Op het assisenproces over de aanslagen van 22 maart 2016 laten de speurders en de onderzoeksrechters vandaag hun licht schijnen op de rol van beschuldigde Hervé Bayingana Muhirwa. Hij wordt ervan verdacht zowel Osama Krayem als Mohamed Abrini geholpen te hebben onder te duiken. Ook de rol van Sofien Ayari komt nog aan bod. Intussen werd ook duidelijk dat de slachtoffers pas vanaf 6 maart aan het woord zullen komen.
Slachtoffers komen pas vanaf 6 maart aan de beurt
19.44 uur: Laatste dag profielschetsen, eventueel vragen aan hulpverleners
Woensdag staat de allerlaatste dag van de voorstelling van het onderzoek door de speurders en onderzoeksrechters op het menu. Dan worden de profielschetsen van Sofien Ayari en Salah Abdeslam, beiden gearresteerd op 18 maart 2016, en Oussama Atar voorgesteld. Indien er dan nog tijd overblijft, zullen de eerste hulpverleners die in Zaventem en Maalbeek ter plaatse kwamen, de eerste vragen krijgen voorgeschoteld.
Ayari was samen met Abdeslam het safehouse in de Driesstraat in Vorst ontvlucht, tijdens de schietpartij op 15 maart. Drie dagen later werden beide mannen opgepakt. Op het moment van de aanslagen in Brussel en Zaventem zaten ze dus allebei in de cel. Voor hun bijdrage aan de aanslagen van Parijs werden beide mannen reeds veroordeeld.
Atar wordt ervan verdacht vanuit Syrië de aanslagen in Brussel te hebben aangestuurd, net als die van Parijs waarvoor hij werd veroordeeld tot een levenslange gevangenisstraf zonder de mogelijkheid om vervroegd vrij te komen. De neef van de broers El Bakraoui zou om het leven zijn gekomen bij een luchtaanval in Syrië, maar zijn lichaam werd nooit aangetroffen. Daarom staat hij op het assisenproces over de aanslagen in Brussel bij verstek terecht.
Indien de timing gerespecteerd wordt, is er dan in de (late) namiddag ruimte voor de vragen aan de eerste hulpverleners die ter plaatse kwamen net na de aanslagen in Zaventem en Maalbeek. Daarmee zou dan een volgend luik van het proces worden aangeboord.
19.25 uur: 'Rugzak weggegooid want ik doe niet aan kamperen'
Tijdens een reconstructie op 17 juni 2016 heeft beschuldigde Ibrahim Farisi verklaard dat hij de rugzak waar medebeschuldigde Osama Krayem de explosieven uit weggehaald had, weggegooid heeft omdat hij er niets mee kon doen. Zijn broer Smail zou hem aangeboden hebben om de zak mee te nemen. "Maar ik ben taxichauffeur, ik doe niet aan kamperen", zei Farisi.
Op het assisenproces over de aanslagen van 22 maart 2016 bespraken de onderzoekers dinsdagavond de profielschets van beschuldigde Ibrahim Farisi. De jongste van de broers-Farisi haalde samen met zijn oudere broer de studio leeg in de Kazernenlaan in Etterbeek. De studio werd door Smail Farisi onderverhuurd aan kamikaze Ibrahim El Bakraoui.
Smail Farisi zegt dat hij zich pas de avond van 22 maart 2016 goed en wel realiseerde dat Ibrahim El Bakraoui en zijn kompanen die in de studio verbleven achter de aanslagen zaten. Tijdens de reconstructie legde zijn broer Ibrahim uit dat hijzelf pas op 9 april te weten kwam aan wie hij de studio zou verhuurd hebben. Zijn broer zou hem niets verteld hebben toen die hem vroeg om de studio leeg te halen.
"Ik zag wel dat hij panikeerde", antwoordde Ibrahim Farisi tijdens de reconstructie op een vraag van de onderzoeksrechter daarover. "Maar ik wist niets van terrorisme. We hebben allemaal weleens paniek en angst. Het gebeurde wel vaker dat mijn broer thuis paniekaanvallen had."
Volgens hem had zijn broer hem bij het leeghalen van de studio aangeboden om de rugzak te houden. "Maar ik ben taxichauffeur, ik doe niet aan kamperen. Ik kon er niks mee doen", zei Farisi tijdens de reconstructie. De rugzak kon nooit teruggevonden worden. Niet alleen liepen aanvankelijk de versies uiteen van Ibrahim Farisi en de taxichauffeurs die hem hielpen over waar de zak precies achtergelaten werd.
Op het moment dat duidelijk werd dat de zak achtergelaten werd bij een container van hulporganisatie Islamic Relief, midden maart, was die container al drie keer leeggehaald. Verder speurwerk leverde evenmin iets op. Tijdens de profielschets werd lang stilgestaan bij het feit dat Ibrahim Farisi aan zijn linkerhand een latex handschoen had aangedaan bij het leeghalen van het appartement. Dat kan erop wijzen dat Ibrahim Farisi wel degelijk wist dat hij mogelijk met (resten van) gevaarlijke producten te doen had.
Maar op de bewakingsbeelden is te zien dat hij zowel zijn linker- als rechterhand gebruikt om te verhuizen. Zelf verklaarde hij dat hij een wonde had aan zijn hand en dat er onder de handschoen een papieren zakdoek stak. Terwijl de profielschets van Ibrahim Farisi werd voorgelezen gaf die herhaaldelijk luidop commentaar. Zo riep hij naar de voorzitster, die hem aanmaande om rustig te blijven, dat hij de handschoen aan zijn linkerhand aan had, "want ik gebruik mijn vork ook met mijn linkerhand".
17.35 Jury bestookt onderzoekers met vragen bij profielschets Bayingana Muhirwa
Ook bij de profielschets van beschuldigde Hervé Bayingana Muhirwa valt dinsdag op dat de jury van het assisenproces over de aanslagen van 22 maart 2016 de onderzoekers zeer actief bestookt met vragen. "Ze zijn aandachtig hé, onze juryleden", zei voorzitster. Laurence Massart op een gegeven moment.
Dinsdagnamiddag, aan het einde van de profielschets van beschuldigde Hervé Bayingana Muhirwa, hadden verschillende juryleden vragen voor de onderzoekers. Een van de eersten die een vraag stelde was jurylid nummer zeven, een man met Nederlandstalig accent, die een slide wou herbekijken waarop de verklaringen stonden van een vriend van beschuldigde Bilal El Makhoukhi over een pizza-avond die hij samen met El Makhoukhi en Hervé Bayingana Muhirwa bijgewoond zou hebben, de avond voor de aanslagen.
Daarna wou jurylid nummer tien van de islamoloog weten in welke mate er in Belgische moslimgezinnen gesproken wordt over extremistische groeperingen en informatie gezocht wordt over extremistische propaganda. Jurylid vier wou weten of Bayingana Muhirwa daadwerkelijk de Tor-app had gedownload in de Google Play Store, en die gebruikt had, of dat hij er enkel informatie over had gezocht.
Toen de vijftiende plaatsvervanger wou weten of Bayingana Muhirwa ooit verklaard had dat hij bang was voor Osama Krayem of Mohamed Abrini, die hij onderdak verschafte, onderbrak voorzitster Laurence Massart hem. De man leek zijn vraag te gaan motiveren, maar de voorzitster is er als de dood voor dat een jurylid in een commentaar zijn opinie laat doorschemeren, wat een reden kan zijn voor wraking.
Onderzoeksrechter Olivier Leroux antwoordde overigens dat dat niet het geval was. "Hij zei eerst dat hij gechoqueerd was, verrast zelfs toen hij de twee zag. Maar dat hij bang was heeft hij nooit gezegd." In totaal werden er zo dinsdagmiddag een tiental vragen gesteld. Ook 's ochtends wou een jurylid al weten of de metadata uitgelezen waren van een geheugenkaart die in een gsm van Bayingana Muhirwa zat. "Ze zijn aandachtig hé, onze juryleden", zei voorzitster Massart toen aan de onderzoekers.
Ook de voorbije dagen lieten de juryleden zich al opmerken door hun bedrijvigheid. Met 31 zijn ze nog: twaalf effectieve en negentien plaatsvervangende juryleden. De eerste dagen van het proces waren al snel vijf juryleden afgevallen, maar intussen ontbreekt er al wekenlang geen enkel jurylid meer 's morgens.
16.07 uur: Bayingana Muhirwa ontkent 'Amine' te zijn, Abrini en Krayem verwijzen naar "zwarte meneer"
Hoewel beschuldigde Hervé Bayingana Muhirwa ten stelligste ontkent 'Amine' te zijn, verwezen medebeschuldigden Osama Krayem en Mohamed Abrini in hun verhoren voortdurend naar Bayingana Muhirwa wanneer hen werd gevraagd naar deze 'Amine'. Zowel Krayem en Abrini beschreven Amine als "de zwarte meneer", waardoor de onderzoekers menen dat het dus wel degelijk om Bayingana Muhirwa gaat. Dat is dinsdagnamiddag gebleken tijdens de profielschets van Bayingana Muhirwa op het assisenproces over de aanslagen van 22 maart 2016.
De onderzoekers schuiven bovendien nog een ander bewijselement naar voren: een papiertje met twee gsm-nummers en de namen 'Amine' en 'Imrane'. De onderzoekers linken het nummer van Imrane aan Bilal El Makhoukhi, iets wat El Makhoukhi later zelf ook toegaf. Imrane en Amine komen in het onderzoek herhaaldelijk als een duo naar voren, wat ook het geval is voor El Makhouhi en Bayingana Muhirwa.
Verder werden ook de zoektermen 'Amine' en 'Al Amine' op de laptop van Bayingana Muhirwa gevonden, die eerst verklaarde dit niet te hebben opgezocht. Later kwam hij hierop terug en zei dat hij wou weten wat 'Amine' betekent omdat het vaak op het einde van islamitische gebeden voorkomt. Islamexpert Mohamed Fahmi bevestigde dit maar zei dat de uitspraak van de term dan wel wat verschilt als die van de voornaam.
Bayingana Muhirwa verzette zich tegen de associatie met 'Amine' en vroeg een confrontatie met Abrini en Krayem, die hij rond de periode van de aanslagen in 2016 heeft geholpen om onder te duiken. Maar zover is het nooit gekomen, want Abrini en Krayem weigerden deel te nemen aan die confrontatie.
De toenmalige advocaat van Bayingana Muhirwa schoof ook de piste naar voren dat 'Amine' mogelijk naar medebeschuldigden Sofien Ayari of Salah Abdeslam zou kunnen verwijzen.
Volgens de onderzoekers is dat echter weinig waarschijnlijk. Ayari beschikte wel degelijk over een valse identiteitskaart op naam van Amine Choukri. Hij kan volgens de onderzoekers echter niet de Amine zijn waarvan sprake is, omdat hij al lid was van de terreurcel en had deelgenomen aan de aanslagen in Parijs en dus geen "nieuwe broer" kon zijn. Bovendien was hij op het moment van de audioboodschap al aangehouden, wat moeilijk te rijmen valt met iemand die op zoek zou zijn naar een route naar Syrië. Daarnaast haalden de onderzoekers ook aan dat zowel Krayem als Abrini verwezen naar een persoon met een zwarte huidskleur. Daardoor lijkt het weinig waarschijnlijk dat het om Abdeslam of Ayari zou gaan.
15.13 uur: Bayingana Muhirwa: 'Toevallige bekeerling' met opvallende jihadistische zoekgeschiedenis
Op het proces over de aanslagen van 22 maart 2016 is dinsdagmiddag gebleken dat beschuldigde Hervé Bayingana Muhirwa verhoogde interesse vertoonde voor propaganda van IS, het conflict in Syrië en de aanslagen in Europa. Onderzoekers vonden hierover heel wat informatie op de elektronische toestellen die werden aangetroffen in zijn appartement in Laken. Ze vermoeden dat Bayingana Muhirwa, onder de naam 'Amine', medebeschuldigden Mohamed Abrini en Osama Krayem hielp om onder te duiken.
Bayingana Muhirwa ontkent dat hij de 'Amine' is die vermeld wordt in twee audioboodschappen die gevonden werden op de pc uit de Max Roosstraat. Naar eigen zeggen heeft hij dus nooit 'Bay'a' (trouw, nvdr.) gezworen aan de terreurgroep, maar uit onderzoek blijkt in elk geval wel dat Bayingana Muhirwa vaak video's en afbeeldingen van IS opzocht.
Zo stootten de onderzoekers op verschillende propaganda- en executievideo's, afbeeldingen van IS, documenten over de gewapende jihad, enzovoort. Over de bestanden op de gsm zegt Bayingana Muhirwa dat ze niet van hem zijn, aangezien hij het toestel tweedehands had aangekocht. Maar de onderzoekers plaatsen hierbij vraagtekens, aangezien de documenten op de geheugenkaart stond die werd geïnstalleerd en niet op het toestel zelf.
Ook de nasheed (islamitisch gezang, nvdr.) 'Tends ta main' van het Al Hayat Media Center, het mediabureau van IS, dook meermaals op, zowel op zijn gsm, laptop als op een USB-stick. In het nummer wordt opgeroepen om trouw te zweren aan IS en het kalifaat. Ook het internetverkeer dat op zijn laptop werd aangetroffen toont zowel klassiek gebruik als opzoekingen naar het conflict in Syrië, IS-propaganda en de aanslagen in Europa.
Bayingana Muhirwa zei hierover dat hij zelf onderzoek deed om te weten waar IS voor stond en welke visie van de islam de terreurgroep uitdroeg. Ook deed hij opzoekwerk op het internet omdat verschillende van zijn vrienden naar Syrië waren vertrokken, maar zelf zegt de Rwandees nooit plannen te hebben gehad voor de 'hijra', of het reizen van een ongelovig naar een gelovig land.
Bij de start van de zitting kondigde voorzitter Laurence Massart aan dat ze de week na de krokusvakantie voorlopig vrijhoudt voor het geval dat de vragen aan de onderzoeksrechters en getuigen zouden uitlopen. Dat betekent dat de slachtoffers pas vanaf 6 maart aan het woord zullen komen.
Bayingana Muhirwa bekeerde zich in 2011 tot de islam. Naar eigen zeggen gebeurde dat "eerder toevallig". Zo zegt hij erg geïnteresseerd te zijn in andere culturen en botste hij op die manier ook op een documentaire over de islam. Als onderdeel van zijn bekering koos hij ook voor een nieuwe islamtische naam 'Abelkarim'.
Beschuldigde Mohamed Abrini was dinsdag afwezig door ziekte. Procureur Bernard Michel zei dat Abrini in bed lag met pijn.
11.35: Bayingana Muhirwa naar eigen zeggen 'toevallig' bekeerd tot islam
Bayingana Muhirwa is afkomstig uit een praktiserende katholieke familie. Tijdens zijn adolescentie ontwikkelde hij ook interesse voor andere religies. Hij begon zich te verdiepen in de islam nadat hij een koran had gekregen van een vriend.
Daarnaast bekeek hij ook de documentaire 'De bijbel, de koran en de wetenschap'. Volgens islamoloog Mohamed Fahmi is die documentaire een soort apologie van de islam, waarbij de religie verdedigd wordt.
Bayingana Muhirwa zal tijdens zijn verhoren zelf verklaren te zijn bekeerd in maart/april 2011. In de islam vond hij continuïteit en zijn religie hielp hem ook om het verlies van zijn jongere broer te verwerken.
