Antiterreurpolitie voorkwam in 2017 drie aanslagen in Brussel

Sinds januari 2017 heeft de federale gerechtelijke politie (FGP) in Brussel drie mogelijke aanslagen kunnen voorkomen. Er passeerden ook steeds minder gevoelige dossiers, maar de FGP waarschuwt: "Dat betekent niet dat de terreurdreiging volledig achter ons ligt".

Dat zegt het hoofd van de dienst, Eric Jacobs, woensdag in La Dernière Heure en La Libre Belgique.

Er zijn vorig jaar drie mogelijke aanslagen vermeden, maar Jacobs nuanceert. "Omdat de tegenstander minder goed georganiseerd is, is het erg moeilijk om over een verijdelde aanslag te spreken. Ik zou eerder zeggen dat we sinds het begin van 2017 drie gevoelige dossiers kenden."

Minder terreurdossiers

Hij voegt eraan toe dat zijn diensten 1.060 informatierapporten behandelden van de politie over terrorisme. "Dat is minder maar we moeten altijd alert blijven omdat het aantal radicalen niet is verminderd."

"Vorig jaar werd 45 procent van het personeel van de FGP nog ingezet (voor antiterrorisme, red.). Nu zitten we aan iets minder dan 30 procent. (...) We kunnen stilaan het hoofd boven water te houden", klinkt het bijna twee jaar na de aanslagen van Brussel.

'Waakzaam blijven'

Toch blijft Jacobs waakzaam. "De komende jaren zijn er meerdere elementen waar we rekening mee moeten houden. We moeten IS goed in het oog houden. De vijand kan zich herorganiseren in verdeelde landen, zoals Syrië. We weten dat ze gestructureerde aanvallen organiseerden vanuit oorlogszones."

Hij wijst ook op de inburgeringsproblematiek in een geglobaliseerde wereld. "Daar is al veel tijd aan besteed. Radicalisering is iets dat we in onze samenleving altijd in het oog zullen moeten houden", besluit Jacobs.