Nieuw mobiliteitsplan zet in op autoluwe wijken

Donderdag keurde de Brusselse regering Good Move goed, het gewestelijke mobiliteitsplan voor de komende tien jaar. Vijftig Brusselse woonwijken moeten autoluw worden. De definitieve goedkeuring en uitvoering zijn voor de volgende regering.

Het nieuwe mobiliteitsplan kwam tot stand na talrijke consultaties van zowel publieke als private mobiliteitsspelers, de gemeenten en de politiezones en gaat nu in openbaar onderzoek. Dat betekent dat de definitieve goedkeuring en uitvoering op het bord van de volgende regering komen. “Dit plan is op een zeer participatieve manier ontstaan, waardoor het zeer breed gedragen is en dus ook bruikbaar is voor een volgende Brusselse meerderheid,” zegt minister van Mobiliteit Pascal Smet (SP.A).

Het uitgebreide participatietraject moet ook voorkomen dat Good Move blijft steken in goede intenties, zoals het geval was met voorganger Iris 2.

Zone 30

Good Move zet vooral in op veiligheid en levenskwaliteit met autoluwe wijken. Het plan maakt daarvoor een strikt onderscheid tussen grote invalswegen en verbindingsassen, de steenwegen en de wijkwegen. Binnen dat netwerk moeten 50 wijken autoluw worden, bijvoorbeeld met een zone 30. “Wijken moeten dus zoveel mogelijk autoluw worden gemaakt met zone 30”, aldus Smet. “Die zone 30 moet je afdwingen, niet enkel door controle en boetes, maar ook door de inrichting van je straat.”

“De levenskwaliteit van de Brusselaars staat voorop”, zegt minister-president Rudi Vervoort (PS). “Mobiliteit is niet alleen functioneel, zoals het gezien werd in de jaren zestig en zeventig. Het gaat ook om het levenskader in de stad.”

STOP-principe

Ook tussen de wijken moet er meer plaats komen voor voetgangers, met kwalitatieve verbindingen tussen de eerste kroon en het stadscentrum. Daarnaast streeft het plan naar een verviervoudiging van de verplaatsingen met de fiets, onder meer met veiligere kruispunten langs drukke wegen en fietssnelwegen langs spoorlijnen. “Het aantal fietsers verdubbelde de afgelopen 5 jaar, maar het moet sneller en meer doorgedreven gaan”, zegt Smet. “Brussel moet een fietsstad worden en die ambitie is vandaag breed gedragen.”

Daarnaast moet het gebruik van het openbaar vervoer verder stijgen met 11 procent. Om dat te realiseren wordt verwezen naar metrolijn 3 en eerder aangekondigde verlenging van tram 9 en nieuwe tramverbindingen naar Thurn & Taxis en Neder-Over-Heembeek. Daarnaast zijn er de studies naar nieuwe metroverbindingen in het zuiden en het westen van het gewest.

Het plan gaat uit van het STOP-principe en dus komt de auto op de laatste plaats. De bedoeling is de verplaatsingen met de auto en het aantal binnenkomende autopendelaars met ongeveer een vierde te verminderen. Dat moet onder meer gebeuren door de invalswegen te herdenken, zoals eerder al aangekondigd met de A12 en de E40 aan Reyers.

Geen stadstol

Over een eventuele stadstol of kilometerheffing spreekt het plan zich niet uit. “In de toekomst zullen we ongetwijfeld evolueren naar een slimme kilometerheffing, misschien zelfs in heel Europa, zoals nu al met de vrachtwagens”, zegt minister van Financiën Guy Vanhengel (Open VLD).