Tijdens zijn tweede verhoor gaf Bayingana Muhriwa aan dat zijn bekering "heel toevallig" is verlopen. Hij is naar eigen zeggen erg geïnteresseerd in andere culturen en botste op die manier ook op een documentaire over de islam.
Wel ontkent Bayingana Muhirwa ooit trouw te hebben gezworen aan IS. De onderzoekers zetten daar echter vraagtekens bij. Zo werd op zijn pc een nasheed (islamitisch gezang) gevonden dat uitging van Alhayat Media Center, het mediabureau van IS.
Zijn bewering staat ook haaks op de audioboodschappen die de kamikazes van de aanslagen hebben nagelaten. Daarin is sprake van een zekere 'Amine' die trouw zou hebben gezworen aan IS. De onderzoekers vermoeden dat het over Bayingana Muhirwa gaat, die als bekeerling de islamitische naam Abdelkarim heeft aangenomen. Die houdt echter vol dat hij niet de Amine is waarvan sprake.
11.25 uur: Verklaringen Bayingana Muhirwa fluctueerden, maar over 'Amine' bleef hij stellig
Beschuldigde Hervé Bayingana Muhirwa heeft in de loop van het onderzoek wisselende verklaringen afgelegd, maar bleef wel bij zijn bewering dat hij niet 'Amine' is. Dat zei onderzoeksrechter Sophie Grégoire. 'Amine' is de 'broer' uit twee audioboodschappen die door medebeschuldigde Bilal El Makhoukhi de terreurcel binnengeloodst zou zijn.
Grégoire zei dat de Rwandees uit Laken dertien keer verhoord is door de politie na zijn arrestatie op 8 april 2016 en twee keer door de onderzoeksrechter. "Zijn verklaringen fluctueerden, toch op bepaalde punten, en soms waren ze tegenstrijdig. Wel bleef hij trouw aan het idee dat hij niet 'Amine' was."
"Hij veranderde zijn versie over het onderdak geven van Mohamed Abrini en Osama Krayem, de dag dat ze aankwamen of weer vertrokken, wie met wie kwam, en de trajecten die hij aflegde", zei Grégoire. Ook zijn kennis van andere leden van de groep, zijn toewijding tot IS en zijn betrokkenheid in de cel waren aan veranderingen onderhevig.
In zijn eerste politieverhoor op 8 april zei Bayingana Muhirwa dat Abrini en Krayem plots voor hem waren opgedoken bij een moskee in de buurt, een verklaring die hij achteraf bijstelde. In een tweede verhoor op 9 april herkende hij medebeschuldigde Salah Abdeslam en Najim Laachraoui, de leider van de cel, op foto, maar volgens hem enkel en alleen omdat hun foto's in de pers waren. Ook daarop kwam hij terug. In nog latere verhoren klonk het dan weer dat Laachraoui Abrini en Krayem bij hem had afgezet.
Als er IS-video's op zijn pc gevonden waren, dan was dat omdat hij hierop was uitgekomen vanwege zijn brede interesseveld, zei hij in zijn eerste verhoor bij de onderzoeksrechter.
10.20 uur: Slachtoffers komen pas vanaf 6 maart aan de beurt
Assisenvoorzitster Laurence Massart heeft aangekondigd dat ze de week na de krokusvakantie voorlopig vrijhoudt voor het geval dat de vragen aan de onderzoeksrechters en getuigen zouden uitlopen. Dat betekent dat de slachtoffers pas vanaf 6 maart aan het woord zullen komen. "Op die manier moeten we de getuigenissen van de slachtoffers niet nog eens uitstellen", klonk het. Die werden eerder al twee keer verplaatst.
Tot en met donderdagvoormiddag stellen de onderzoekers hun onderzoek nog voor. Vanaf donderdagnamiddag volgen dan de vragen. Eerst aan de eerste hulpverleners en vanaf vrijdag ook aan de onderzoeksrechters en onderzoekers.
