Rechtbank weigert in te gaan op verzoek tot psychiatrisch onderzoek van taxiverkrachter

De Brusselse serieverkrachter die vorig jaar 12 jaar cel kreeg voor de verkrachting en aanranding van minstens acht jonge vrouwen krijgt geen nieuw psychiatrisch onderzoek, dat heeft de rechtbank vandaag beslist. De man staat momenteel alweer terecht voor de verkrachting van een studente. De beklaagde ontkent de feiten, maar zijn DNA werd teruggevonden op het slachtoffer. Zijn advocaat had de rechtbank gevraagd om een tegenexpertise te laten uitvoeren op het DNA-staal, maar ook dat verzoek werd vandaag afgewezen.

Eind juni 2020 werd de zogenaamde ‘taxiverkrachter’ veroordeeld tot 12 jaar cel. De man bleek tussen 2016 en 2019 minstens acht jonge vrouwen, vaak universiteitsstudentes, te hebben aangerand en/of verkracht. De man pikte zijn slachtoffers vaak op nabij de campussen van de ULB en VUB of aan het Flageyplein in Elsene, door zich voor te doen als taxichauffeur.

Hij maakte misbruik van het feit dat de jonge vrouwen onder invloed waren van alcohol en wekte hun vertrouwen door een uniform van de MIVB te dragen, zijn werkgever op het moment van de feiten. Eenmaal in zijn auto, werden de vrouwen seksueel misbruikt. Een van zijn slachtoffers nam hij zelf mee naar zijn woning, waar ze werd verkracht. Toen de jonge vrouw op Facebook vertelde wat haar was overkomen, kwam de zaak aan het licht.

Opgepikt aan feestzaal La Jefke

Nu moet de serieverkrachter zich opnieuw voor de rechtbank verantwoorden voor de verkrachting op een andere studente. “Het gaat om feiten in 2017”, zegt Caroline Poiré, advocaat van het slachtoffer.

“Ze werd, net zoals verschillende slachtoffers in het vorige dossier, opgepikt aan feestzaal La Jefke en seksueel misbruikt. Het klopt dat dit zich heeft afgespeeld in dezelfde periode als de feiten waarvoor de man reeds is veroordeeld en dat de kans bestaat dat zijn advocaat zal pleiten voor een opslorping. Maar als burgerlijke partij hebben we toch geen inspraak op een eventuele strafmaat. Voor mijn cliënte is het belangrijk dat ze erkend wordt als slachtoffer.”

Op de eerste zitting vorige maand vroeg de verdediging om een nieuw psychiatrisch onderzoek van de beklaagde en een tegenexpertise op het DNA-spoor dat de verdachte linkt aan het slachtoffer. De rechtbank besliste vandaag om niet in te gaan op beide verzoeken. De zaak werd uitgesteld naar 28 oktober. Dan zal er gepleit worden over de grond van de zaak.