Intimistische gebroeders Oyens in Charliermuseum
Na het Gemeentemuseum in Den Haag is het de beurt aan het Charliermuseum om met hun intimistische werken uit te pakken. Wij namen een kijkje.
Het verleden van Sint-Joost: één vierkante kilometer schilderkunst en film. Maar ook schrijvers als Victor Hugo, Emile Verhaeren en Arthur Rimbaud liepen er rond.
Vandaag zijn de Ateliers Mommen en het Charliermuseum levende getuigen van dat kunstzinnige verleden. Bij de presentatie van de expositie zei schepen van Cultuur Ahmed Medhoune (LB-PS): "Vandaag is de gemeente Sint-Joost-ten-Node even dichtbevolkt als Calcutta, en met haar 150 verschillende nationaliteiten net als Amsterdam een laboratorium van het samenleven."
Anderhalve eeuw geleden was Sint-Joost - en bij uitbreiding Brussel, hoofdstad van een land met een uitgesproken liberale grondwet - al een toevluchtsoord voor schrijvers, kunstenaars en revolutionairen die hun land moesten ontvluchten. Net voor en tijdens de belle époque waren de gebroeders Oyens, David en Pieter, Hollandse ballingen in Brussel.
De retrospectieve tentoonstelling die het Charliermuseum op het getouw zet, is de eerste tentoonstelling met werk van de broers in België sinds 1907. Niet te missen, ook omdat de schilderijen in het Charliermuseum bijzonder goed tot hun recht komen.
Weldadig traag
Net zoals het Gemeentemuseum van Den Haag laat Charlier een kleine honderd doeken en panelen zien, naast aquarellen en tekeningen, de meeste afkomstig uit privéverzamelingen, andere uit grote openbare collecties uit Nederland en België - uit Groningen, Dordrecht, Den Haag, Brussel, Gent, Doornik en de Koninklijke Verzameling.
David en Pieter Oyens schilderden geen weidse landschappen, romantische natuurtaferelen of uit de kluiten gewassen koebeesten; ze beoefenden, net als de zeventiende-eeuwers, de kunst van de genretaferelen.
In het Charliermuseum hangen tientallen mooie werkjes, maar twee pareltjes trokken speciaal onze aandacht: één olieverf op doek, één op paneel. De sfeer die David Oyens' Obscuur café uit 1882 oproept, is net niet manifest dubbelzinnig, de tijd lijkt er stil te staan. Zalig, dit schilderij uit het Groninger Museum. En zijn Na de verkiezingen, een werkje uit een privécollectie, is werkelijk intrigerend, want het is helemaal niet duidelijk over wat voor verkiezingen het gaat. Gemeenteraadsverkiezingen? Of een artistiek concours? De figuren op het doek zijn een voor een kunstzinnige figuren. Zijn ze juryleden die nog even napraten? Het schilderij flitst de toeschouwer brutaal terug in de tijd, en na een lichte shock volgt een weldadige traagheid.
Tweeling in Brussel
De tweelingbroers David (1842-1902) en Pieter Oyens (1842-1894) werden geboren in Amsterdam, waar ze vanaf hun achtste privéles volgden bij Johan Hendrik Veldhuyzen. De man bleef de rest van zijn leven hun mentor.
Toen de vader van Pieter en David, een vooraanstaand bankier, merkte dat zijn zonen geen studiehoofden waren en dat ze al evenmin geschikt voor de stiel van herenboer, stuurde hij hen op hun achttiende naar Brussel.
De stad stond op uitbreiden toen de Oyensen ernaartoe trokken. In Sint-Joost en Schaarbeek woonden veel schilders, België was een jonge natie met een uitgebreid spoorwegnet, Brussel had nieuwe rijken én een rijk cultuurleven. De gebroeders Oyens werkten overdag in het atelier van de grote oriëntalist Jean-François Portaels. 's Avonds volgden ze ook les aan de Academie. Daar bleek alras dat Pieter meer tekentalent had dan David, maar David werkte wel veel sneller.
David en Pieter stonden model voor elkaar, af en toe staan ze ook samen op een schilderij, maar ook andere figuren komen regelmatig terug. De vele kroegtaferelen lijken bijwijlen wel snapshots . Hun inspiratie deden ze op in Brusselse cafés, want heel hun volwassen leven speelde zich - op studiereizen naar Parijs en Duitsland en korte verblijven in Nederland na - af in Sint-Joost-ten-Node. Met deze tentoonstelling komen de gebroeders Oyens, die leefden en werkten in de Vooruitgangsstraat, de Dwarsstraat en de Liefdadigheidsstraat, dus echt thuis.
De gebroeders Oyens hebben het niet onder de markt gehad. Pas na tien jaar hard labeur, onbekroonde inzendingen en deelname aan vele concours, oogstte hun werk in het midden van de jaren 1870 lof. Camille Lemonnier roemde hun werk toen hij het opmerkte in het atelier van Edouard Agneessens. En Emile Verhaeren schreef in 1882: "Les Oyens sont peintres de forte race."
Het Charliermuseum roept als geen ander de sfeer van de belle époque op, en de broers hebben de herenwoning ook echt bezocht. Op de bovenste verdieping hangt tijdens de tentoonstelling een groot portret van buurman Félix Mommen, geschilderd door Théo van Rysselberghe. Met de tentoonstelling Oyens laat het Charliermuseum zien dat het oog heeft voor te weinig bekend talent. Een aanrader.
:: Het Charliermuseum, Kunstlaan 16, 1210 Sint-Joost-ten-Node - 02-220.26.91 - info@charliermuseum.be
Lees meer over: Sint-Joost-ten-Node , Cultuurnieuws
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.