Het boerenjaar van Raoul Servais

Niels Ruëll
© BRUZZ
12/12/2018

2018 is het jaar van Raoul Servais. De pionier van de Belgische animatiefilm werd negentig, opende een museumvleugel in Oostende en wordt gevierd met een documentaire, dvd en filmprogramma. “Ik heb de geheimen één voor één ontrafeld.”

James Ensor en Léon Spilliaert zijn niet de enigen met een eigen vleugel in Mu.ZEE. Het museum van Oostende heeft sinds de zomer ook een aparte ruimte voor Raoul Servais. Om van het negentigste levensjaar van de pionier van de animatiefilm en het animatiefilmonderwijs helemaal een boerenjaar te maken, zijn er nu ook de bioscooprelease van de piekfijne documentaire Servais, de uitgave van een dvd met zijn kortfilms en een filmprogramma in Flagey dat de link legt tussen zijn baanbrekende animatiefilms en grote Belgische schilders zoals Paul Delvaux, Ensor, Spilliaert en Constant Permeke. Dat smeekt om een interview en dus trok Servais zijn leren jekker aan en sjeesde met de motor door de polders naar Oostende om er de trein naar Brussel te nemen. De grap is dat zijn dynamisme niet eens verrast. Als de documentaire één ding duidelijk maakt, dan is het wel dat de internationaal gelauwerde animatiefilmer weigert op zijn lauweren te rusten en nog elke dag verder werkt.

1642 SERVAIS

| Animatiefilm-pionier Raoul Servais: “Ik ben een dynamische mens die graag nadenkt en schept"



Wat stond er op de eerste tekening die u zich kan herinneren?
RAOUL SERVAIS: Dat was een krabbeling met kleurpotloden. Ik was een jaar of twee toen ik van mijn ouders een doos kleurpotloden kreeg. Ik kon nog niet tekenen, maar ik herinner me de sensatie die gepaard ging met het kleuren van een blad papier.

Wanneer slaagde u er voor het eerst in om tekeningen te laten bewegen?
SERVAIS: Een heel interessante vraag. Ik had op een 9,5mm-film van mijn vader gezien dat je veel tekeningen nodig had om beweging te bekomen. Ik legde een reeks tekeningen naast elkaar op de grond en met een geleende camera wandelde ik langs die tekeningen. Ik dacht dat je zo een tekenfilm maakte. Groot was de teleurstelling toen de film terugkwam van het labo en niets meer bleek te zijn dan een dwaze panoramische camerabeweging.
Dan heb ik – eureka! – ingezien dat je beeld per beeld moet filmen. Mijn eerste proeven waren uiteraard heel slecht. Ik heb geen scholing gehad, ik heb ontdekt hoe je iets animeert, ik heb de geheimen één voor één ontrafeld.

Vandaag vragen kinderen hun ouders niet langer hoe je een fiets tekent. Ze googelen hun vraag en een seconde later doet een tekenaar in een filmpje voor hoe je een fiets tekent.
SERVAIS: Die evolutie is ongelofelijk. In mijn tijd bestond er geen school waar je kon leren hoe je een animatiefilm maakt. De studio’s hielden hun technieken angstvallig geheim uit schrik voor de concurrentie. Ik heb in Antwerpen en Parijs nog geprobeerd om een tekenfilmstudio te bezichtigen, maar werd wandelen gestuurd. Ik liet me daar niet door ontmoedigen. Het was opwindend om alles zelf te moeten ontdekken.
Later bedacht ik wel: ‘Verdorie, jonge mensen willen tekenfilms maken, maar weten niet hoe dat moet.’ Ik heb het KASK in Gent toen gevraagd om een animatie-afdeling (een van de eerste in Europa, nr) op te richten.



