Interview

Tekort aan tweetalig personeel? 'Maak twintigste OCMW voor Nederlandstaligen'

Steven Van Garsse
© BRUZZ
24/02/2022

| Fahim De Leener is OCMW-raadslid: “Al jaren is de Nederlandstalige dienstverlening bij de OCMW’s een probleem door een tekort aan tweetalig personeel."

De dienstverlening voor Nederlandstaligen in de Brusselse OCMW's is ondermaats. Dat stelt OCMW-raadslid Fahim De Leener (One.brussels/Vooruit) uit Anderlecht vast. Hij wil daarom voor hen een twintigste OCMW. “We onderschatten hoeveel Nederlandstaligen bij het OCMW langsgaan.”

Fahim De Leener ziet als actief OCWM-raadslid in Anderlecht zelf hoe er nieuwe doelgroepen bij het OCMW komen aankloppen. “Er zijn heel wat nieuwkomers die voor een Nederlandstalig inburgeringstraject hebben gekozen. Ze komen dan voor informatie of steun bij het OCMW, spreken niet per se Frans en moeten dan vaststellen dat het moeilijk is om er in het Nederlands geholpen te worden.”

“Een andere nieuwe doelgroep zien we opduiken door de coronacrisis. Nederlandstalige kunstenaars die plots zonder baan zijn gevallen, of horecapersoneel. Soms konden die terugvallen op tijdelijke werkloosheid. Omdat de vakbonden dat niet konden bolwerken, moest het OCMW voorschotten betalen. Ook voor hen was het behelpen in het Nederlands.”

U stelt voor om hen te helpen door de oprichting van een twintigste OCMW? Naast de negentien bestaande?
Fahim De Leener: Zie het als een pragmatisch voorstel om het debat aan te zwengelen. Want wat stellen we vast? Al jaren is de Nederlandstalige dienstverlening bij de Brusselse OCMW's een probleem door een tekort aan tweetalig personeel. Bij Actiris heeft men dat opgelost door in aparte Nederlandstalige en Franstalige begeleiding te voorzien. Voor een OCMW is dat onmogelijk.

"Natuurlijk ben ik voorstander van één groot, perfect tweetalig OCMW in Brussel. Maar ik zie dat nog niet zo snel gebeuren"

Fahim De Leener (One.brussels/Vooruit), OCMW-raadslid uit Anderlecht

Fahim De Leener (One.brussels-Vooruit), OCMW-raadslid in Anderlecht

Dat heeft ook te maken met de krapte op de arbeidsmarkt. Nederlandstalige maatschappelijk werkers zullen al snel voor een Vlaams OCMW in de Rand kiezen, waar de verloning beter is. Bovendien is er in Brussel de hele grootstedelijke problematiek en dat maakt de job hier toch minder aantrekkelijk.

Omdat zo'n dubbel loket in de OCMW's niet haalbaar is, is het volgens mij een goed idee om dat overstijgend te doen met een twintigste OCMW voor de Nederlandstaligen in Brussel, zelfs al weet ik dat dat wettelijk niet makkelijk te realiseren valt. De financiering kan dan gebeuren volgens de 20/80-­verhouding die klassiek wordt gehanteerd. Tachtig procent voor de Franstalige OCMW's en twintig procent voor het Nederlandstalige OCMW.
Een bijkomend voordeel is dat de band met Vlaanderen versterkt kan worden.

U bent lid van One.brussels/Vooruit. U wil een twintigste OCMW, terwijl uw partij juist ijvert voor minder OCMW's in Brussel. Is dat geen tegenspraak?
De Leener: Natuurlijk ben ik voorstander van één groot, perfect tweetalig OCMW in Brussel. Maar ik zie dat nog niet zo snel gebeuren. Dat proberen we al dertig jaar. Er is de vicegouverneur, de Vaste Commissie voor Taaltoezicht, maar die hebben ons nog geen stap vooruitgeholpen om de taaldiscriminatie uit de wereld te helpen.
Vandaar mijn pragmatische voorstel. En dat is wel degelijk een stap naar vereenvoudiging, want voor de Nederlandstaligen zal er zo maar één OCMW zijn. Het is dan een schaalvergroting, zoals we die ook willen voor de politiezones en zoals we die al zien bij de Nederlandstalige bibliotheken in Brussel.

U zou ook kunnen zeggen: maak de OCMW's tweetalig, want wettelijk zijn ze daartoe verplicht.
De Leener: Ik had zopas een webinar van Vlaams minister van Brussel Benjamin Dalle (CD&V) over de taalwet voor de Nederlandstalige mandatarissen in Brussel, maar voor iemand als ik, die opgegroeid is in Brussel, was er niets nieuws onder de zon. Buiten de taalwetwijzer, of taallessen voor Brusselse ambtenaren heeft de Vlaamse minister nauwelijks instrumenten om iets aan de taaldiscriminatie te doen in Brussel. Er is geen enkele stok achter de deur.

Bij elke eentalige aanwerving bij het OCMW van Anderlecht krijgen we weliswaar een waarschuwing van de vicegouverneur dat er een attest moet zijn van de kennis van de andere landstaal, maar daar blijft het bij. De persoon komt toch in dienst. Want als we de aanwerving schorsen, dan vinden we helemaal geen personeel meer. Zo houden we de situatie natuurlijk in stand.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Anderlecht , Brussel , Gezondheid , Fahim De Leener , OCMW , Nederlandstalige sociale hulp

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni