Voorzitter Brussels hof van beroep kan mandaat mogelijk toch verlengen

Laurence Massart, voorzitter van het hof van beroep van Brussel, kan haar mandaat mogelijk toch verlengen, melden L'Echo en La Libre Belgique donderdag. Vorige week won ze een kort geding dat ze had aangespannen tegen de Belgische staat.

Het vijfjarige mandaat van Massart loopt eind dit jaar af. Normaal kan het een keer verlengd worden, maar minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open VLD) had dat geweigerd, op grond van het beginsel rond taalkundige afwisseling. Volgens hem moest Massart worden opgevolgd door een Nederlandstalige voorzitter.

Massart, die ook het proces over de aanslagen van 22 maart 2016 voorzat, vocht de beslissing aan en stelde twee beroepen in tegen de Belgische staat: één bij de Raad van State en het andere bij de Brusselse rechtbank van eerste aanleg, waar begin september een zitting plaatsvond.

In het samenvattende vonnis "gelast" de rechtbank van eerste aanleg "de minister van Justitie" om de aanvraag van Laurence Massart voor de verlenging van haar mandaat door te sturen naar de Hoge Raad voor de Justitie. Het "verbiedt" de staat ook om door te gaan met het onderzoek naar kandidaturen voor deze functie totdat de Raad van State, waaraan Massart de zaak heeft voorgelegd, zijn advies heeft gegeven.

De rechtbank oordeelde dat, in naam van het beginsel van de scheiding der machten, "de minister van Justitie niet bevoegd was" om het verzoek van Massart te weigeren. Bovendien was de beslissing om haar verlenging te weigeren op basis van taalafwisseling in strijd met het Gerechtelijk Wetboek en de wet op het gebruik van talen.

Het kabinet van minister van Quickenborne meldt dat het bezig is met het analyseren van "de gevolgen van deze tussentijdse beslissing".