hotel central

De kraak van Hotel Central: 'Er heerste een Berlijns gevoel'

Steven Van Garsse
© Brussel Deze Week
04/02/2015

De Beursschouwburg liet niet alleen de Nederlandstalige cultuur bruisen. Het kunstencentrum zou in de jaren 1990 ook mee de aanzet geven tot de heropleving van de binnenstad. Met dank aan de kraak van Hotel Central. “We kwamen op het juiste moment.”

O ver enkele maanden is het Beursplein verboden gebied voor de auto. Voetgangers en fietsers zullen er vreedzaam door elkaar bewegen. De hoop bij het stadsbestuur is dat de binnenstad zo verder kan opleven.

Aan de overkant van het Beursgebouw staat het Marriott Hotel, daarnaast een net appartementsblok. Beneden hippe winkels, een koffiebar. Maar dat was ooit anders.

We spreken met architect Patrick Moyersoen, vandaag bij SUM mee verantwoordelijk voor het ontwerp van het autovrije Beursplein. In de jaren 1990 leidde hij vanuit de Beursschouwburg de acties om de binnenstad opnieuw leefbaar te maken. “Hoe de buurt er toen uitzag? Je krijgt dat vandaag bijna niet meer uitgelegd,” zegt Moyersoen. “Haast het volledige huizenblok van Hotel Central stond leeg. De geur van de rotte kelders steeg uit de huizen op. Deuren waren dichtgemetst. Duiven vlogen af en aan. De buurt was grimmig. Er werd geschoten, er werden messen getrokken.”

“Promotoren waren al tien jaar bezig met de mensen uit het gebouw te zetten. Er lag een bouwvergunning klaar om het hele huizenblok te slopen en er een groot nieuw hotel neer te zetten.”

Dat kon de Beursschouwburg niet over zijn kant laten gaan. Moyersoen: “We waren toen erg actief rond stedenbouw en architectuur. Na een debat zijn we, bij een pint, plannen gaan maken. Manmoedig zeiden we: hier moeten we iets aan doen. Het plan was: we bezetten het lege Hotel Central. We zochten de klassieke stadsorganisaties aan (Bral, Arau, Pétitions-Patrimoine, IEB en De Markten), enkele individuen sloten zich daar bij aan.”

“De sense of urgency was groot. De stad was aan het imploderen. Je had bijvoorbeeld de enorme puinhoop aan het Anneessensplein. Rechtover de Munt hadden promotoren ‘toevallig’ met een bol een gat in de gevel geslagen van het Hotel Leopold (het huidige Dominican hotel). Op vlak van ruimtelijke ordening werd de wet gedicteerd door cowboys.”

“De sfeer was gespannen. Tegelijkertijd was er ook heel veel vrijheid. Er heerste een Berlijns gevoel: de stad is voor degene die ze wil pakken.”

De kraak werd een geweldig succes. Duizenden mensen kwamen langs, de regionale media sprongen erop. Dat de politie fors reageerde droeg bij tot de media-aandacht. En het stadsbestuur werd een neus gezet. “We hadden het schepencollege uitgenodigd voor de uitreiking van de Gouden Koevoet, een prijs voor de meest schandalige sloop,” zegt Moyersoen. “Dat was in de Beursschouwburg. Daarna gingen we met de fanfare naar de overkant, naar de Cinema Ambassador. De gemeentelijke edielen konden niet anders dan ons volgen. We hebben dus de kraak mee ingeluid, samen met de Brusselse beau monde.”

Onweerstaanbare cocktail
Moyersoen vertelt hoe de kraak tot in de puntjes was voorbereid, met juristen was afgetoetst, welk opzien ze baarden bij het publiek, de sfeer die in het gekraakte gebouw leefde. Er sliep zestig man, elke avond waren er voorstellingen, tien dagen lang. “Maar uiteindelijk is alles context,” zegt Moyersoen. “Het momentum was daar. Iedereen was fed up met de stad. De dossierkennis van de stadsbewegingen en het artistiek geweld dat zich daarop entte gaf een onweerstaanbare cocktail.”

“Daarnaast was er het nieuwe schepencollege, met François-Xavier de Donnea (MR) als burgemeester en Henri Simons (Ecolo) als schepen van Stedenbouw, dat komaf wou maken met het geritsel onder de vorige burgemeester Michel Demaret, een corrupt figuur, en resoluut de kaart trok van de stadsvernieuwing.”

“Hotel Central staat daarnaast ook symbool voor de strijd tegen de algehele verloedering. We hadden twintig stadskankers aangeduid in de Vijfhoek, aan de hand van een VUB-studie. Vandaag zijn die, op één na, allemaal verdwenen.”

Generieke winkels
Moyersoen is het er niet helemaal mee eens dat Hotel Central een voorbeeld is van hoe de Beursschouwburg de stad tot verandering heeft gedwongen, terwijl de andere succesvolle periodes van de Beursschouwburg, met Mallemunt bijvoorbeeld, vooral voor de Vlamingen in de stad belangrijk was.

“De kraak van Hotel Central is het beste wat de Beursschouwburg voor de Vlamingen in Brussel heeft gedaan, omdat we uit het Vlaamse carcan stapten, en omdat we zo geloofwaardigheid hebben gekregen bij de Franstaligen.”

Vandaag is alles netjes rond het Hotel Central. Toch kijkt Moyersoen er met gemengde gevoelens tegenaan. “Natuurlijk ziet Hotel Central er vandaag niet uit zoals we gehoopt hadden. Al die generieke winkels, daar heb ik geen boodschap aan. De slinger is wat te veel in de andere richting geslagen. Maar ik snap het wel. Het is de dynamiek van een stad en de ontgoocheling over wat de buurt vandaag geworden is mag ons niet beletten om verontwaardigd te blijven over waar het misloopt met de stad.”

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Cultuurnieuws

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni