Een postkaart uit 1919 is wat rest van het monument voor Edith Cavell achter het Broodhuis. De Nationale Schietbaan waar een vuurpeloton de verzetstrijdster doodde maakte in 1960 plaats voor de openbare omroep. En het afgeleefde Ukkelse ziekenhuis dat haar naam draagt wordt in 2017 vervangen door de nieuwbouw van de Chirec-kliniek in Oudergem. Wie houdt het vuur onder Cavells offer dan nog brandend?
Jubileumjaar Edith Cavell: 'Patriottisme volstaat niet'
Lees ook: Buste voor Edith Cavell in Ukkel
T wee componisten, David Mitchell en Patrick Hawes, hebben respectievelijk met hun creaties Cavell Mass en In memoriam Edith Cavell de honderdste verjaardag van de dood van Edith Cavell nieuw muzikaal leven ingeblazen. In de Heilige Drievuldigheidskerk (Krespelstaat, Elsene) vond vorige week een concert plaats met de première van ‘Cavell Mass’ en een herdenkingsviering. De Britse ambassade in ons land en de Belgische senaat brachten die week ook hulde aan Cavell. Verder werd een nieuwe Cavell-buste van kunstenares Nathalie Lambert onthuld in het Montjoiepark. Blijft nog een tentoonstelling of twee, wandelparcoursen voor groepen op aanvraag en historische publicaties (deze week van historicus Debruyne – zie kaderstuk). Zelfs over Cavell in Gent wordt geschreven (Arthur Dedecker).
Beroemd
De laatste acht jaar van haar leven, toen Cavell in Brussel woonde, verwierf ze al naam. Als Engelse schooldirectrice van de eerste Ecole belge d’infirmières diplomées (het medisch instituut Berkendael) stond ze hoog in aanzien. Na haar executie door ‘den Duits’, omdat ze honderden soldaten richting onbezet Nederland hielp, werd ze helemaal op vleugels gedragen. Al zou het de Angelsaksische kerk zijn die haar in de rij van de heiligen zou plaatsen.
Edith was de oudste dochter van een Anglicaanse dominee. Ze werd al jong verpleegster in het London Hospital en hielp ook in andere ziekenhuizen. Even was ze tussen 1890 en 1895 naar Brussel afgereisd, om er gouvernante te zijn bij een voorname Brusselaar. Dokter Antoine Depage vroeg haar later om terug te keren. Zo kwam het dat ze in 1907 de post aanneemt van algemeen directeur-verpleegkundige van de nieuwe verpleegsterschool in de huidige Frans Merjaystraat in Ukkel. De school bestaat nog, maar maakt in Anderlecht deel uit van de ULB. Cavell lanceert er een blad L’infirmière en deelt haar kennis gul met andere hospitalen, tientallen scholen en twaalf kindercrèches. De vrouw van dokter Depage, Marie Depage-Picard, wordt financieel en administratief directeur en schoudert op die manier Cavell. Als Wereldoorlog I uitbreekt wordt de kliniek, waaraan haar school verbonden is, door het Rode Kruis overgenomen. Marie Depage, die tot in Amerika oorlogsgeld ronselde, sterft in 2015 op zee. Een Duitse torpedo zou het schip RMS Lusitiana kelderen.
Geïnspireerd door gedrevenheid - ‘I cannot stop when there are lives to be saved’ - verzorgt Cavell in de oorlogsjaren elke soldaat: Duitsers, Belgen, Engelsen, Fransen... Als verpleegster maakt ze geen onderscheid tussen patiënten. Meer nog, ze smokkelt ook ‘vluchtelingen’ in haar huis binnen en helpt hen over de grens naar het neutrale Nederland. Hoeveel het er zijn, zal ze later bekennen op haar proces. Verklikt door Gaston Quien – dat heeft de geschiedschrijving achterhaald – wordt de schooldirectrice op 3 augustus 1915 opgepakt. Na tien weken cel in de gevangenis van Sint-Gillis, waarvan de laatste twee in de isolatiecel, wordt ze veroordeeld als oorlogsmisdadiger. Cavell bekent dat ze 60 Britse en 15 Franse soldaten en nog eens honderd Belgen en Fransen over de grens heeft geholpen. Geen klein bier, voor de Duitse bezetter. Dat ze ter dood kan worden veroordeeld, zonder bewezen verzetstrijdster te zijn, heeft alles te maken met de regelgeving van de Eerste Conventie van Genève - die heeft ze wat tegen om gratie te kunnen krijgen. Haar bewezen schuld is ‘verraad’. Generaal von Sauberzwieg, opperste militair bevelhebber in Brussel, lacht er niet om. Beleefde verzoeken van hogerhand om haar vrij te krijgen, waaronder niet in het minst van de Britse ambassadeur, worden genegeerd.