10.10 uur: Abrini afwezig door ziekte
Beschuldigde Mohamed Abrini is dinsdag wegens ziekte niet aanwezig op de zitting van het assisenproces over de aanslagen van 22 maart 2016. Medebeschuldigde Sofien Ayari besliste, in tegenstelling tot gisteren, om de procesdag vandaag/dinsdag wel in de box mee te volgen.
Procureur Bernard Michel: "Abrini lag in bed met pijn. Daarop werd me gevraagd of hij met dwang moest worden meegenomen. Aangezien er geen dokter kon langsgaan voor het tijdstip van de overbrenging heb ik gezegd dat hij in de cel mocht blijven."
Zoals de gewoonte de laatste weken gaven Salah Abdeslam en Osama Krayem daarna aan de zittingszaal te willen verlaten. Beschuldigde Sofien Ayari bleef in tegenstelling tot gisteren wel aanwezig, ook al ziet het ernaar uit dat zijn profielschets pas morgen besproken zal worden.
6.00 uur: Procesdag in het teken van Hervé Bayingana Muhirwa, Ibrahim Farisi en Sofien Ayari
Zowel na de schietpartij in de Driesstraat in Vorst, op 15 maart 2016, als na de aanslagen van 22 maart 2016, zijn Krayem en Abrini ondergedoken bij Bayingana Muhirwa. Die laatste houdt vol hij niet op voorhand wist wat er beraamd werd.
In een audioboodschap spreekt Najim Laachraoui, kamikaze van de aanslag op Brussels Airport, echter over een nieuwe broeder, 'Amine' genaamd, die trouw zou gezworen hebben aan de Islamitische Staat en de terreurcel zou willen helpen.
Krayem en Abrini zeggen Bayingana Muhirwa te kennen als 'Amine', maar zelf betwist hij 'Amine' te zijn of trouw te hebben gezworen aan IS.
Safehouse in Etterbeek
Ibrahim Farisi heeft zijn broer Smail op 23 en 25 maart 2016 geholpen het safehouse in de Kazernenlaan in Etterbeek leeg te halen. Vanaf dat adres waren Khalid El Bakraoui en Osama Krayem, met een bom in hun rugzak, vertrokken naar het metrostation.
Krayem maakte rechtsomkeer en leegde de springstof van zijn bom in de toiletpot en de douche.
Op bewakingsbeelden was te zien dat Ibrahim Farisi gedurende een tiental minuten één latex handschoen droeg toen hij een rugzak die leek op die van Krayem, uit de studio in Etterbeek haalde. Die rugzak is nog steeds spoorloos.
Reconstructie
Bij de voorstelling van de profielschets van de jongste Farisi hoort ook een reconstructie van de feiten. Ayari was samen met Abdeslam het safehouse in de Driesstraat in Vorst ontvlucht, tijdens de schietpartij op 15 maart. Drie dagen later werden beide mannen opgepakt.
Op het moment van de aanslagen in Brussel en Zaventem zat hij dus in de cel. Voor de schietpartij is hij veroordeeld tot een gevangenisstraf van 20 jaar.
Voor zijn betrokkenheid bij de aanslagen op 13 november 2015 in Parijs werd hij veroordeeld tot een gevangenisstraf van 30 jaar, waarvan hij minstens twee derde volledig moet uitzitten.
Wordt de huidige planning aangehouden, dan bespreken de onderzoeksrechters en speurders woensdag de beschuldigden Abdeslam en Oussama Atar. Vervolgens wordt meer dan een week uitgetrokken voor de vragen aan de getuigen.
Aanslagen Brussel 2016
Lees meer over: Brussel , Justitie , Aanslagen Brussel 2016 , aanslag 22 maart 2016 , Hervé Bayingana Muhirwa , osama krayem , Mohamed Abrini , Sofien Ayari , Driesstraat