Het valt op dat u geen twee dezelfde films hebt gemaakt.
SERVAIS: Commercieel is het wellicht interessanter om meerdere films in dezelfde stijl af te werken. Maar voor mij primeert hetgeen ik wens mee te delen. Daarna pas zoek ik een grafische stijl die daarbij past. Filmcritici schrijven soms dat er niet één Servais is, maar dat er meerdere Servais zijn. De stijl en de inhoud zijn inderdaad telkens totaal anders. Ik heb er ook altijd van gehouden om nieuwe zaken uit te proberen.

Met Harpya won u veertig jaar geleden de Gouden Palm. Ik heb het meer voor het inventieve Chromophobia. Voor welke Servais hebt u een zwak?
SERVAIS: Moeilijk te zeggen. Ik heb de neiging om in al mijn films de tekortkomingen te zien. De film met de minste tekortkomingen moet de kortste (lacht) zijn: Goldframe.

Op uw tachtigste kreeg u van de universiteit van Gent een eredoctoraat voor uw oeuvre, uw bijdrage tot het filmonderwijs én uw maatschappelijk engagement. Waar komt dat engagement vandaan?
SERVAIS: Dat is geboren tijdens de Tweede Wereldoorlog. Mijn familie heeft het zwaar te verduren gekregen. We zijn meerdere keren ontsnapt aan de dood. Ons huis in Oostende is door de nazi’s in brand gestoken. We waren alles kwijt. Mijn vader zat gevangen in Duitsland. Moeder was werkloos. Wij wisten niet waar we ’s nacht moesten slapen en leden bijna honger. Toen ik veertien was, hield de Gestapo mij aan voor een verzetsdaad die ik niet had gepleegd. Ik ben op het nippertje gered.
Ik ben een vurige antifascist, maar ik ben niet anti-Duits. Ik heb véél respect voor de Duitse cultuur. Als jongeman nam ik deel aan elke antifascistische mars en elke betoging tegen de atoombom. Nu ik ouder geworden ben, is dat uiteraard verminderd. Maar ik schrijf kranten en tijdschriften nog altijd aan als ik ergens niet mee akkoord ga.

Vroeger was ik een grote melomaan, maar nu inspireert stilte me. Is dat aftakeling?

Raoul Servais

U woont helemaal alleen in een afgelegen huis in de polders, maar in de documentaire valt geen glimp van eenzaamheid te bespeuren.
SERVAIS: Ik woon sedert lang alleen in de volledige stilte van een afgelegen huisje, verloren in de weiden, weg van buren, op drie kilometer van een dorp. Veel mensen denken dat ik eenzaam ben, maar dat is niet zo. De stilte inspireert me. Vroeger was ik een grote melomaan. Ik heb een grote collectie met klassiekers: het volledige oeuvre van Mozart, veel Beethoven, Haydn, Bach natuurlijk. Ik heb daar héél vaak naar geluisterd, maar sedert een paar jaar ben ik daar mee gestopt. Het is zeer eigenaardig, maar muziek interesseert me niet meer. Is dat de ouderdom? Aftakeling? (Lacht).

Excuseer? De documentaire toont dat de kunstenaar Servais nooit met pensioen is gegaan. U schrijft boeken, u bereidde de opening van die museumvleugel voor. U hebt plannen voor een nieuwe film. Wat is er eigenlijk mis met een goed boek en een rustige oude dag?
SERVAIS: Ik probeer tijd te vinden om te lezen, al was het maar de krant. (Lacht) Ik moet altijd bezig zijn. Dat is eigen aan mijn karakter en persoonlijkheid. Ik heb dat van mijn moeder geërfd. Ik ben een dynamische mens die graag nadenkt en schept. Ik heb twee romans geschreven en volgend jaar hoop ik een nieuwe film te maken.

Raoul Servais
> Release Servais. 19/12 (avt-pr.: 12/12, 19.45, Flagey, in aanwezigheid van Raoul Servais en regisseur Rudy Pinceel)
> De dvd met documentaire en kortfilms is een uitgave van Cinematek: www.cinematek.be
> Filmluik Flagey: 19/12 > 22/2, Flagey, www.flagey.be

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Film

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni