BRUZZ-muziekjournalist en alom begeerde Snapchatbimbo Sasha Van der Speeten laat elke week zijn vale licht schijnen over de pop- en showbizzactualiteit. Hij houdt bovendien innig van u, wist u dat? Nee, serieus, wíst u dat?
Column: Apegapen
Eén van mijn minder behoudsgezinde kameraden die tevens als muziekscribent werkzaam is - laten we hem voor 't gemak Jürgen noemen - maakte bovengetekende een tiental jaar geleden diets dat superfans een blinde vlek voor de ogen hebben die hun inschattingsvermogen radicaal vertroebelt. Ik herinner me dat moment nog vaagjes omdat Jürgens orakelen gepaard ging met bier, zweet en luide beats. Niet toevallig één van onze favoriete mélanges. Het moet in de AB zijn geweest, ook niet toevallig één van onze geliefkoosde hangouts, al was het maar omdat het popjournaille er vaak genoeg prettig beneveld tot verbroedering overgaat.
Ik moest de voorbije week nog maar eens aan die uitspraak denken nadat een schare hysterische volgelingen van flutpopduo The Chainsmokers mij social media-gewijs over de hekel haalde nadat ik het AB-concert van hun deïteit aan een dissectie had onderworpen op de website van een hier niet nader genoemde nationale krant.
Nu vind ik - in tegenstelling tot Jürgen die de schedels van dat soort hyperemotionele fanatiekelingen het liefst met een tomahawk zou verbrijzelen - een dergelijke irrationele, door een verstoorde hormonenspiegel getriggerde verontwaardiging eigenlijk zeer grappig. Schattig zelfs. Ontroerend, bij momenten. Het idee dat iemand in zijn pen kruipt voor een popgroepje! Néé, niet voor Westerse waarden, voor de democratie of om Amnesty International een hart onder de riem te steken. Neuh! Voor een popbandje. Dus voor een dude of een dame die een liedje schrijft. Voor een zanger. Of een producer die wat beats heeft gefabriceerd.
Ja hoor, we zijn allemaal getroebleerde tieners geweest, nijdig op papa, mama, onze leerkrachten, de flikken, de commerciële televisie en op die trut van de bibliotheek die mij een boete aansmeerde ook al was ik amper een dag over tijd. Been there.
Met onze muzikale smaak bakenden we onze identiteit af. We lééfden muziek, trokken met prikkeldraad omzwachtelde barrio’s op uit onze favoriete genres, gooiden molotovcocktails naar voorbijfietsende fans van The Cranberries en van Nickelback. Euhm…dat laatste is misschien niet gebeurd.
Je muziekidolen met hand en tand verdedigen dus, tot je er bij neervalt? Boos worden omdat een journalist de show van je lievelingsartiest kritisch aanpakt? Merkwaardig. Zelf nooit last van gehad, als ik eerlijk mag zijn. Misschien voorkomt één van mijn interessantere persoonlijkheidsstoornissen dat mijn testosteron begint te koken wanneer mijn opinie niet strookt met die van een ander.
Zo heb ik in het verleden soms verontwaardiging gefaket wanneer iemand zich smalend uitliet over één van mijn muzikale helden. Omdat dat blijkbaar zo hoort. Uit elementaire beleefdheid, zeg maar. Maar eerlijk: I couldn’t give a flying fart on a rolling donut.
Yep, u en mijn discipelen kennen mij als een énorme fan van Prince. Maar laat ik u meteen voor zijn: "Prince? Aanstellerig, verwijfd onderkruipertje dat de voorbije twintig jaar geen enkele deftige plaat heeft afgeleverd." Booyaa! U vindt zijn naar mijn bescheiden mening briljante output uit de jaren tachtig (en begin negentig) zwaar overschat en pinkte geen traan weg toen hij vorig jaar naar het Walhalla verhuisde? Yeah man, good for you. U zal misschien geen bemoedigend schouderklopje van mij krijgen, maar hey, whatevva.
U zou eens moeten weten hoeveel hatemail ik de voorbije vijfentwintig jaar mocht ontvangen van verontwaardigde tieners, twintigers, dertigers, veertigers, vijftigers én zestigers die allemaal schuimbekkend in de gordijnen hingen omdat ik Milk Inc., Lou Reed, Neil Young, Muse, The Pixies of Avicii met een tikkeltje minder égards benaderde dan men gewend is in tijden waar de kritische cultuurjournalistiek op apegapen ligt.
Keer op keer mocht ik gefascineerd concluderen dat er een hele generatie (of is het een bevolkingsgroep?) bestaat die niet weet wat een journalist eigenlijk doet. Die niet begrijpt dat een journalist geen fan hoeft te zijn van de artiest die hij recenseert (liever niet zelfs) en zijn bewondering de kop moet indrukken indien dat wél het geval is. Nee, beste sneeuwvlokjes, mijnheer is niet boos op jullie heldje. Mijnheer doet gewoon zijn job.
Ach, elk z’n hobby. Als u uw kostbare tijd wil vergooien door driftig uw computerklavier aan frut te tikken bij het posten van hatemails: be my guest, go nuts.
Zo ik Jürgen nu zondag zou tegenkomen in de Botanique alwaar de wonderlijke SOHN ten dans speelt: ik zal hem vertellen dat u het allemaal niet zo kwaad bedoelt en dat u binnenkort wellicht eindelijk nog eens van bil gaat om die opgekropte zurigheid uit uw systeem te pompen, quoi.
Ah, en voor dat nijdige clubje Chainsmokers-aanbidders besluit ik graag met de legendarische woorden die topproducer Mark Ronson ooit aan het duo richtte en die ik bovendien gisteren op mijn rug liet tatoeëren:
"Back to being the charisma-bypassed champions of 2 bar Ableton loops? Well, smash it while it lasts, fellas!!"
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.