Een mogelijke busbaan in het Elisabethpark deed vorige week heel wat stof opwaaien, maar ondertussen laten we toe dat het Ter Kamerenbos nog altijd een autocircuit is.
'Neem een voorbeeld aan New York en ban de auto uit het bos'
Het idee om een bestaande busbaan in de marge van het Elisabethpark te verlengen werd heel snel weer opgeborgen. Dat een stukje groen baan zou moeten ruimen voor gemotoriseerd verkeer lijkt anno 2018 ondenkbaar, zelfs wanneer het gaat om bussen die anders vastzitten in de file.
Nog niet zo lang geleden lag er nochtans een heuse stadsautostrade met drie baanvakken in elke richting dwars door het Elisabethpark. Het zijn vandaag andere tijden, denk je dan. Toch is de auto nog altijd koning in een andere groene long: het Ter Kamerenbos.
"Bouw wegen en mensen nemen de auto, bouw fietspaden en mensen nemen de fiets
Behalve een belangrijk stadspark met een vijver en tal van andere ontspanningsmogelijkheden, is het bos nog altijd een belangrijke invalsweg. Bij de hoofdingang van het park razen op een weekdag meer dan tienduizend auto’s richting Louizalaan. Staduitwaarts zijn door Brussel Mobiliteit zelfs 16.500 voertuigen geteld. Ook andere wegen in het park zien tussen de vijf- en tienduizend autobewegingen per dag.
Is dat nog te verdedigen, terwijl we ons hoofd breken over een andere mobiliteit en betere luchtkwaliteit? In een stad met een groeiende bevolking die snakt naar een beetje ruimte en groen?
Ook in andere steden werden stadsparken uit de negentiende eeuw in de loop van de twintigste eeuw veroverd door de auto. Ondertussen is de tijd echter rijp om de inzichten van de 21ste eeuw te laten doordringen. New York geeft alvast het goede voorbeeld. Vanaf deze woensdag zijn de meeste wegen in het beroemde Central Park definitief autovrij.
Laat dat de Brusselse beleidsmakers aanzetten om met een nieuwe blik te kijken naar het Ter Kamerenbos. Op langere termijn kunnen we streven naar een autovrij park. In eerste instantie kunnen we het verkeer grondig reorganiseren. We kunnen zelfs terugvallen op het mobiliteitsplan van de stad Brussel uit … 2011. Daarin werd voorgesteld om het autoverkeer te concentreren langs één kant van het park. De rest zou dan het exclusieve terrein worden van wandelaars en fietsers.
Groeimarge
Het plan verdween in een lade na hevig protest van buurgemeenten zoals Ukkel. Het is inderdaad een probleem dat grote delen van die gemeente slecht bediend worden door het openbaar vervoer. De auto helemaal verbannen zou daarom waarschijnlijk tot extra verkeersoverlast leiden in aanpalende wijken.
Het (gedeeltelijk) autovrij maken van het bos moet dus gepaard gaan met extra investeringen in alternatieven. Het S-net van de spoorwegen kan voor een stuk soelaas bieden dankzij de aanwezigheid van verschillende stations in de buurt. Eventueel kan de tram op de Louizalaan verlengd worden in het bos.
Daarnaast hebben verplaatsingen te voet en met de fiets nog een pak groeimarge in de buurt. Veel voet- en fietspaden zijn vandaag in slechte staat of ontoereikend. Het is dan ook niet te verwonderen dat veel bezoekers van het Ter Kamerenbos met de auto komen, met grote parkeerproblemen tijdens drukke weekends tot gevolg. Om dat te veranderen, moeten behalve de wegen in het park, ook de grote verkeersassen in de ruime omgeving aangepakt worden.
De heraanleg van de Franklin Rooseveltlaan en de Generaal Jacqueslaan is al een stap in de goede richting. Talloze voorbeelden in binnen- en buitenland hebben het eerder al aangetoond: bouw wegen en mensen nemen de auto, bouw fietspaden en mensen nemen de fiets.
Lees meer over: Brussel , Milieu , Mobiliteit , Ter Kamerenbos , autovrij , verkeersvrij
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.