Meer dan 20 beklaagden staan terecht voor schijnhuwelijken

In de Brugse correctionele rechtbank moeten 22 beklaagden zich verantwoorden voor schijnhuwelijken, mensensmokkel en gebruik van valse stukken, na meerdere huiszoekingen in Ieper en Anderlecht. De criminele organisatie zou schijnhuwelijken opgezet hebben tussen Pakistaanse mannen en Portugese vrouwen.

De bal ging aan het rollen toen enkele Pakistaans-Portugese koppels zich in 2015 in Ieper vestigden. Het onderzoek wees uit dat de huwelijken inderdaad niet koosjer waren. Op basis van valse Portugese documenten werden in België tientallen huwelijken geregistreerd. Op die manier kregen de Pakistaanse mannen verblijfsrecht in België. Na een tijdje keerden de Portugese vrouwen gewoon terug naar hun thuisland.

Op 15 januari 2019 werden in Ieper en in het Brusselse in totaal achttien huiszoekingen uitgevoerd. Daarbij werd vooral gefocust op enkele panden in Anderlecht. De Pakistaanse mannen werden immers ingezet als werkkrachten door firma's uit Anderlecht. Ze moesten kledij verkopen op allerlei markten. De feiten zouden al sinds oktober 2012 aan de gang zijn.

Uiteindelijk moeten 22 beklaagden zich voor hun aandeel in minstens 23 schijnhuwelijken voor de Brugse correctionele rechtbank verantwoorden. Zawar W. (51) wordt gezien als de spilfiguur van de bende. De beklaagde zou na een huwelijk in Portugal een tijdje in België gewoond hebben, maar keerde voor de feiten al terug naar Pakistan. In zijn provincie zou hij opvallend genoeg minister van het Gevangeniswezen geweest zijn. Het OM zal de verbeurdverklaring vorderen van bijna een miljoen euro en van drie panden in Anderlecht.

Vanuit Anderlecht zouden drie neven van W. aan de touwtjes trekken. Qamar (47), Shahid (45) en Khizar A. (42) staan daarom eveneens als leiders van de criminele organisatie terecht. In Portugal zou Waseem A. (53) op zijn beurt een cruciale rol gespeeld hebben. Naast twintig mannen van Pakistaanse origine moeten ook een Portugese vrouw en een Guineese boekhouder van de bende zich voor de rechter verantwoorden.

De zaak werd woensdagochtend om praktische redenen uitgesteld. De pleidooien zullen op 13 en mogelijk ook 14 maart gehouden worden