'Niemand bij Justitie wil in Brussel werken'
Voor rechtsbijstand, slachtofferonthaal, bemiddeling in strafzaken, (v)echtscheidingen en alternatieven voor voorlopige hechtenis kan de burger eerstelijnshulp krijgen in het Justitiehuis. Op wat de feestelijke opening van het nieuwe pand van de twee Justitiehuizen (Nederlands- en Franstalig) had moeten worden, werd een domper gezet door een interne vakbondsactie. De toespraken van de drie directeurs en de bevoegde minister, die het personeel wilden aanmoedigen om geduld te oefenen met hun onderbemanning, zetten niet veel zoden aan de dijk.
De 95 Franstalige en 25 Nederlandstalige ambtenaren van het Justitiehuis klagen sinds begin 2007 de leegloop aan: er zijn tot achttien niet (geheel) ingevulde plaatsen. 1.200 dossiers, ook van minderjarigen, blijven onbehandeld liggen, en in de parkeergarage staan de 'afgehandelde dossierdozen' open en bloot ter inzage van de parkeerder. Overal komt men handen te kort. Daar komt nog eens bij dat in 2009 de Gerechtelijke Alternatieve Maatregelen (GAM's) herbekeken worden, maar ook dit vraagt extra middelen.
Enkelband
Minister Vandeurzen krijgt geen vat op het grote personeelsverloop. "Tegen eind 2008 zal een substantiële verhoging van het kader worden doorgevoerd. Verder is het zoeken naar structurele oplossingen om het werken in Brussel aantrekkelijk te maken," vatte de minister zijn inbreng samen. "Komt daarbij dat het elektronisch toezicht ('de enkelband', red.) sinds 2007 tot de opdracht van het Justitiehuis hoort, maar er werd geen personeel voor vrijgemaakt," zegt Veronique Van Hal, directeur van het Nederlandstalige Justitiehuis. Het probleem 'in Brussel werken' steekt stokken in de wielen.
Jan Bogaert, directeur Personeelszaken bij Justitie, probeert het kader in te vullen. "De justitieassistenten hebben weinig voeling met de grootstedelijke problematiek. Bijna niemand woont in Brussel. Er is een groot verloop bij de nieuwkomers. Mutaties naar de landelijke justitiehuizen zijn schering en inslag. Vaak wordt de overplaatsing naar de provincie, dichter bij huis, al op de eerste werkdag aangevraagd. Walen willen meteen terug naar hun regio, Vlaamse juristen worden beter in de privésector betaald."
Een en ander leidt ertoe dat de personeelsleden die wél blijven, continu ingeschakeld worden voor opleiding van de nieuwkomers. De directie ziet daar ook wel de voordelen van: "Dat maakt hen tot experts." Maar het gevolg van de stoelendans is dat voor 5.270 Franstalige en 995 Nederlandstalige dossiers niet de vereiste timing gehaald wordt.
Directeur-generaal Annie Devos schetst de situatie nog meer zwart-wit als het over de Nederlandstalige kandidaat-justitieassistenten gaat. "Op zestig Franstaligen die bij ons solliciteren, zijn er twee tot vier Nederlandstaligen, maar die zijn niet van de besten. De arbeidsmarkt in Vlaanderen is beter dan in Brussel en de werkloosheid onder universitairen is er laag. We moeten bijgevolg uit andere richtingen putten - criminologie, geschiedenis en kunstgeschiedenis - en die mensen intern opleiden. De privé snoept de juristen weg, waardoor de stoelendans blijft duren."
Uit één mond klinkt: Brussel is onaantrekkelijk als werkplek. De patsituatie wordt doorgeschoven richting Inge Vervotte, minister van Ambtenarenzaken (CD&V).
Lees meer over: Economie
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.