Op 12 oktober om 7 uur in de ochtend wordt Cavell geëxecuteerd, samen met architect en verzetspublicist Philippe Baucq. Ook Louise Thulliez en hertogin Jeanne de Belleville worden met Baucq en Cavell ter dood veroordeeld. Maar die twee dames worden niet gefusilleerd. De executie vindt plaats op de Nationale Schietbaan van Schaarbeek, een sportterrein dat voor amateur- en beroepsschutters in 1889 was aangelegd (en later wordt opgeblazen in 1960 om de RTBF en VRT-gebouwen te bouwen). Een Ereperk herinnert er nog aan. Het vuurpeloton bestaat uit zestien militairen. Acht schutters richten het geweer op Cavell, de andere acht op Baucq. Cavells lichaam wordt overgebracht naar Norwich (Engeland). Meteen volgt een ware Britse propaganda rond de vrouwelijke verzetstrijdster.
Martelaresfilms
Cavells patriotisme, haar zelfopoffering, haar feminisme en inzet als verpleegkundige worden al tijdens de oorlog geroemd. Gevolg: een spontane aanmelding van Volunteers bij het Britse leger. Het duurt niet lang of haar naam prijkt op het altaar van de Helden van het Verzet. De Belgische Gabrielle Petit die op 23 jaar ook op de Nationale Schietbaan werd geëxecuteerd zal steeds in Cavells schaduw blijven staan. Mogelijk omdat Lady Cavell toch 50 jaar werd en een lang beroepsleven had volbracht, en natuurlijk ook omwille van de propaganda rond haar verheerlijking. In 1915 gaat het hospitaal Edith Cavell officieel open, tussen wat nu de Marie Depage- en Edith Cavellstraat heet, met 22 kamers. Daar hoort een internaat- en schoolvleugel bij. Al in 1916 wordt een eerste film over Cavell gedraaid in Australië: The Martyrdom of Nurse Cavell. Nog meer films volgen als The Woman the Germans shot (1918) – want de Angelsaksische wereld had het voortdurend over ‘de vrouwenmoord door barbaren’. Later volgden nog Dawn (1928), Nurse Cavell (1933) en Nurse Edith Cavell (1939). Ook theaterstukken roemen haar leven, zoals Patriot van Angela Moffat. Geen ander monument kan tippen aan Cavells standbeeld op Saint Martin’s Square in Londen (nabij Trafalgar). Daarop staat te lezen: ‘Patriotism is not enough’. Ukkel koestert gelukkig de bronzen herdenkingssculptuur van Paul Du Bois (uit 1920) waarin ze verenigd staat met Marie Depage-Picard, die ook door de vijand stierf. Het Brussels opschrift luidt: ‘Passant dis-le à tes enfants, ils les ont tuées.’ Bijna een eeuw later, nog de beste boodschap.
-------------
■ Tot 25/10 – Expositie: ‘Miss Cavell, het verhaal van een Britse verpleegster in Brussel’, Dekenij-Kunstenhuis Ukkel, Dekenijstraat 102, Ukkel, iedere dag van 10-18 uur. behalve woensdag, (gratis).
■ 28/10, 19.30 uur - Film: ‘Dawn’ (1928), gerestaureerd door Cinematek/British Film Insitute, concert-film in CC Ukkel, Rodestraat 47.
■ Nieuwe publicatie: ‘Le réseau Cavell. Des femmes et des hommes en résistance’, Emmanuel Debruyne, uitgeverij Racine, 288 blz., 22,50 euro.
■ Stadstours ‘Edith Cavell in Brussel’, door Klare Lijn, Provelo, VisitBrussels, www.visitbrussels.be
■ Januari 2016 – Expositie ‘Edith Cavell’, gemeentehuis Etterbeek, nog nader te bepalen.
Lees meer over: Schaarbeek , Cultuurnieuws
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.