Euronext, de vroegere Beurs van Brussel, verhuisde afgelopen weekend naar het Markiesgebouw aan de Sint-Michielskathedraal. Daarmee kwam een einde aan 142 jaar financiële activiteit in het Beurspaleis. “Een schitterend gebouw,” zegt Euronexttopman Vincent Van Dessel.
Beurs verhuisd: ‘Buurt niet meer geschikt voor business’
Het Beurspaleis, door architect Léon Suys ontworpen, ging open in 1873. Het gebouw werd neergezet in opdracht van Stad Brussel, die de effectenhandelaars een vast onderkomen wilde geven.
Decennialang was het op weekdagen een drukte van belang in de financiële tempel, waar krioelende makelaars, hoekmannen en loopjongens de koop- en verkoopprijzen luidkeels uitschreeuwden.
“Op het hoogtepunt, in 1928, moeten hier zo’n drieduizend wisselagenten aan de slag geweest zijn,” vertelt Van Dessel. Zelf herinnert hij zich de ‘vloerhandel’ nog levendig. In 1984 begon ook hij zijn carrière als wisselagent. “In de grote zaal stonden corbeilles, cirkelvormige meubels waarrond de makelaars onderhandelden over de prijs. Als je een order had om duizend Bekaerts te kopen, ging je aan een corbeille staan om een verkoper te vinden. De orders werden telefonisch doorgegeven, maar er waren geen gsm’s. Je moest de hele tijd rennen naar een van de vele telefooncellen tegen de muur.”
De telefooncellen zijn allang verdwenen uit het gebouw. Zo ook de loketten op de tweede verdieping, waar de makelaars na de beurssluiting hun aan- en verkopen manueel moesten afhandelen. De corbeilles staan tegenwoordig opgeborgen op de zolder.
In 1989 werd de termijnmarkt geautomatiseerd, de contantmarkt volgde in 1996. Van Dessel werkte mee aan het informatiseringsproces. In 1992 trad hij immers toe tot de beursdirectie, net als voorheen zijn vader, grootvader en overgrootvader.
Door de automatisering gebeurde de hele handel niet langer op de beursvloer maar via de computer. De wisselagenten bleven dan ook weg uit het beursgebouw. In 2000 smolt de beurs van Brussel samen met Amsterdam, Parijs en Lissabon tot Euronext. Na de fusie verdwenen nog andere activiteiten uit het gebouw: de afhandeling, de informatisering, het toezicht. Het personeelsbestand in Brussel kromp van 350 medewerkers in 1996 naar twintig.
“Een gebouw van 10.000 vierkante meter voor twintig man, dat was niet vol te houden.” Van Dessel ging op zoek naar huurders. Eerst probeerde hij banken en beurshuizen te overtuigen om hun tradersafdeling weer in het beursgebouw onder te brengen. Dat mislukte omdat toen de crisis losbarstte. Ook het plan om de Vlerick Management School naar het gebouw te halen ging niet door. Stad Brussel wilde er niet van weten.
Uiteindelijk verkocht Euronext drie jaar geleden de resterende erfpacht, die nog tot 2093 liep, terug aan Stad Brussel. De beurs behield alleen de achterzijde. Daar hing beneden nog wel een elektronisch koersenbord, maar de ruimte had de laatste jaren vooral een ceremoniële functie. Bij speciale gelegenheden - een bedrijf dat vijftien jaar noteert op de beurs - werd de opening van de beurshandel nog eens ‘op ouderwetse wijze’ ingeluid met de koperen handbel. Ook hing er het bord waarop de ceo van elk nieuw beursbedrijf de eerste koers met een krijtje mag schrijven.
De stad benutte de grote hal vooraan ondertussen voor tijdelijke expo’s en werkte, samen met de Belgische Brouwers, het plan uit voor een ‘biertempel’.
Iconisch gebouw
Het elektronische bord, het krijtjesbord en de bel hangen sinds deze week in de inkomhal van het Markiesgebouw. “Ook prestigieus en vlak naast het Centraal Station.” Van Dessel heeft er vrede mee dat hij moest vertrekken uit de Anspachlaan. “Ik wilde drie jaar geleden meteen al weg. De buurt is niet meer geschikt voor business en met de voetgangerszone zal het alleen maar erger worden. Qua mobiliteit is het een drama. De business wordt weggejaagd.”
Het personeel vond het echter moeilijk om het iconische gebouw te verlaten. “Intussen beseffen ze dat het imago door al die expo’s toch verzwakte.” Zelf stoorde Van Dessel zich heel erg aan het feit dat de stad, omwille van de expo’s, het prachtige glasdak helemaal had afgeplakt.
Met de nieuwe bestemming van het Beurspaleis heeft hij geen moeite. “Een biermuseum past beter in de toeristische zone. En het blijft een heel klein beetje economisch. Bier is nog altijd een van de belangrijkste industriële activiteiten in België.”
Lees meer over: Brussel-Stad , Economie
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.