In 2020 werd bijna 474.000 ton afval verbrand in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, een daling van 4 procent in vergelijking met 2019. De belasting op die afvalverbranding bracht het Gewest meer dan 3 miljoen euro op.
Belasting op afvalverbranding bracht Gewest 3 miljoen euro op
Afval dat in Brussel verzameld wordt om te verbranden, gaat of naar een gewestelijke verbrandingsinstallatie, of naar een buiten het grondgebied. “In 2019 werd 493.704 ton afval verbrand in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. In 2020 werd 473.799 ton afval verbrand in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, wat neerkomt op een daling van 4 procent ten opzichte van 2019”, zegt minister van Leefmilieu Alain Maron (PS) als antwoord op de vraag van parlementslid Aurélie Czekalski (MR) over afvalverbranding in het Gewest.
In totaal ging er wel meer Brussels afval naar de verbrandingsoven: 584.947 ton in 2020 in vergelijking met 571.907 ton in 2019, een stijging van 2 procent. Er ging 42 procent meer naar verbrandingsinstallaties buiten het grondgebied (78.203 ton in 2019 in vergelijking met 111.148 ton in 2020).
Het grootste deel van het afval dat verbrand wordt, is gemengd stedelijk afval (75 procent). Verder komt 20 procent uit sorteerresiduen en 5 procent uit afval van verschillende bronnen zoals straatvuil, medisch afval, plastic, afval van rioolreiniging of marktafval.
3 miljoen euro opbrengst
De afvalverbranding bracht het Gewest vorig jaar 3,284 miljoen euro op, waarvan 3,243 miljoen euro van inzamelaars van afvalstoffen kwam en 40.912 euro van afvalproducenten. Het jaar voordien was dat 3,236 miljoen euro, waarvan 3,235 miljoen euro van inzamelaars kwam en 1.073 euro van producenten. Dat is in vergelijking zo’n 48.400 euro meer.
Vanaf het belastingjaar 2022 zal de belasting verhoogd worden van 6,53 euro per ton naar 22 euro per ton verbrand afval.
Op de vraag van Czekalski of de regering de belasting op afvalverbranding wil verlagen als afvalstoffen over water worden vervoerd, antwoordde Maron dat de regering hierover “geen standpunt heeft ingenomen” en dat “het belangrijkste doel van het afvalbeheerbeleid de vermindering van afval” blijft.