dierbaarste bezit hadden genoemd. Ik denk trouwens dat mensen soms behoorlijk zouden schrikken als ze hun eigen gedachten eens konden nalezen.
Je gaat zelfs zo ver om met koppels uit het publiek even na te gaan of het wel oké is dat zij kinderen krijgen.
Deprez: Klopt. We bespreken dat even. Kijken wat voor opleiding ze hebben gevolgd en of het voor de wereld dan een goed idee is dat zij zich voortplanten. (Ironisch) Ik doe dat omdat veel mensen eigenlijk niet in staat zijn om dat zelf te bepalen en dat het dus goed is dat een deskundig iemand daar eens even naar kijkt.
Behalve grappig is dat natuurlijk grof en ongemanierd. Maar in kleine kring hoor je soms dingen die in die richting gaan. Onze maatschappij betaalt arbeiders ook minder dan mensen die een universitaire opleiding hebben gehad. In die zin is het niet zo vreemd wat ik daar sta te zeggen. Het is alleen cru verwoord.
Door een boek te schrijven wil je personage ook serieus worden genomen als komiek. Dat hebben we wel eens bij een van uw collega's gehoord.
Deprez: (Lacht) Het is toch vreemd om zoiets te eisen. Sommige dingen kun je nu eenmaal niet afdwingen. Ze volgen eventueel uit je gedrag. Mijn personage is ook kwaad door een slechte recensie en komt dan af met juryverslagen waarin zwart op wit staat dat hij grappig is. Ik vind het wel fijn om zulke potsierlijke en gênante dingen te staan zeggen op het podium.
Hanteer je zelf een norm waaraan je voorstellingen moeten voldoen?
Deprez: Die wordt met de jaren vager. Het gaat vooral om het gevoel in de zaal. Er moet liefst veel gebeuren dat spannend, verwarrend, ontroerend of onthutsend kan zijn. Daar leent theater zich het allerbeste toe. Beter dan een boek of een film. Ambiance is het goede woord. Niet in de zin van 'handjes in de lucht', maar als omschrijving van het gevoel dat er op die ene avond iets aan het gebeuren is. Ik heb ook graag dat het publiek iets doormaakt en samen met het personage ergens heengaat. Dat is de theaterkant van mijn comedy.
Wouter Deprez: Je zal alles worden
12 & 13/4 • 20.00
€10/16
Lees meer over: Brussel-Stad , Podium
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.