Steeds minder industrie in Brussel

In veertien jaar tijd is de oppervlakte bestemd voor industriële activiteiten in het gewest met 17 procent afgenomen. “De kost van gebouwen, verkeersproblemen en concurrentie uit lageloonlanden jagen industrie weg.”

Een door het Gewest bestelde studie van onderzoeksbureau BRAT heeft de huidige industriële activiteit in kaart gebracht. Er is nog 4,7 miljoen vierkante meter gebouwen gewijd aan industrie, tegenover 5,7 miljoen in 1997. Vooral in de Brusselse vijfhoek en in Molenbeek is industriële ruimte verloren gegaan.

In de ongeveer 2.400 overgebleven gebouwen staat 700.000 vierkante meter leeg, goed voor 15 procent van het totale bestand. "Een indrukwekkend cijfer, want dat percentage ligt de helft hoger dan de leegstand van kantoren," meent de studie.

De oorzaken van de achteruitgang van de industrie zijn voor het grootste deel niet typisch voor Brussel. Bepaalde industrieën zijn moeilijk te verzoenen met de woonfunctie van een stad, en industrie verplaatst zich naar de Rand of naar lageloonlanden. Maar ook de hoge vastgoedprijzen en de verkeersproblematiek van Brussel worden als oorzaken aangehaald.

"Heel wat traditionele activiteiten in Brussel zijn verdwenen. Iedereen denkt ongetwijfeld met weemoed terug aan de chocoladegeuren die van het Zuidstation opstegen naar het stadhuis van Sint-Gillis, maar ondertussen is Côte d'Or al sinds 1988 gevestigd op een industriezone in Halle," zegt minister-president Picqué (PS). "Toch heeft de economie van het Gewest de desindustrialisering vrij goed doorstaan. Vandaag voorziet de tertiaire economie in de meeste jobs."

Picqué wil wel dat de stad aantrekkelijk blijft voor industriële activiteiten. "Want uit de studie blijkt dat we genoeg reserves hebben om de woonfunctie en de industriële functie te verzoenen."