Alain Trellu toont Stadsgezichten in Sint-Gorikshallen
A lain Trellu (1961) heeft van kijken zijn beroep gemaakt. Voor hij naar hier verhuisde, werkte hij al als fotograaf en als regisseur van documentaires en korte films voor onder andere France 2, Canal+ en France 5. Ook in België is hij aan de slag als cultuur-, evenementen- en modefotograaf. Toch zette zijn nieuwe stad hem ook spontaan aan het werk. Dat kwam door wat sommigen, op z'n zachtst gezegd, een allegaartje noemen, maar wat Trellu liever 'architecturaal eclecticisme' noemt. Een stad waarin hij tot zijn verbazing niet verdwaalt: "Ik was verrast hoe de stijlen zich hier op een kluitje afwisselen. Art deco naast art nouveau naast hedendaags." Op Trellu's foto van het Sterreplein in Elsene schijnen het geraffineerde Palais de la Folle Chanson uit 1928 van Antoine Courtens en de eerste wolkenkrabber uit 1938 van Marcel Peeters alvast geen last van elkaar te ondervinden.
"Een stad als Parijs is veel uniformer door de alomtegenwoordige Haussmann-stijl. Zelfs bescheiden huizen zijn in die stijl opgetrokken. Ook in Barcelona, Gaudí niet mee gerekend natuurlijk, lijkt alles op elkaar. Je loopt daardoor gemakkelijk verloren in Parijs of Barcelona, terwijl in Brussel geen twee wijken gelijk zijn."
Verliefde blik
Op het honderdtal foto's (60x40 tot 100x100 cm) in de Sint-Gorikshallen herken je de representatieve gebouwen en skylines van Brussel: het stadhuis, het Jubelparkmuseum, de Noordwijk, de basiliek van Koekelberg en - cliché der clichés - het Atomium. En net bij dat overgefotografeerde gebouw gebeurt het. Trellu slaagt erin het Atomium op een alien te doen lijken. "Zonder trucage" - daar doet hij niet aan -, maar gewoon door te kijken in plassen, of veilig van achter een struik. Het Atomium krijgt op die manier iets organisch; zo zagen we het nog nooit. In de Kruidtuin drukt hij af net als een wandelaar de opengesperde bek van een gebeeldhouwde roofvogel binnenstapt. Trellu klimt op de koepel van het Justitiepaleis of ziet hoe die koepel vervormt in de ruiten van een omringend gebouw. Het weerspiegelde Felix Happark gaat lijken op een grillige olijfboomgaard van Van Gogh. Toch zijn er ook perspectieven bij die we al eerder zagen, zoals het Europees parlement pal achter het oude Luxemburgstation, de klim van de Koudenberg, of Wiels, dat toch al monumentaler werd neergezet. Maar BDW is verwend...
Toch nodigt de wandeling uit, zowel op de expo als in het gelijknamige boek (drietalig, uitgegeven door Racine), ook al door de originele teksten van elf Belgische schrijvers, reacties op telkens één foto. Het stadslandschap van Schaarbeek met de vreemde geeloranje gloed doet Réjane Peigny fantaseren over een uitgestorven stad. Bij de foto van het Koningsplein besluit Patrick Weber dat dit het meest on-Brusselse plein van Brussel moet zijn, omdat het probeert te lijken op iets wat het niet is. Ontroerend is de tekst van Alain Berenboom bij een foto van het station van Schaarbeek over hoe zijn Russische moeder 'thuiskwam' bij het zien van het bolvormige koepeltje, dat haar aan het Kremlin deed denken. Bert Kruismans kijkt diep in de spiegels van de stad: "Kies de stad maar die je wil." Brussel is tenslotte waar je spreekt in het Frans en denkt in het Nederlands of het Berbers. De fotograaf voegt zelf ook behoorlijk wat toe met Photoshop. Dramatische luchten, oorspronkelijke kleuren die de tijd had vervaagd, of gewoon 'interpretatie', zoals hij het noemt. Minister-president Charles Picqué heeft het in de inleiding van het fotoboek over Trellu's 'verliefde blik'. En ook de Brusselse burgemeester Freddy Thielemans kijkt vreemd op van zijn zo vertrouwde stad: "Is dit een maquette? Bevinden we ons in New York?" Je begint je inderdaad af te vragen of dat allemaal maar één stad is.
Foto's van Alain Trellu, van 3 tot en met 31 juli in de Sint-Gorikshallen (Sint-Goriksplein 23, 1000 Brussel), elke dag van 10 tot 18 uur, gratis.
Lees meer over: Expo
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.